5-1063/2

5-1063/2

Belgische Senaat

ZITTING 2010-2011

24 JUNI 2011


Voorstel van resolutie tot de erkenning van Zuid-Soedan door België


AMENDEMENTEN


Nr. 1 VAN DE HEER ANCIAUX

In de considerans, een punt N (nieuw) toevoegen, luidende :

« N. gelet op het feit dat een regering in lopende zaken geen land kan erkennen, tenzij met de uitdrukkelijke toestemming van het parlement; ».

Verantwoording

Het voorstel van resolutie gaat voorbij aan het gegeven dat een regering in lopende zaken niet kan overgaan tot de erkenning van een Staat. Ontslagnemend minister van Buitenlandse Zaken, de heer Vanackere, gaf omtrent deze procedure al uitvoerig uitleg in antwoord op mondelinge en schriftelijke vragen omtrent het erkennen van Staten, onder meer op vragen van één van de indieners van de huidige resolutie : « Hoewel juridische en feitelijke elementen uiteraard een cruciale rol spelen, is de erkenning van een Staat ook een belangrijke politieke daad. Het is evident dat een dergelijke belangrijke politieke beslissing de bevoegdheid van een regering in lopende zaken overschrijdt » (1) .

We willen een tijdig georganiseerd parlementair debat over een erkenning van Zuid-Soedan door de huidige regering in lopende zaken. We vragen tevens dat de regering in lopende zaken de uitdrukkelijke toestemming vraagt aan het parlement om een onafhankelijk Zuid-Soedan correct te kunnen erkennen. Deze procedure werd ook succesvol toegepast bij de beslissing over onze deelname aan de militaire operatie in Libië. Vandaar het voorstel om, na het voeren van een democratisch debat, deze procedure te volgen.

Nr. 2 VAN DE HEER ANCIAUX

In de considerans, een punt O (nieuw) toevoegen, luidende :

« O. gelet op de precaire toestand waarin sommige Soedanese regio's zich bevinden en de verdere nood aan ondersteuning voor een vreedzame oplossing. Immers, ondanks de vredesovereenkomst van 2005 en het geslaagde referendum laaien conflicten nog steeds hoog op; ».

Verantwoording

In de periode na het referendum vonden er gewelddadige incidenten plaats in Abyei, Unity State en Zuid-Kordofan. Bemiddeling door de Afrikaanse Unie, onder leiding van Thabo Mbeki (in concreto het « High Level Implementation Panel — AUHIP), boekte al enig succes. Zo kwamen Khartoem en Zuid-Soedan op 20 juni 2011 overeen de door beiden opgeëiste regio Abyei te demilitariseren. Maar de situatie blijft voorlopig precair in verschillende gebieden. Zo waarschuwde Ezekiel Lol Gatkuoth, het hoofd van de VN missie in Zuid-Soedan, de VN Veiligheidsraad op 20 juni 2011 dat « the situation in Southern Kordofan risks degenerating into ethnic cleansing and possible genocide (2) .

Dit voorstel van resolutie mag niet voorbij gaan aan de verslechterde veiligheidssituatie waarin sommige Soedanese regio's zich bevinden. In de tekst (stuk Senaat, nr. 5-1063/1, blz. 4) wordt melding gemaakt van « meer dan honderd doden rond Abyei tijdens een conflict over welke stammen zouden mogen stemmen in het referendum over de nieuwe grenzen », maar voor het overige beperkt men zich tot een eerder feitelijk overzicht. De berichtgeving van de VN, verschillende Europese verklaringen en rapportage van gereputeerde denktanks laten geen misverstand bestaan over de achteruitgaande situatie en de risico's. Het lijkt de auteur van dit amendement belangrijk om dat ook onder de aandacht te brengen.

Nr. 3 VAN DE HEER ANCIAUX

In de considerans, punt E doen vervallen.

Verantwoording

De Soedanese president al-Bashir heeft dit inderdaad gezegd in de periode rond het referendum. Ondertussen klinkt hij echter anders (3) ; idem met een vertegenwoordiger van NCP (4) die zelfs stelde dat ze Zuid-Soedan niet zullen erkennen indien niet alle grenskwesties geregeld zijn tegen 9 juli 2011.

Nr. 4 VAN DE HEER ANCIAUX

In de considerans, een punt Ibis (nieuw) invoegen, luidende :

« I.bis gelet op de precaire veiligheidssituatie in Soedan en de verschillende openstaande kwesties die nog een onderhandelde oplossing vragen; ».

Verantwoording

Zie de verantwoording bij het amendement nr. 2.

Nr. 5 VAN DE HEER ANCIAUX

In de considerans, een punt P (nieuw) invoegen, luidende :

« P. gelet op de conclusies van de Raad van Europese ministers van Buitenlandse Zaken van 20 juni 2011 (Council Conclusions on Sudan, 3101st Foreign Affairs Council meeting); ».

Verantwoording

Zie de verantwoording bij het amendement nr. 7.

Nr. 6 VAN DE HEER ANCIAUX

In het dispositief I, punt 1 doen voorafgaan door twee nieuwen punten 1 en 2, luidende :

« 1. tijdig een parlementair debat te organiseren in zake de erkenning van Zuid-Soedan door de regering in lopende zaken;

2. de toestemming van het federale parlement te vragen om dit op een correcte manier te kunnen doen; ».

Verantwoording

Zie de verantwoording bij het amendement nr. 1.

Nr. 7 VAN DE HEER ANCIAUX

In het dispositief I, punt 1 vervangen als volgt :

« van zodra mogelijk ook daadwerkelijk over te gaan tot de erkenning van Zuid-Soedan, in overleg met de Europese partners, los van eventuele verklaringen vanuit Soedan; ».

Verantwoording

Met betrekking tot de timing : gezien de situatie van lopende zaken is het niet zeker dat ons land Zuid-Soedan kan erkennen « zodra deze de onafhankelijkheid uitroept op 9 juli 2011 ». Meer realistisch is de verwijzing van « van zodra mogelijk ».

Een erkenning « in overleg met de Europese partners » is fundamenteel. Dit wordt benadrukt door de ontslagnemende minister van Buitenlandse Zaken, de heer Vanackere, zelf. De auteur van het amendement verwijst ook naar de meest recente conclusies van de Raad van 20 juni 2011 (zie amendement nr. 5), waarin ook wordt verwezen naar het belang van « a comprehensive EU approach to Sudan and, from 9 July 2011, to South Sudan ». De erkenning van een Staat is een nationale aangelegenheid, maar gezien de Europese context lijkt ons een vermelding van het belang van Europees overleg noodzakelijk.

Nr. 8 VAN DE HEER ANCIAUX

In het dispositief I, een punt 4 (nieuw) toevoegen, luidende :

« 4. op Europees en internationaal niveau blijvend aandacht te vragen voor de precaire veiligheidssituatie in het land; ».

Verantwoording

Zie de verantwoording bij het amendement nr. 2.

Nr. 9 VAN DE HEER ANCIAUX

In het dispositief III, punt 1 doen vervallen.

Verantwoording

Het is niet duidelijk wat precies met dit punt wordt bedoeld. Hoe kunnen « de Raad van de Europese Unie » (is dit de Raad Buitenlandse Zaken ? of de Europese Commissie ?) de erkenning van Zuid-Soedan volgen ?

Bert ANCIAUX.

Nr. 10 VAN MEVROUW de BETHUNE

In het dispositief II, het punt 6 doen vervallen.

Verantwoording

Dit amendement beoogt een actualisering van de tekst. Artikel 73 van het Handvest van de Verenigde Naties is van toepassing op de dekolonisatieperiode en kadert in hoofdstuk XI van het Handvest om landen met kolonies aan te sporen onafhankelijkheid te verlenen aan hun kolonies. In het geval van Zuid-Soedan kan men moeilijk spreken van een kolonie, waardoor artikel 73 niet van toepassing is.

Sabine de BETHUNE.

Nr. 11 VAN MEVROUW MATZ

In de considerans, punt A laten voorafgaan door een nieuw punt A, luidende :

« A. gelet op het « Comprehensive Peace Agreement (CPA) », dat op 9 januari 2005 ondertekend werd »;

Verantwoording

De onafhankelijkheid van Zuid-Soedan is het resultaat van een onderhandelingsproces tussen Noord- en Zuid-Soedan. Het is belangrijk dat te onderstrepen.

Nr. 12 VAN MEVROUW MATZ

In de considerans, punt G doen vervallen.

Verantwoording

Artikel 73 van het Handvest van de Verenigde Naties past in de context van de dekolonisering en geldt voor niet-autonome gebieden, wat niet het geval is voor Zuid-Soedan.

Nr. 13 VAN MEVROUW MATZ

In de considerans, een punt P (nieuw) toevoegen, luidende :

« P. gelet op de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juni 2011 over Soedan, die voorziet in de versterking en de ontwikkeling van de betrekkingen van de EU met de regering en de bevolking van Zuid-Soedan, inclusief het aanknopen van diplomatieke betrekkingen; ».

Verantwoording

Rekening houden met de beslissingen die op Europees niveau zijn genomen, waaraan België heeft meegewerkt en waarmee het heeft ingestemd.

Nr. 14 VAN MEVROUW MATZ

In de considerans, een punt Cbis (nieuw) invoegen, luidende :

« Cbis. gelet op de resolutie van het Europees Parlement van 9 juni 2011 betreffende Soedan en Zuid-Soedan; ».

Verantwoording

Het gaat om een actualisering van de tekst, met een resolutie die het probleem globaal benadert.

Nr. 15 VAN MEVROUW MATZ

In het dispositief I, in punt 1, de woorden « zodra deze de onafhankelijkheid uitroept » vervangen door de woorden « die de onafhankelijkheid zal uitroepen ».

Verantwoording

De erkenning van Zuid-Soedan veroorzaakt geen polemiek, maar de vraag is of een regering in lopende zaken een staat kan erkennen. Het voorstel van amendement deelt de regering het standpunt mee van de Senaat, die voor de erkenning van Zuid-Soedan gewonnen is.

Nr. 16 VAN MEVROUW MATZ

In het dispositief II, de zinsnede « vraagt de regering het nieuwe bewind van Soedan en Zuid-Soedan ertoe aan te zetten » te vervangen door « vraagt de regering de regeringen van Soedan en Zuid-Soedan ertoe aan te zetten ».

Verantwoording

De huidige formulering « het nieuwe bewind van Soedan en Zuid-Soedan ertoe aan te zetten » geeft de indruk dat er een « nieuw bewind » is in Soedan, wat niet het geval zal zijn. Alleen de omvang van het land verandert.

Nr. 17 VAN MEVROUW MATZ

In het dispositief II, punt 6 doen vervallen.

Verantwoording

Het gaat hier niet om een geval dat onder artikel 73 van het Handvest van de Verenigde Naties valt.

Nr. 18 VAN MEVROUW MATZ

In het dispositief III, punt 1 doen vervallen.

Verantwoording

Elke lidstaat beslist over de erkenning van een staat (in dit geval Zuid-Soedan) en het is niet de Raad of de Commissie die dat doet.

Nr. 19 VAN MEVROUW MATZ

In het dispositief III, een punt 3bis (nieuw) invoegen, luidende :

« 3bis. de Zuid-Soedanese regering te blijven steunen in haar streven om te voldoen aan de behoeften van haar bevolking zoals gedefinieerd in de besluiten van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juni 2011; ».

Vanessa MATZ.

(1) Schriftelijke vraag nr. 5-1181 van Karl Vanlouwe aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Institutionele Hervormingen over Het referendum in Soedan en de eventuele erkenning van de onafhankelijkheid van Zuid-Soedan .

(2) http://www.un.org/apps/news/story.asp ?NewsID=38778&Cr=abyei&Cr1=.

(3) http://www.bbc.co.uk/news/world-africa-13230498.

(4) http://allafrica.com/stories/201105300491.html.