SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
3 mai 2018 3 mei 2018
________________
Question écrite n° 6-1861 Schriftelijke vraag nr. 6-1861

de Lode Vereeck (Open Vld)

van Lode Vereeck (Open Vld)

au secrétaire d'État au Commerce extérieur, adjoint au ministre chargé du Commerce extérieur

aan de staatssecretaris voor Buitenlandse Handel, toegevoegd aan de minister belast met Buitenlandse Handel
________________
Aides d'État - Violation des règles européennes - Montants - Remboursement - Nombre de dossiers - Chiffres Staatssteun - Overtreding van de Europese regels - Bedragen - Terugbetaling - Aantal zaken - Cijfers 
________________
aide de l'État
contrôle des aides d'État
remboursement des aides
soutien économique
violation du droit de l'UE
statistique officielle
overheidssteun
toezicht op overheidssteun
terugbetaling van steun
economische steun
schending van het EU-recht
officiële statistiek
________ ________
3/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/6/2018)
4/6/2018Antwoord
3/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/6/2018)
4/6/2018Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1847
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1848
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1849
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1850
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1851
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1852
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1853
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1854
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1855
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1856
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1857
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1858
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1859
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1860
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1862
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1863
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1864
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1847
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1848
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1849
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1850
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1851
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1852
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1853
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1854
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1855
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1856
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1857
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1858
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1859
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1860
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1862
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1863
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1864
________ ________
Question n° 6-1861 du 3 mai 2018 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1861 d.d. 3 mei 2018 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le vendredi 26 janvier 2018, un échange de vues a eu lieu au Comité d'avis fédéral chargé des questions européennes avec Mme Margrethe Vestager, commissaire européenne à la Concurrence, sur les différents aspects de la politique de concurrence européenne (voir doc. Sénat, n° 6-400/1). Lors de cette réunion, ont été expliquées les trois composantes de la politique européenne de sauvegarde de la concurrence sur le marché libre européen, à savoir la lutte contre les ententes, le contrôle des concentrations de marché (fusions et reprises d'entreprises) et le contrôle des aides d'État.

En réponse à ma question écrite n° 6-1772 du 2 février 2018, la ministre fédérale du Budget a indiqué ne pas disposer de toutes les données en ce qui concerne les aides d’État accordées par la Belgique et qui sont non conformes aux règles européennes. Il est également précisé dans la réponse que : « Chaque instance est responsable des dossiers qui relèvent de ses propres compétences ».

Le caractère transversal de cette question s'explique par le fait que les moyens versés au Trésor fédéral dans le cadre du droit européen de la concurrence, ont un impact sur la situation budgétaire du pays. Étant donné que seule la Belgique intervient en tant qu'entité nationale dans ses contacts avec l'Union européenne (UE), ces moyens ont indirectement une incidence sur la responsabilité budgétaire des entités fédérées, à savoir les Régions et les Communautés.

Je souhaite vous poser les questions suivantes :

La Commission européenne contrôle la légitimité des aides d'État qui sont accordées aux entreprises par les États membres.

1) J'aimerais que vous me disiez, pour les dossiers qui relèvent de votre compétence, combien de fois, depuis le début du siècle, la Commission européenne a déjà prononcé des condamnations pour l'octroi d'aides d'État non conformes aux règles européennes sur les aides d'État.

2) J'aimerais obtenir un aperçu indiquant, pour chaque cas, le montant de l'aide d'État qui a dû être remboursé sur ordre de la Commission européenne, ainsi que l'identité du «débiteur».

3) Ces montants ont-ils effectivement été remboursés à l'État belge ? J'aimerais obtenir, pour chaque cas, un aperçu des aides d'État remboursées, exprimées en euros, d'une part, et en pourcentage du montant total de l'aide d'État initialement octroyée, d'autre part.

4) J'aimerais obtenir, pour chaque cas, si possible, un aperçu global de(s) la destination(s) donnée(s) à ces moyens. Ceux-ci ont-ils été reversés au Trésor comme moyens généraux ?

 

Op vrijdag 26 januari 2018 vond er in het Federaal Adviescomité voor de Europese Aangelegenheden van de Senaat een gedachtewisseling plaats met mevrouw Margrethe Vestager, Europees commissaris voor Mededinging, over de verschillende aspecten van het Europees mededingingsbeleid (cf. stuk Senaat, nr. 6-400/1). Tijdens deze vergadering werden de drie componenten van het Europees beleid ter vrijwaring van de mededinging op de Europese vrije markt, zijnde het antikartelbeleid, de controle op marktconcentraties (bedrijfsfusies en -overnames) en het toezicht op staatssteun toegelicht.

In haar antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 6-1772 van 2 februari 2018 stelde de federale minister van Begroting « niet over alle gegevens te beschikken » met betrekking tot de overtredingen door België van de Europese staatssteunregels. Uit het antwoord bleek verder dat « Elke instantie [is] verantwoordelijk is voor de dossiers die onder de eigen bevoegdheden vallen ».

Het transversale karakter van deze vraag ligt besloten in het feit dat de middelen die vanuit het Europees mededingingsrecht in de federale Schatkist stromen, een impact hebben op de budgettaire situatie van het land. Aangezien België als één eenheid naar buiten treedt in zijn contacten met de Europese Unie (EU), hebben deze middelen onrechtstreeks een weerslag op de budgettaire verantwoordelijkheid van de gefedereerde entiteiten, zijnde de Gewesten en de Gemeenschappen.

Ik heb volgende vragen voor u :

De Europese Commissie waakt ook over de legitimiteit van de staatsteun die door de Europese lidstaten aan bedrijven wordt gegeven.

1) Graag verneem ik van u voor de dossiers die onder uw eigen bevoegdheid vallen hoe vaak de Europese Commissie sinds de eeuwwisseling reeds een veroordeling heeft uitgesproken wegens het toekennen van staatssteun die in overtreding was met de Europese staatssteunregels ?

2) Graag kreeg ik een overzicht met per casus het bedrag aan staatssteun dat op eis van de Europese Commissie terugbetaald moest worden, met vermelding van de identiteit van de « schuldenaar ».

3) Werden deze bedragen ook effectief aan de Belgische Staat terugbetaald ? Graag kreeg ik per casus een overzicht van de terugbetaalde staatssteun, uitgedrukt in euro's, enerzijds, en in percentage van het totaalbedrag aan initieel toegekende staatssteun, anderzijds.

4) Graag kreeg ik per casus en indien mogelijk een globaal overzicht van de bestemming(en) die aan deze middelen werd gegeven. Stroomden deze ontvangsten als algemene middelen terug naar de Schatkist ?

 
Réponse reçue le 4 juin 2018 : Antwoord ontvangen op 4 juni 2018 :

Tant l’Agence pour le commerce extérieur que le Ducroire m’informent que, depuis le début du siècle, aucune violation n’a été détectée dans le cadre des règles européennes relatives aux aides d’État.

En ce qui concerne le service public fédéral Affaires étrangères, Commerce extérieur et Coopération au développement, une réponse globale sera fournie par le vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et européennes. Je me réfère l’honorable sénateur donc à la réponse du vice-premier ministre et ministre des Affaires étrangères et européennes à sa question n° 6-1851 du 3 mai 2018.

Zowel het Agentschap voor buitenlandse handel als Delcredere delen mij mee dat er sinds de eeuwwisseling geen overtredingen in verband met de Europese Staatssteunregels werden vastgesteld.

Wat betreft de federale overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zal een globaal antwoord worden verstrekt door de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken. Ik verwijs de geachte senator dan ook naar het antwoord van de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken op zijn schriftelijke vraag nr. 6-1851 van 3 mei 2018.