5-1017/2

5-1017/2

Belgische Senaat

ZITTING 2012-2013

2 JULI 2013


Wetsvoorstel tot instelling van een huurwaarborgfonds


AMENDEMENTEN


Nº 1 VAN MEVROUW PEHLIVAN C.S

Art. 5

Dit artikel vervangen door wat volgt :

« Art. 5. Artikel 10 van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, afdeling II, van het Burgerlijk Wetboek, wordt vervangen als volgt :

Art. 10. — Het federaal huurwaarborgfonds garandeert ter nakoming van de verbintenissen van de huurder een waarborg van twee maanden huur.

Het Fonds staat in voor de betaling door de huurder van deze som geld; de huurder kan deze samenstellen middels constante maandelijkse afbetalingen gedurende de duur van de huurovereenkomst, met een maximumduur van drie jaar. De Koning legt daartoe afbetalingsschema's vast.

De Koning legt het formulier vast waarmee het Fonds ten aanzien van de verhuurders zal bevestigen dat de huurwaarborg toegekend is.

De interest op deze waarborg wordt gekapitaliseerd ten voordele van de huurder.

De verhuurder verkrijgt een borgstelling ten belope van twee maanden huur, voor elke schuldvordering voortvloeiend uit de gehele of gedeeltelijke niet-nakoming van de verplichtingen van de huurder.

Er mag niet beschikt worden over de waarborg dan ten voordele van een van beide partijen, mits voorleggen van ofwel een schriftelijk akkoord, dat ten vroegste opgesteld wordt bij het beëindigen van de huurovereenkomst, ofwel van een kopie van een rechterlijke beslissing. Deze beslissing is uitvoerbaar bij voorraad, niettegenstaande verzet of voorziening en zonder borgstelling of kantonnement. » »

Verantwoording

De huurwaarborg bedraagt twee maanden en kan door de huurder in schijven samengesteld worden. De Koning legt daartoe afbetalingsschema's vast die de huurder moeten toelaten de waarborg te volstorten.

De verhuurder wordt in kennis gesteld dat een waarborgregeling is gebeurd door een formulier vastgesteld door de Koning.

De verhuurder krijgt een tegengarantie van het Fonds ten belope van 2 maanden huur voor een eventuele tekortkoming van de huurder aan zijn verplichtingen.

Het vrijmaken van de waarborg gebeurt slechts mits akkooord tussen partijen of na uitspraak door de rechter.

Nr. 2 VAN MEVROUW PEHLIVAN

Art. 6/1 (nieuw)

Een artikel 6/1 invoegen, luidende :

« Art. 6/1. Deze wet is van toepassing op de huurovereenkomsten, bedoeld in artikel 2, afgesloten na de inwerkingtreding van de wet.

Evenwel kan de huurwaarborg van huurovereenkomsten afgesloten voor de inwerkingtreding van deze wet, in het federaal huurwaarborgfonds ingebracht worden, mits de partijen daartoe een schriftelijk akkoord sluiten. »

Verantwoording

Deze wet is uitsluitend van toepassing op huurovereenkomsten waarbij de waarborg na de inwerkingtreding van de wet gesteld dient te worden. Wat betreft de huurovereenkomsten, die reeds lopen op het moment van de inwerkingtreding van deze wet en waarvoor een waarborg in geld is gesteld, kunnen de partijen evenwel overeenkomen de bestaande waarborg vrij te maken en deze in het huurwaarborgfonds inbrengen.

Nr. 3 VAN MEVROUW PEHLIVAN

Art 6/2 (nieuw)

Een artikel 6/2 invoegen, luidende :

« Art. 6/2. In afwachting dat de Gewesten de bevoegdheid inzake de huurwaarborg opnemen, worden de huurwaarborgen bedoeld in artikel 2 uitgesplitst overeenkomstig de betreffende gewesten.

De respectieve meerrendementen, bedoeld in artikel 4, worden besteed in overleg met de bevoegde minister voor wonen van het Gewest. »

Verantwoording

Ingevolge de staatshervorming wordt de bevoegdheid inzake de huurwetgeving overgedragen aan de Gewesten. Het is evenwel een open vraag of en wanneer de Gewesten deze bevoegdheid effectief zullen uitoefenen.

Om dat probleem op te vangen wordt voorzien dat de huurwaarborgen uitgesplitst worden over de Gewesten. Voor de besteding van de meerrendementen wordt overleg gepleegd met de bevoegde gewestministers.

Fatma PEHLIVAN.