Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3409

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 29 april 2009

aan de minister van Migratie- en Asielbeleid

Schijnechtscheidingen - Aantallen - Maatregelen

echtscheiding
fraude
burgerlijke stand
buitenlandse staatsburger
gerechtelijke vervolging
officiële statistiek
OCMW

Chronologie

29/4/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/5/2009)
24/7/2009Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3407
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3408
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3410

Vraag nr. 4-3409 d.d. 29 april 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In Antwerpen werd onlangs door de schepen van Sociale Zaken gesteld dat zij weet heeft van schijnechtscheidingen.

Er bestaat bovendien een circuit dat schijnechtscheidingen organiseert. Het zou om een systeem gaan waarbij Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW)-uitkeringsgerechtigde echtparen om “ dringende en voorlopige maatregelen “ vragen. Dat statuut kan als een voorstadium voor een echtscheiding beschouwd worden. De twee partners worden dan door het OCMW als alleenstaand behandeld, waardoor ze twee uitkeringen en huurtoelagen krijgen. Het blijkt ook dat er nogal veel “ Nederlandsonkundigen “ een beroep doen op deze procedure, wat opmerkelijk is omdat het uiteindelijk gaat om erg “ technische “ kennis.

Verder vindt men dit fenomeen ook bij gepensioneerden die wanneer zij voormeld systeem toepassen, scheiden van tafel en bed, aldus ook meer pensioen krijgen als alleenstaande gepensioneerde.

Daarom deze vragen:

1) Is de geachte minister op de hoogte van dergelijke schijnechtscheidingen? Zo ja, over hoeveel gevallen gaat het? Wordt deze vorm van fraude door de politie en het gerecht ook aldus behandeld?

2) In hoeveel gevallen ging het om “ Nederlandsonkundigen “ en / of vreemdelingen?

3) Heeft de geachte minister de indruk dat er achter deze schijnechtscheidingen een circuit schuilgaat? Zo ja, werd er door de gerechtelijke instanties hiertegen reeds stappen ondernomen?

4) Welke maatregelen werden genomen om dergelijke frauduleuze schijnhuwelijken sneller op te sporen en tegen te gaan?

Antwoord ontvangen op 24 juli 2009 :

1.2.3. Als minister van Migratie en Asielbeleid ben ik uitsluitend bevoegd voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. In die optiek ben ik alleen betrokken bij de strijd tegen de schijnhuwelijken. Met betrekking tot vraag 4 kan ik u dan ook het volgende antwoorden.

4. De wet van 25 april 2007 tot wijziging van de Vreemdelingenwet die op 1 juni 2008 in voege is getreden, stelt een nieuw actiemiddel in om schijnhuwelijken te bestrijden. Tot drie jaar na het bekomen van een verblijfsrecht kan de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) een einde stellen van het verblijfsrecht van een vreemdeling, indien hij niet meer voldoet aan de voorwaarden voor gezinshereniging. De eerste twee jaar kan het verblijfsrecht ingetrokken worden indien beide partners fysiek niet meer onder hetzelfde dak wonen. In de loop van het derde jaar is het negatief advies inzake het huwelijk van het Openbaar Ministerie nodig om een einde te stellen aan het verblijfsrecht. Na deze drie jaren, vereist elke handeling met betrekking tot het verblijf, steeds dat een rechtscollege de nietigheid van het huwelijk uitspreekt.

Via een omzendbrief van 13 september 2005 worden de gemeenten bovendien verplicht elk verdacht schijnhuwelijk met een illegaal te melden. De omzendbrief is ook toepasselijk op vreemdelingen in precaire situatie. Op basis van deze melding wordt het administratief dossier van de betrokken vreemdeling door het bureau Opsporingen bij de Dienst Vreemdelingenzaken onderzocht en binnen de maand krijgen de gemeenten een antwoord of er bijkomende elementen zijn die wijzen op een potentieel schijnhuwelijk. Dit systeem verhindert dat een dergelijk huwelijk wordt afgesloten in een andere Belgische gemeente.

Tot slot beschikken de verschillende betrokken partners in de strijd tegen het fenomeen schijnhuwelijken over een bijzonder werkdocument namelijk het nationaal draaiboek schijnhuwelijken. Het stroomlijnen van de acties en inspanningen van de verschillende diensten in deze materie zal ongetwijfeld een impact hebben op het terrein. Vreemdelingen die op een frauduleuze manier via een schijnhuwelijk een verblijf op het grondgebied beogen, zullen op een identieke manier in de verschillende gemeenten en in de verschillende gerechtelijke arrondissementen worden behandeld. Huwelijksshoppen tussen de verschillende regio’s zal zo goed als nutteloos zijn.