BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2011-2012
________
31 mei 2012
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6392

de Cécile Thibaut (Ecolo)

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________
De huisartsenwachtdiensten
________
dokter
algemene geneeskunde
________
31/5/2012Verzending vraag
26/6/2012Antwoord
________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2294
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6392 d.d. 31 mei 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

De situatie van de huisartsgeneeskunde verandert elke dag. Er werd een reeks maatregelen genomen om nu eens de aantrekkelijkheid van het beroep te verhogen, dan weer om de zwaarte ervan te verlagen.

Zo is er het werk van uw diensten in verband met het specifieke probleem van de wachtdiensten in de ambulante geneeskunde. Verschillende voorzieningen werden opgericht, met alle actoren van het terrein. We hebben de aanbevelingen van de Federale Raad voor de Huisartsenkringen en de recente aanbevelingen van het KCE kunnen lezen.

Een reeks bijkomende maatregelen zou leiden tot een betere organisatie van die buurtwachtdiensten. We zien onder andere de oprichting van een dispatching van de oproepen via het 1733-nummer, een betere samenwerking tussen de huisartsenkringen, de spoeddiensten van de ziekenhuizen, en de wachtdiensten van de huisartsen.

Op dit ogenblik bevinden we ons nog in een fase van proefprojecten in verband met het aantal huisartsenwachtdiensten, en de dossiers komen op wisselvallige basis bij het Riziv.

Ik heb een gesprek gehad met vertegenwoordigers van de Groupement Belge des Omnipraticiens, een belangrijke beroepsorganisatie van de huisartsen. Uit de eerste analyses van de verdeling van de middelen zou blijken dat die middelen sterk uiteenlopen, waardoor de dekking en de dienstverlening aan de bevolking slechts op bepaalde plaatsen is verbeterd.

Mevrouw de minister, ik heb de volgende vragen:

1) Hoe zijn de wachtdiensten voor huisartsen op dit ogenblik precies over het grondgebied verspreid?

2) Wat zijn de nieuwe vooruitzichten voor dit jaar?

3) De vraag is groot en de reële noden moeten worden gemeten. Hoe denkt de minister een zekere efficiëntie in de verdeling van die voorzieningen te bewaren?

Antwoord ontvangen op 26 juni 2012 :

Het regeerakkoord bevat tot mijn groot genoegen een sterke verbintenis om een oplossing aan te reiken voor de problemen van de huisartsenwachtdienst.

In dat verband zijn de oprichting en uitbouw van medische wachtposten uiteraard initiatieven die ik wil versterken, in overleg met de sector.

Om uw vragen nauwkeuriger te beantwoorden, kan ik u het volgende meedelen:

1. Het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeits-verzekering (RIZIV) beheert thans zevenendertig overeenkomsten op basis waarvan het veertig huisartsenwachtposten financiert.

2. De mogelijkheden om in 2012 nieuwe projecten te financieren zullen maar na de vergadering van 16 juli 2012 van het Verzekeringscomité duidelijker worden. Op dit ogenblik worden de behoeften van de bestaande huisartsenwachtposten en de nieuwe budgetaanvragen opgelijst en beoordeeld naargelang de begrotingscontext. Daartoe komt er binnen de komende twee maanden een evaluatie van de inhoud en van het budget.

3. De Nationale commissie geneesheren-ziekenfondsen zette overigens een model op punt om de financiering van de huisartsenwachtposten te regelen, volgens een reeks vastgelegde beginselen die gefaseerd en in overleg met de wachtposten zullen worden toegepast. Het is de bedoeling om tot een meer gelijkvormige en transparante financiering te komen. Deze aanpak moet er ook toe leiden dat de middelen zo efficiënt en evenwichtig mogelijk worden toegekend, rekening houdend met de essentiële opdrachten van de huisartsenwachtposten en de daaruit voortvloeiende behoeften. Ik zal dat dossier in de komende maanden zeer aandachtig volgen, en voornamelijk opdat dit broodnodige rationaliseringsproces tot een goed einde zou komen en zonder de goede werking van de lopende initiatieven in het gedrang te brengen.