Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9115

van Dalila Douifi (sp.a) d.d. 24 mei 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

De militaire en politieke ontwikkelingen in Mali

Mali
Sahel
militaire interventie
religieus conservatisme
civiele missie van de EU

Chronologie

24/5/2013Verzending vraag
10/10/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3048

Vraag nr. 5-9115 d.d. 24 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In drie weken tijd is het Malinese leger, met dank aan de Franse troepenmacht en de steun van andere staten waaronder België, erin geslaagd de opmars van de Islamistische rebellen te stuiten, ze terug te drijven en alle grote steden in Mali te heroveren.

De afgelopen week werden Gao en Timboektoe, de grootste steden in Noord-Mali door de Malinese en Franse troepen heroverd. In de stad Kidal waren het de Toearegs, meer bepaald de Nationale Beweging voor de Bevrijding van Azawad en de Islamistische Beweging van Azawad, die de Islamisten verdreven. Ook daar controleren de Fransen blijkbaar de luchthaven.

Hiermee is een eerste doelstelling gerealiseerd, met name het verhinderen van de totale verovering van Mali door Ansar Dine, Al Qaeda in de Maghreb en consoorten.

De vraag is wat er nu zal gebeuren, zowel militair als op politiek vlak.

Sinds de kansen gekeerd zijn voor de Islamistische rebellen, lijken ze zich vooral zo snel mogelijk terug te trekken in het onherbergzame woestijngebied van Noord-Mali.

De herovering van het grondgebied gaat helaas ook gepaard met berichten over represailles en schendingen van de mensenrechten door Malinese troepen. De slachtoffers, vaak Toearegs, werden door de regeringssoldaten ervan verdacht banden te hebben met de rebellen. Een brede en inclusieve politieke dialoog om de nationale eenheid van het land te herstellen is nochtans een van de principes van Resolutie 2085 van de Algemene Vergadering van de VN. Deze willekeurige terechtstellingen dragen daar niet toe bij.

Het blijft ook onduidelijk in hoeverre president Traoré en sterke man Sanogo bij de onderhandelingen met de Toearegs bereid zijn te spreken over de politieke, economische en culturele verzuchtingen van de bevolking in Noord-Mali.

Ik heb volgende vragen:

1) Welke militaire stappen zullen worden ondernomen, nu de Islamistische rebellen teruggedrongen zijn tot het woestijngebied van Noord-Mali?

2) Hoe zal voorkomen worden dat ze nu de stabiliteit van andere landen in de regio, zoals Mauritanië, Algerije, Niger of opnieuw Libië zullen aantasten? Ik denk dat u het met me eens bent dat we een "Afghanisering" van de Sahel-regio willen vermijden.

3) Hoe is België, en bij uitbreiding de Europese Unie, van plan bij te dragen tot het stappenplan om een brede en inclusieve politieke dialoog op te zetten, vreedzame en geloofwaardige verkiezingen te organiseren en tot onderhandelingen te komen over de politieke bekommernissen van de Toearegs in Noord-Mali, zoals voorzien in Resolutie 2085 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties?

Antwoord ontvangen op 10 oktober 2013 :

1. De Franse militaire interventie leidde tot een snelle verandering van de situatie op het terrein. Nadat de steden in het noorden van Mali werden heroverd op de rebellen in het kader van de Franse Serval-operatie, hebben er nog geïsoleerde guerrilla-achtige confrontaties plaats met kleine groepjes djihadisten. De grootste militaire dreiging is echter geweken, wat Frankrijk toelaat om zijn militaire operatie Serval verder af te bouwen. Het oorspronkelijke troepenaantal van 4 000 zal eind dit jaar worden teruggebracht op 1 000. De Afrikaanse troepenmacht MISMA is nu op 80 % van haar sterkte maar kampt nog met logistieke problemen. Geleidelijkaan zal ze worden opgenomen in de VN missie MINUSMA, die na de aanvaarding van resolutie 2100 op 25 april jl., zal worden ontplooid. MINUSMA zal meer dan 10 000 soldaten en 1 500 politiemensen tellen.

2. De regionale impact van de Malinese crisis blijft inderdaad grote zorgen baren. België is altijd voorstander geweest van een geïntegreerde regionale benadering, met name in het kader van de Europese strategie voor de Sahel. Zo neemt ons land actief deel aan de missie EUCAP Niger, een civiele missie voor bijstand aan de veiligheidstroepen in Niger. Bovendien is deze missie regionaal georiënteerd. De aanstelling van een Speciale Europese Unie (EU)-Vertegenwoordiger voor de Sahel is door dezelfde logica ingegeven.

3. De goedkeuring van de roadmap in januari 2013 maakt het voor de EU mogelijk opnieuw betrekkingen aan te knopen met Mali en de aanzet te geven tot een geleidelijke hervatting van de Europese ontwikkelingssamenwerking. Daarnaast pleit de EU voor een politieke dialoog met Mali. Herhaaldelijk werd het belang benadrukt van een politiek proces om uit de crisis te geraken. Tijdens mijn bezoek aan Bamako en de contacten met verschillenden autoriteiten van de regio (bv President Isoufou van Niger) heb ik dit nogmaals benadrukt. Een gestructureerde politieke dialoog kan dit standpunt alleen maar ondersteunen.

Deze systematische en formele dialoog met de Malinese autoriteiten zal hoofdzakelijk zijn toegespitst op de aspecten van het stabilisatieproces van de politieke en veiligheidssituatie, met name het herstel van het institutionele kader: voorbereiden en organiseren van vrije en transparante verkiezingen, civiele controle op het leger en de veiligheidstroepen, herstel van het staatsgezag, dialoog en verzoening via een inclusief nationaal proces, strijd tegen straffeloosheid en eerbiediging van de rechten van de mens.

Een ander concreet gegeven is dat de EU, naast organisaties zoals de Organisatie van de Francofonie en de donoren (waaronder België), nauwgezet onderzoekt hoe zij het land kan helpen deze crisis te boven te komen. De donorenconferentie “Ensemble pour le renouveau du Mali” van 15 mei jl., gezamenlijk georganiseerd door de presidenten van Frankrijk en Mali, en de voorzitter van de Europese Commissie, is erin geslaagd een sterk signaal te geven met betrekking tot het engagement van de hele internationale gemeenschap ten gunste van de stabiliteit, de eenheid, de democratie en de ontwikkeling van Mali en de bereidheid om belangrijke middelen beschikbaar te stellen opdat het land de crisis achter zich zou kunnen laten.