1-520/11

1-520/11

Belgische Senaat

ZITTING 1996-1997

8 OKTOBER 1997


Wetsontwerp houdende verbod op de reclame voor tabaksproducten


Evocatieprocedure


AMENDEMENTEN


Nr. 35 VAN DE HEER FORET C.S.

Art. 3

Het 2º van de voorgestelde § 2bis van dit artikel aanvullen als volgt :

« ­ de reclame voor tabaksproducten in het kader van het beschermheerschap of de sponsoring van sportevenementen met motorvoertuigen en motorboten of van culturele evenementen tijdens de zes weken die aan het evenement voorafgaan en tijdens dat evenement.

Deze afwijking wordt, op advies van de minister tot wiens bevoegdheid de Economische Zaken behoren, toegestaan door de minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort, voor een maximum termijn van drie jaar, die verlengd kan worden.

De Koning bepaalt de criteria die in aanmerking worden genomen voor het toestaan van die afwijking. De afwijking kan echter alleen worden toegestaan indien wordt aangetoond dat de financiering of het voortbestaan van die evenementen grotendeels afhankelijk zijn van het beschermheerschap of de sponsoring van de tabaksindustrie. »

Verantwoording

Dit amendement is vergelijkbaar met ons amendement nr. 32 maar houdt rekening met de opmerkingen van de Raad van State in zijn advies van 1 september 1997 (Stuk 1-520/10).

De budgetten nodig om wedstrijden met motorvoertuigen en culturele evenementen te organiseren worden vaak in evenwicht gebracht dankzij het beschermheerschap en de sponsoring van de sigarettenproducenten. Verbiedt men die sponsoring en dat beschermheerschap in welke vorm ook, dan dreigen die evenementen te verdwijnen met alle ingrijpende economische gevolgen vandien. Die evenementen scheppen immers heel wat werkgelegenheid, ook al zijn veel van die banen van tijdelijke aard. Dat neemt niet weg dat de wedstrijden aanzienlijke geldstromen op gang brengen en aan tal van kleine zelfstandigen de inkomsten bieden die vaak nodig zijn om hun activiteiten te kunnen voortzetten.

Dergelijke evenementen bezorgen ons land bovendien een dynamisch imago. Daar komt nog bij dat zij aan jong Belgisch talent de kans bieden om in de publiciteit te komen, ofwel rechtstreeks als deelnemer, ofwel in daarbij aansluitende activiteiten.

Het komt aan de minister die bevoegd is voor de Volksgezondheid toe om, na advies van de minister van Economische Zaken en op grond van bij koninklijk besluit bepaalde criteria, afwijkingen toe te staan voor een maximum termijn van drie jaar, die kan worden verlengd.

De minister moet de precieze voorwaarden bepalen waaraan moet worden voldaan om een afwijking te verkrijgen. Die afwijking wordt echter alleen toegestaan indien wordt aangetoond dat de financiering en het voortbestaan van die evenementen grotendeels afhankelijk zijn van het beschermheerschap of het mecenaat van de tabaksindustrie.

Om bovendien allerlei misbruiken te voorkomen dient de reclame van de beschermheren beperkt te worden tot de periode kort vóór het evenement en tijdens het evenement, daar de reclame vooral tot doel heeft het evenement te ondersteunen.

Het is niet wenselijk een onderscheid te maken tussen internationale, nationale of gewestelijke evenementen. Een onderscheid zou immers tot onterechte discriminaties leiden.

Michel FORET.
Philippe CHARLIER.
Jean-Marie HAPPART.
Paul HATRY.

Nr. 36 VAN DE DAMES CANTILLON EN DE BETHUNE

Art. 3bis (nieuw)

Een artikel 3bis (nieuw) invoegen, luidende :

« Art. 3bis. ­ In dezelfde wet wordt een artikel 7bis ingevoegd, luidende :

« Art. 7bis. ­ Het is verboden tabak, producten op basis van tabak en soortgelijke producten te verdelen via automatische distributie-apparaten.

Het in de handel brengen van tabak, van producten op basis van tabak en van soortgelijke producten waarbij deze op dusdanige wijze zijn uitgestald dat het voor de verbruiker mogelijk is deze producten te nemen alvorens te betalen, is verboden.

Het in de handel brengen van sigaretten in verpakkingseenheden van minder dan 20 stuks, is verboden. »

Verantwoording

Een totaal verbod op de verkoop van tabaksproducten aan minderjarigen is in de praktijk niet uitvoerbaar. Het is echter wel doenbaar om de aankoop enigszins moeilijker te maken. De distributie via automaten en self-service zijn voorbeelden bij uitstek van consumentvriendelijke verkoopwijzen. Bij automaten geldt bovendien dat de aankoop dag en nacht kan gebeuren.

De jongste jaren is er een tendens om de te koop aangeboden hoeveelheden van sigaretten zo klein mogelijk te maken. Dergelijke verkoopwijze drukt de prijs en verlaagt de drempel voor de aankoop. Een verpakkingshoeveelheid van minimaal twintig stuks zou deze tendens stopzetten.

Nr. 37 VAN DE DAMES CANTILLON EN DE BETHUNE

Art. 4sexies (nieuw)

Een artikel 4sexies (nieuw) invoegen, luidende :

« Art. 4sexies. ­ In dezelfde wet wordt een artikel 20bis ingevoegd, luidende :

« Art. 20bis. ­ Verenigingen zonder winstoogmerk die rechtspersoonlijkheid bezitten en die zich statutair tot doel stellen, in het belang van de volksgezondheid, tabaksmisbruik tegen te gaan, kunnen door de minister tot wiens bevoegdheid de volksgezondheid behoort voorafgaandelijk gemachtigd worden om in rechte op te treden in alle geschillen waartoe de toepassing van deze wet met betrekking tot tabak, producten op basis van tabak of soortgelijke producten, aanleiding geeft.

De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder en de wijze waarop deze machtiging wordt verleend of ingetrokken. »

Verantwoording

Dit amendement wenst, naar analogie met de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden, aan verenigingen met rechtspersoonlijkheid die zich statutair tot doel stellen tabaksmisbruik tegen te gaan, het recht toe te kennen om in rechte op te treden. Het is niet de bedoeling om deze verenigingen de plaats te laten innemen van de instanties die volgens de huidige wetgeving (artikel 11, § 1) gerechtigd zijn om overtredingen vast te stellen, maar wel om hen een klachtenrecht toe te kennen evenals het recht om zich burgerlijke partij te stellen in een eventuele procedure voor de rechtbank.

Bea CANTILLON.
Sabine DE BETHUNE.