Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-267

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 8 januari 2020

aan de vice-eersteminister en minister van Justitie, belast met de Regie der gebouwen, en minister van Europese Zaken

Vrijgelaten geradicaliseerde elementen - Opvolging - Procedure - Criteria

radicalisering
gedetineerde
strafverjaring
reclassering

Chronologie

8/1/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 6/2/2020)
10/3/2020Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-268

Vraag nr. 7-267 d.d. 8 januari 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Radicalisme en deradicalisering zijn een transversale bevoegdheid.

In «De Morgen» van 9 december 2019 worden cijfers geciteerd van het gevangeniswezen inzake geradicaliseerde gevangenen en deradicalisering, alsook over de opvolging van vrijgelaten geradicaliseerde elementen. Ik had over dit laatste wat meer precisering willen krijgen.

1) Waaruit bestaat concreet de opvolging van geradicaliseerde elementen die werden vrijgelaten?

2) Wie houdt zich daarmee bezig?

3) Hoe lang gebeurt de opvolging?

4) Wie oordeelt erover dat deze opvolging kan worden stopgezet? Op grond van welke criteria wordt zulks beslist?

5) Hoeveel personen zijn daar in 2019 mee bezig geweest en kan daar ook een kostprijs op worden geplakt?

Antwoord ontvangen op 10 maart 2020 :

Er wordt verwezen naar het antwoord dat zal worden gegeven door mijn collega de minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken op uw schriftelijke vraag met nummer 7-268.