Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6329

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 24 mei 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Behavioral Economics - Nudges - Economische relance - Kleine economische ingrepen - Maatregelen

heractivering van de economie
ministerie
gedragswetenschap
bewustmaking van de burgers

Chronologie

24/5/2012Verzending vraag
25/7/2012Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6325
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6326
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6327
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6328
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6330
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6331
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6332
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6333
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6334
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6335
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6336
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6337
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6338
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6339
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6340
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6341
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-6342

Vraag nr. 5-6329 d.d. 24 mei 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

We merken de internationale opgang van "behavioral economics"; een economische microstijl gebaseerd op een reeks kleine, maar logische ingrepen. Het gaat om een reeks sociale, cognitieve en emotionele factoren die die 'economische' beslissing van een individu, een groep of een samenleving kunnen beïnvloeden. De idee is dat het mogelijk is mensen te stimuleren tot het nemen van een betere keuze. Doel kan zijn de effectiviteit van het overheidsbeleid te verbeteren.

Concrete voorbeelden op basis van het regeerakkoord:

- De regering wenst het energieverbruik te doen dalen. In de Verenigde Staten zullen autoconstructeurs niet langer moeten aangeven hoeveel liter een auto verbruikt per 100 km, maar wel wat de verwachte totale kostprijs zal zijn in vijf jaar tijd. Deze licht aangepaste boodschap heeft een groot effect op het koopgedrag, het energieverbruik en brengt geen kost met zich mee.

- De regering wenst belastingen beter te innen. Het opstellen van een brief, aan wanbetalers, in een meer begrijpelijke taal heeft tot gevolg dat het aantal betalers verdubbelt.

Deze concrete voorbeelden tonen aan dat we kleine kansen laten liggen om economische relance te bekomen. Kleine duwtjes "nudges" om de economie te doen groeien zonder extra uitgaven voor de overheid. Het is echter niet mogelijk om de volledige begroting met deze ingrepen recht te trekken. De relanceplannen en de begrotingscontrole zijn veel belangrijkere instrumenten. Toch kunnen deze duwtjes België op de goede weg zetten.

Landen als de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Frankrijk en Denemarken zijn zich bewust van de effectiviteit van deze techniek en hebben hiervoor een speciale cel opgericht.

Om voorgaande redenen had ik graag geweten of u de effectiviteit van "nudges" voor het departement waarvoor u verantwoordelijk bent inziet? Zo ja, welke concrete maatregelen stelt u hieromtrent voor?

Antwoord ontvangen op 25 juli 2012 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

De volgende gegevens hebben betrekking op directies en diensten die onder mijn bevoegdheid vallen, en niet op diensten die onder de bevoegdheid vallen van de staatssecretaris voor Asiel en Migratie (M. De Block).

Als overheidsdepartement beschikken de directies en diensten van de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken die onder mijn bevoegdheid vallen waarschijnlijk over minder mogelijkheden om acties uit te voeren die de “economische beslissing” van een individu of van een groep kunnen beïnvloeden dan andere departementen, die sterker betrokken zijn bij het strikt economisch domein.

Op de meeste domeinen waarvoor ze bevoegd zijn, voeren deze directies en diensten missies uit die voorgeschreven worden door de grondwet of door de wet. Op deze missies kan dus meestal niet besnoeid worden, tenzij de wetgeving veranderd wordt.

In een gegeven wetgevingskader kunnen de directies en diensten die onder mijn bevoegdheid vallen dus niet zelf kiezen welke cliënten ze willen bedienen. Ze kunnen hoogstens prioriteiten bepalen.

De directies en diensten van de FOD Binnenlandse Zaken die onder mijn bevoegdheid vallen, houden zich bezig met een brede waaier van missies, die op basis van drie hoofdlijnen kunnen worden onderverdeeld:

  1. De veiligheid van de burger en de bescherming van het private en openbare patrimonium ;

  2. de registratie en de identificatie van de natuurlijke personen ;

  3. de uitoefening van bepaalde democratische rechten.

Het principe van een reflectie die erop gericht is om “nudges” te creëren lijkt zeer interessant te zijn, maar de directies en diensten die onder mijn bevoegdheid vallen hebben deze aanpak nog niet echt geïntegreerd in het kader van hun strategische plannen.

De afgelopen jaren is de budgettaire situatie beduidend slechter geworden, waardoor de organisatie onder druk is komen te staan. Tijdens een gunstige periode werden verschillende politieke beslissingen genomen die tijdens een periode waarin er sprake was van een gebrek aan middelen uitgevoerd werden (bv. : hervorming van de civiele veiligheid, uitbreiding van de systemen voor het elektronisch stemmen, …).

De directies en de diensten die onder mijn bevoegdheid vallen, blijven echter bijzonder veel aandacht besteden aan de verbetering en de optimalisering van hun acties, wat met name uit de doelstellingen van het managementplan 2009-2014 blijkt:

  1. Voeling houden met zijn omgeving:

  1. Een duurzaam beleid voeren:

  1. Een kwaliteitsvolle dienstverlening leveren:

  1. Op een performante manier werken:

  1. Zich vergewissen van de tevredenheid van de gebruikers en partners: deze zal regelmatig gemeten worden, binnen de grenzen van de beschikbare middelen.