SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
29 décembre 2010 29 december 2010
________________
Question écrite n° 5-790 Schriftelijke vraag nr. 5-790

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

van Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

au secrétaire d'État à la Coordination de la lutte contre la fraude, adjoint au premier ministre, et secrétaire d'État, adjoint au ministre de la Justice

aan de staatssecretaris voor de Coördinatie van de fraudebestrijding, toegevoegd aan de eerste minister, en staatssecretaris, toegevoegd aan de minister van Justitie
________________
Syndicats - Formation syndicale - Contributions payées par des institutions, des services ou des agences - Manque de transparence Vakbonden - Syndicale vorming - Bijdragen door instellingen, diensten of agentschappen - Gebrek aan transparantie 
________________
syndicat
soutien économique
transparence administrative
Société nationale des chemins de fer belges
titre de transport
représentant syndical
vakbond
economische steun
openbaarheid van het bestuur
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
plaatsbewijs
vakbondsvertegenwoordiger
________ ________
29/12/2010Verzending vraag
6/6/2011Antwoord
29/12/2010Verzending vraag
6/6/2011Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-774
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-775
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-776
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-777
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-778
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-779
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-780
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-781
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-782
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-783
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-784
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-785
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-786
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-787
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-788
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-789
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-791
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-792
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-793
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-794
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-795
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-774
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-775
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-776
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-777
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-778
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-779
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-780
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-781
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-782
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-783
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-784
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-785
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-786
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-787
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-788
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-789
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-791
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-792
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-793
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-794
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-795
________ ________
Question n° 5-790 du 29 décembre 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-790 d.d. 29 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il ressort de questions antérieures posées au parlement flamand que certaines institutions ont décidé de verser chaque année une somme d'argent pour formation syndicale aux trois syndicats « représentatifs » : la Confédération des syndicats chrétiens (CSC), la Fédération générale du travail de Belgique (FGTB) et la Centrale générale des syndicats libéraux de Belgique (CGSLB). Ce paiement était quelque chose de nouveau pour le parlement, et il n'était nulle part clairement mentionné dans un compte annuel, un budget ou un rapport annuel. Le contrôle s'est avéré quasi inexistant.

Par conséquent, la question se pose de savoir dans quelle mesure des agences fédérales, entreprises, institutions et services ont également versé de l'argent aux (à des représentants des) trois syndicats « représentatifs » ou à d'éventuels autres syndicats, en échange ou non de prétendues prestations comme une formation syndicale non contrôlée.

Le cas de la Flandre révèle entre autres que les trois syndicats font subsidier leurs réunions internes comme « formation syndicale ».

C'est pourquoi j'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes concernant les services, agences, entreprises et institutions qui relèvent de votre compétence ou tutelle.

1. Quelles formes de subventions, primes, aides, remboursements de frais, interventions, ... étaient-elles prévues pour les syndicats et/ou leurs représentants en 2009 ?

2. Quel montant y a-t-il été consacré en 2009 ? J'aimerais obtenir une liste complètes des services, agences, entreprises et institutions qui relèvent de la compétence et de la tutelle du ministre, avec mention de la nature de la subvention, du montant, du syndicat bénéficiaire et/ou du représentant par syndicat et du montant en 2009.

3. Sur quelle base légale ou décrétale ou sur quelle décision de quel organe compétent à l'intérieur de l'institution les conditions d'obtention de chacune de ces subventions s'appuient-elles ?

4. Au moment où les montants ont été demandés par les syndicats ou leurs représentants, les éventuelles factures et pièces justificatives déposées ont-elles été confrontées, par les services, institutions, agences et entreprises relevant de votre autorité, aux conditions imposées pour voir si le paiement était dû ? Dans la négative, pour quelle raison ?

5. Au moment où les montants ont été demandés par les syndicats ou leurs représentants, les éventuelles factures et pièces justificatives déposées ont-elles été comparées par les services, institutions, agences et entreprises relevant de votre compétence afin de prévenir les doubles emplois ? Dans la négative, pour quelle raison ?

6. A-t-on effectivement contrôlé, après le paiement, si la subvention a été utilisée pour l'objectif prévu ? Dans l'affirmative, par qui et de quelle manière ?

7. Pensez-vous que les institutions qui relèvent de votre autorité ont respecté, en 2009, les principes de bonne gestion ? Dans la négative, quelles mesures concrètes prenez-vous pour instaurer ou renforcer la base règlementaire, les conditions, le contrôle lors de la demande et ultérieurement ?

8. Estimez-vous acceptable que les syndicats fassent subsidier leurs réunions internes comme « formation syndicale » ? Dans la négative, envisagez-vous de signaler aux institutions qui relèvent de votre autorité que cela est inacceptable ?

 

Uit eerdere vragen die in het Vlaams Parlement werden gesteld, blijkt dat sommige instellingen hebben beslist om jaarlijks een geldbedrag voor syndicale vorming over te maken aan de drie "representatieve" vakbonden: het Algemeen Christelijk Vakverbond (ACV), het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV) en de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB). Die betaling was nieuws voor het parlement en ze was nergens duidelijk vermeld in een jaarrekening, een begroting of een jaarverslag. Controle bleek zo goed als onbestaande.

Hierdoor rijst de vraag in hoeverre er ook bij federale agentschappen, bedrijven, instellingen en diensten geld wordt overhandigd aan (vertegenwoordigers van) de drie "representatieve" vakbonden of eventuele andere vakbonden, al dan niet in ruil voor vermeende prestaties, zoals niet-gecontroleerde syndicale vorming.

Uit de Vlaamse casus blijkt onder meer dat de drie bonden hun interne vergaderingen laten subsidiëren als 'syndicale vorming'.

Daarom kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen met betrekking tot de diensten, agentschappen, bedrijven en instellingen betreft die onder uw toezicht of controle staan.

1. Welke vormen van toelagen, premies, ondersteuningen, terugbetalingen van kosten, tegemoetkomingen, ... waren voorzien voor vakbonden en/of hun vertegenwoordigers in 2009?

2. Welk bedrag werd hieraan besteed in 2009? Graag kreeg ik een volledige lijst van de diensten, agentschappen, bedrijven en instellingen die onder het toezicht en de controle van de minister vallen, met een vermelding van de aard van de toelage, het bedrag, de begunstigde vakbond en/of vertegenwoordiger per vakbond en het bedrag in 2009.

3. Op welke wettelijke of decretale basis berusten de voorwaarden voor het verkrijgen van elk van die toelagen, of op welke beslissing van welk bevoegd orgaan binnen de instelling?

4. Werden de eventuele ingebrachte facturen en bewijsstukken, op het ogenblik dat de bedragen door de bonden of hun vertegenwoordigers werden opgevraagd, door de diensten, instellingen, agentschappen en bedrijven onder uw gezag vergeleken met de opgelegde voorwaarden om te zien of betaling verschuldigd was? Zo neen, waarom niet?

5. Werden, op het ogenblik dat de bedragen door de bonden of hun vertegenwoordigers werden opgevraagd, de eventuele ingebrachte facturen en bewijsstukken door de diensten, instellingen, agentschappen en bedrijven onder uw gezag onderling vergeleken om dubbel gebruik te voorkomen? Zo neen, waarom niet?

6. Werd na de uitbetaling effectief gecontroleerd of de toelage voor de vooropgestelde doelstelling werd gebruikt ? Zo ja, door wie en op welke wijze?

7. Meent u dat de instellingen onder uw gezag ter zake in 2009 de beginselen van behoorlijk bestuur hebben nageleefd? Zo neen, welke concrete maatregelen neemt u om de reglementaire basis, de voorwaarden, de controle bij de opvraging en de controle nadien in te voeren of te versterken?

8. Vindt u het aanvaardbaar dat vakbonden hun interne vergaderingen laten subsidiëren als 'syndicale vorming'? Zo neen, zal u de instellingen onder uw gezag melden dat dit onmogelijk kan worden aanvaard?

 
Réponse reçue le 6 juin 2011 : Antwoord ontvangen op 6 juni 2011 :

Je n'exerce pas de tutelle sur un service, une agence, une entreprise ou une institution.

Er zijn geen diensten, agentschappen, bedrijven of instellingen die onder mijn bevoegdheid ressorteren.