Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3163

van Sabine de Bethune (CD&V) d.d. 29 september 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Personen met een handicap - Federale overheidsdiensten - Tewerkstelling - Quotum - Situatie einde 2010 - Gevolgen

ministerie
werknemer met een beperking
integratie van gehandicapten
gereserveerde arbeidsplaats

Chronologie

29/9/2011Verzending vraag
18/11/2011Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3162
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3164
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3165
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3166
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3167
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3168
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3169
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3170
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3171
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3172
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3173
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3174
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3175
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3176
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3177
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3178
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3179
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3180
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3181
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3182

Vraag nr. 5-3163 d.d. 29 september 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

België engageert zich sinds enkele jaren in acties om personen met een handicap toegang te bieden tot werkgelegenheid en hen ook aan het werk te houden. In 2006 bleek echter dat België nog steeds onder het Europese gemiddelde zat wat betreft de tewerkstellingsgraad van personen met een handicap. Ons land kwam toen immers slechts aan een percentage van 42 %, terwijl het Europese gemiddelde 49 % was.

Als gevolg daarvan besliste de regering in mei 2006 een verhoging in te voeren van het aantal plaatsen in de federale openbare besturen voor personen met een handicap. Deze beslissing kreeg mee vorm in het koninklijk besluit van 5 maart 2007 tot organisatie van de werving van personen met een handicap in het federaal administratief openbaar ambt. Dit koninklijk besluit bepaalt dat in elk federaal openbaar bestuur 3 % (in plaats van 2 % voordien) van de betrekkingen wordt voorbehouden voor personen met een handicap. Het koninklijk besluit voorziet ook een wervingsstop waardoor de betreffende administratie haar personeelsbestand niet zou kunnen aanvullen voor de functies die dat specifieke quotum niet halen tegen 1 januari 2010.

Tevens voorziet het koninklijk besluit in een begeleidingscommissie die onder meer als doel heeft verslag uit te brengen aan de regering over de toestand van de tewerkstelling van personen met een handicap in het federaal openbaar ambt. In haar evaluatieverslag voor het jaar 2010 stelt de commissie vast dat de tewerkstellingsgraad voor personen met een handicap slechts 1,28 % bedraagt.

Graag had ik hieromtrent de volgende vragen gesteld:

1) Hoeveel mensen zijn in elk van uw diensten en instellingen tewerkgesteld?

2) Hoeveel personen met een handicap zijn in elk van uw diensten en instellingen tewerkgesteld?

3) Hoeveel procent van het aantal werknemers betreft dit?

4) Hebt u het quotum van 3 % gehaald op 1 januari 2010?

5) Indien u het quotum niet gehaald hebt, door welke sancties werd u getroffen? Werd er een wervingsstop doorgevoerd? Welke gevolgen heeft u daardoor ondervonden?

6) Welke maatregelen worden genomen om alsnog het quotum te behalen? Hebt u zicht op de effectiviteit van deze maatregelen?

Antwoord ontvangen op 18 november 2011 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

1 Op 1 oktober 2011 waren er 25 035 personeelsleden tewerkgesteld bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën. Het betreft de statutaire en contractuele medewerkers.

2. en 3. Het beleid van de FOD Financiën heeft er altijd in bestaan personen met een handicap zonder enige discriminatie te integreren te midden van de andere personeelsleden.

Het uitvoeren van een eenvoudige telling van de gehandicapte personen die tegenwoordig in dienst zijn bij het Departement of bij de aanwerving van nieuwe personeelsleden zou dan ook slecht onthaald worden daar de meerderheid van de gehandicapte werknemers niet wegens hun handicap gestigmatiseerd wensen te worden

Op basis van cijfergegevens die in 2003 werden gearchiveerd kon worden vastgesteld dat 586 personen met een handicap op dat moment bij de FOD Financiën tewerkgesteld waren. Het staat vast dat de meerderheid van deze personen op dit moment nog steeds in dienst zijn.

Anderzijds werd, op verzoek van de Begeleidingscommissie die werd opgericht in het kader van het koninklijk besluit (KB) van 5 maart 2007 tot organisatie van de werving van personen met een handicap, in de maand december van 2010 voor de tweede maal een enquête “Tewerkstelling en Handicap” gehouden bij de personeelsleden van de FOD Financiën.

Voor het gehele Departement stuurden 217 personeelsleden op vrijwillige basis deze vragenlijst terug. Dit cijfer is beduidend lager dan het werkelijk aantal tewerkgestelde personeelsleden met een handicap, maar bewijst dat het beleid van het Departement werkt.

Er mag evenwel aangenomen worden dat het werkelijke percentage van tewerkstelling van personen met een handicap schommelt rond de 2 % (586/28.209).

4. Op basis van de gegevens die de werknemers van de FOD Financiën vrijwillig meedeelden, kan besloten worden dat de FOD Financiën het quotum voor tewerkstelling van personen met een handicap niet haalde.

Desondanks zal de FOD Financiën haar diversiteitspolitiek verder zetten en de nodige inspanningen leveren om het quotum te bereiken.

5. Op dit ogenblik wordt de FOD Financiën niet getroffen door sancties wegens het niet halen van het vooropgestelde quotum. Er dient op toegezien te worden dat, indien er sanctiemechanismen worden toegepast, deze de goede werking van de organisatie niet verstoren.

6. Bij de indiensttreding van personen met een handicap neemt de FOD Financiën spontaan contact met deze mensen om hen extra te motiveren en de mogelijkheden te bespreken, zoals het zoeken van een gepaste standplaats rekening houdend met hun verplaatsingsbeperkingen.

Indien nodig gebeuren ook de noodzakelijke aanpassingen aan hun werkpost op het vlak van logistiek, informatica en veiligheid. Hiervoor wordt soms een beroep gedaan op de deskundige ondersteuning van organisaties zoals de Brailleliga, firma’s gespecialiseerd in speciale software- programma’s en uiteraard de Sociale Dienst en de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (IDPBW).

Zoals vroeger reeds het geval was, zal de FOD Financiën in de komende jaren de nodige inspanningen leveren om het vooropgestelde quotum van 3 % te behalen. Door het aanpassen en bijsturen van het communicatiebeleid op het vlak van rekrutering en selectie wordt getracht de betrokken doelgroep beter te bereiken en aan te zetten om deelnemen aan de selecties die de FOD Financiën regelmatig organiseert in samenwerking met SELOR.