4-1591/1 | 4-1591/1 |
6 JANUARI 2010
In de afgelopen maanden is de Regie der Gebouwen het voorwerp geweest van klachten en kritiek. Volgens een aantal audits (van onder andere het Rekenhof) liepen haast alle werken die de Regie der Gebouwen coördineerde vertraging op. Maar volgens het Rekenhof was er ook sprake van systematische budgetoverschrijdingen. Zo was er ondermeer het dossier van de uit de hand gelopen kostprijs van het Antwerpse justitiepaleis. De prijs van het gerechtsgebouw werd door de Regie der Gebouwen geraamd op 75 miljoen euro. Bij de voltooiing waren de kosten opgelopen tot meer dan 250 miljoen euro. Door de overfacturerende studiebureaus, architecten en aannemers ongemoeid te laten, kon men uiteindelijk het verschil van 175 miljoen euro niet meer recupereren. De peperdure werven zouden het gevolg zijn van een diep ingenesteld systeem van corruptie.
Het onderzoek naar fraude en corruptie bij de Regie der Gebouwen dat in 2006 in Brussel van start ging is ondertussen uitgedeind naar Leuven maar er lopen inmiddels ook al onderzoeken bij de parketten van Brugge, Gent, Mechelen en Antwerpen.
Drie jaar geleden werd een onderzoek gestart naar de Brusselse afdeling van de Regie der Gebouwen. Daar waren een tiental ambtenaren en een twintigtal aannemers bij betrokken. Een van de onderzochte projecten was de Financietoren, waar de sale-and-lease-backconstructie verschillende ambtenaren een aardig centje opleverde. Ook de renovatie van het Brusselse justitiepaleis zou genoemd geweest zijn in de corruptieaffaire.
En in 2008 bekenden vijf aannemers en twee ambtenaren van de Vlaams-Brabantse directie van de Regie der Gebouwen in Leuven jarenlang fraude te hebben gepleegd, waarbij de ambtenaren systematisch vijf à tien procent van de contracten voor zich hielden. De ambtenaren werden omgekocht door de vijf aannemers, die met de overheidsopdrachten gingen lopen. De ambtenaren werden dan ook in verdenking gesteld van passieve corruptie, vervalsing van facturen en offertes en het « verstoren van de vrijheid van opbod en inschrijving ».
In totaal zijn al een vijftigtal ambtenaren beschuldigd. Het gaat niet altijd over grote bouwwerken. Soms gaat het ook over kleinere onderhoudswerken en kleinere sommen smeergeld. Het wordt met de dag duidelijker dat de corruptie verder is doorgedrongen dan algemeen gedacht werd. Het gaat niet om enkele geïsoleerde gevallen. Het gaat om een systeem.
Vandaar dat het nuttig zou zijn dat er in de Senaat een parlementaire onderzoekscommissie wordt opgericht. Anti-corruptiebeleid is immers meer dan wachten tot het gerecht iemand oppakt en veroordeelt. Het is een taak van alle machten, ook van de wetgevende macht om de staatsdiensten voor hun verantwoordelijkheid te plaatsen. De finale opdracht van deze onderzoekscommissie is de formulering van een aantal aanbevelingen die tot doel hebben iedere vorm van corruptie bij de Regie der Gebouwen in de kiem te smoren en de werking te verbeteren.
Jurgen CEDER Yves BUYSSE Hugo COVELIERS Nele JANSEGERS Anke VAN DERMEERSCH Freddy VAN GAEVER Joris VAN HAUTHEM Karim VAN OVERMEIRE. |
Artikel 1
Er wordt een parlementaire onderzoekscommissie opgericht, belast met een onderzoek naar de werking van en de corruptie bij de Regie der Gebouwen.
Meer bepaald heeft de onderzoekscommissie tot taak :
1. een onderzoek in te stellen naar de vele vertragingen in werken die door de Regie der Gebouwen worden gecoördineerd en naar de oorzaken daarvan;
2. de systematische budgetoverschrijdingen bij de Regie der Gebouwen te onderzoeken, alsook de oorzaken daarvan;
3. te onderzoeken welke omstandigheden en anomalieën het mogelijk maken dat de wettelijke aanbestedingsprocedures niet gevolgd worden;
4. na te gaan welke deontologische codes en regels gehanteerd worden door de ambtenaren van de Regie der Gebouwen en of er verbeteringen kunnen aangebracht worden in deze deontologie;
5. de politieke verantwoordelijkheid vast te stellen voor de mistoestanden bij de Regie der Gebouwen.
Art. 2
De commissie bestaat uit negen leden die de Senaat uit zijn leden aanwijst volgens de regel van de evenredige vertegenwoordiging van de politieke fracties.
Art. 3
De commissie beschikt over alle bevoegdheden bedoeld in de wet van 3 mei 1880 op het parlementair onderzoek. Zij kan zich voor alle opdrachten laten bijstaan door het Rekenhof.
Art. 4
De vergaderingen van de commissie zijn openbaar. De commissie kan evenwel op elk ogenblik het tegendeel beslissen.
Art. 5
De commissie kan, binnen het budget dat het Bureau van de Senaat haar ter beschikking stelt, alle nodige maatregelen nemen teneinde het onderzoek op deskundige wijze te voeren.
Daartoe kan zij, eventueel in het raam van een arbeids- of bedrijfsovereenkomst, een beroep doen op deskundigen. De duur van die overeenkomsten mag die van de onderzoekscommissie niet overschrijden.
Art. 6
De commissie brengt binnen drie maanden na haar oprichting verslag uit aan de Senaat, tenzij die een verlenging van de commissiewerkzaamheden toestaat.
16 december 2009.
Jurgen CEDER Yves BUYSSE Hugo COVELIERS Nele JANSEGERS Anke VAN DERMEERSCH Freddy VAN GAEVER Joris VAN HAUTHEM Karim VAN OVERMEIRE. |