Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6363

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 29 december 2009

aan de minister van Justitie

Gerechtsgebouwen - Dragen van sluiers

gerechtszitting
openbaar gebouw
kledingstuk
islam
verhouding kerk-staat
religieus symbool

Chronologie

29/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 29/1/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 4-1248

Vraag nr. 4-6363 d.d. 29 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Artikel 759 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat " de toehoorders de zittingen bijwonen met ongedekte hoofden, eerbiedig en stilzwijgend ".

Over dit artikel ontstond onlangs een polemiek omdat een rechter op basis hiervan een moslima had geweerd uit de rechtszaal.

1. Bevestigt de geachte minister dat overeenkomstig deze bepaling vrouwen met een hoofddoek de toegang mag geweigerd worden tot de rechtszalen?

2. Moet dit ook (verplicht) gebeuren door de rechter?