1-417/6

1-417/6

Belgische Senaat

ZITTING 1997-1998

30 JUNI 1998


Wetsvoorstel tot invoeging van een artikel 309bis in het Gerechtelijk Wetboek en wijziging van artikel 20 van de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging


AMENDEMENTEN


Nr. 12 VAN DE HEER HATRY

(Subamendement op amendement nr. 2)

Art. 3

Paragraaf 1, 2, van het voorgestelde artikel 17 vervangen als volgt :

« 2. acht leden aangewezen onder de magistraten van de rechterlijke orde, met uitsluiting van de magistraten van het hof van beroep van Brussel en van het Hof van Cassatie; ».

Verantwoording

Het regeringsamendement heeft een specifieke categorie leden van de Raad voor de Mededinging ingevoerd, namelijk advocaten en hoogleraren. Dat leidt tot overlapping met de categorie leden die bevoegd zijn inzake mededinging. Een hoogleraar of een advocaat kan immers in beide categorieėn worden aangewezen.

Er worden dus verschillende categorieėn in het leven geroepen die niet duidelijk afgebakend zijn. Dat kan tot ongezonde situaties leiden. Er is al evenmin bepaald dat die advocaten of hoogleraren deskundig moeten zijn inzake mededinging. De advocaten of hoogleraren die deze deskundigheid wel bezitten, zouden echter in de Raad voor de Mededinging benoemd kunnen worden op grond van het nieuwe artikel 17, § 1, 3.

Ons amendement maakt het bovendien mogelijk voldoende magistraten te benoemen die voorzitter kunnen worden van de kamers van de Raad voor de Mededinging en die erop kunnen toezien dat de beslissingen in de vereiste vorm worden genomen.

Bovendien moet worden bepaald dat de magistraten niet afkomstig mogen zijn uit het hof van beroep van Brussel en het Hof van Cassatie aangezien de kans bestaat dat die hoven kennis moeten nemen van het beroep dat wordt ingesteld tegen de beslissingen van de Raad voor de Mededinging. Conflictsituaties dienen immers te worden voorkomen.

Nr. 13 VAN DE HEER HATRY

(Subamendement op amendement nr. 2)

Art. 3

In § 8, eerste lid, van het voorgestelde artikel 17 tussen het woord « bepaalt » en de woorden « de benoemingsvoorwaarden » invoegen de woorden « bij een in Ministerraad overlegd besluit » .

Verantwoording

Het koninklijk besluit dat de benoemingsvoorwaarden en het statuut bepaalt van de leden die een voltijdse functie vervullen in de Raad voor de Mededinging, is belangrijk genoeg om te eisen dat daarover overleg wordt gepleegd in de Ministerraad.

Paul HATRY.

Nr. 14 VAN DE HEER D'HOOGHE

(Subamendement op amendement nr. 2)

Art. 3

In het voorgestelde artikel 17, § 5, van de wet van 5 augustus 1991, het woord « onmiddellijk » invoegen tussen de woorden « er wordt » en « voorzien in de vervanging ».

Verantwoording

Er wordt gevreesd dat de vervanging in de zetel van de magistraten, aangeduid voor de Raad voor de Mededinging, een dergelijke tijd in beslag zou kunnen nemen dat de werking van het desbetreffende gerecht een ongewenste en in se onnodige vertraging zou oplopen. Door de expliciete toevoeging van het woord « onmiddellijk » zou er geen tijdsspanne moeten liggen tussen deze beide benoemingen; van zodra de ene magistraat naar de Raad voor de Mededinging gaat, moet de andere zijn plaats kunnen innemen.

Jacques D'HOOGHE.