5-2280/1

5-2280/1

Belgische Senaat

ZITTING 2013-2014

9 OKTOBER 2013


Wetsvoorstel tot aanvulling van het koninklijk besluit van 6 oktober 2005 houdende diverse maatregelen met betrekking tot de vergelijkende aanwervingsselectie en met betrekking tot de stage, met het oog op het expliciet opnemen van de notie « arbeidshandicap » in de uitlegging van het begrip handicap

(Ingediend door mevrouw Helga Stevens)


TOELICHTING


Dit wetsvoorstel strekt ertoe de betekenis en de draagwijdte te preciseren van het begrip handicap zoals omschreven in het koninklijk besluit van 6 oktober 2005 houdende diverse maatregelen met betrekking tot de vergelijkende aanwervingsselectie en met betrekking tot de stage.

Volgens de indienster moet dit koninklijk besluit, dat streeft naar de activering van personen met een handicap zo worden geïnterpreteerd dat het naadloos aansluit bij het begrippenkader zoals gebruikt door de respectievelijk deelstaten. Dit wetsvoorstel lost de problematiek betreffende de uiteenlopende interpretaties van het begrip « handicap » op.

Ten gevolge van de institutionele reorganisatie in het kader van beter bestuurlijk beleid in Vlaanderen in 2008 is het Vlaams Agentschap voor personen met een handicap (VAPH) niet langer uitsluitend bevoegd voor personen met een handicap. Het besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2008 betreffende de professionele integratie van personen met een arbeidshandicap had tot gevolg dat personen die enkel steun vragen op het domein van werk zich niet langer konden inschrijven bij het VAPH, aangezien de bevoegdheden met betrekking tot arbeidsbemiddeling zijn overgedragen naar de Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling (VDAB). Het VAPH staat alleen nog in voor zorgvoorzieningen en niet-werkgerelateerde hulpmiddelen.

De VDAB heeft sinds 2008 procedures ontwikkeld om te bepalen welke personen een indicatie arbeidshandicap kunnen krijgen en in aanmerking komen voor een of meer tewerkstellingsondersteunende maatregelen. Hoewel gemikt werd op dezelfde doelgroep die zich voorheen voor diens professionele integratie tot het VAHP moest wenden, zijn de voorwaarden strenger dan diegene die vroeger al binnen het VAHP bestonden.

We stellen echter vast dat men op federaal niveau momenteel vindt dat de Vlaamse overheid een te ruime definitie van het begrip arbeidshandicap zou hanteren. Dit is echter niet mogelijk daar de huidige definitie van arbeidshandicap, zoals hierboven reeds vermeld, duidelijk niet ruimer is dan de definitie van « handicap » maar zelfs restrictiever is.

In de periode voor de overdracht van de bevoegdheden van het VAPH naar de VDAB was het gebruikelijk om in federale maatregelen voor personen met een handicap als doelgroep onder meer die personen op te nemen die ingeschreven waren bij de « regionale fondsen voor gehandicapten », zoals het VAPH in Vlaanderen of de « Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées » (AWIPH) in Wallonië.

Wanneer het gaat over maatregelen met betrekking tot werk en arbeidsbemiddeling is het primordiaal — gezien de overgedragen bevoegdheden — dat een « erkenning » door het VAPH wordt aangevuld door een « erkenning » door de VDAB (volledigheidshalve vermeldt indienster dat de VDAB alle in het verleden door het VAPH of voorlopers toegekende rechten op werkvoorzieningen heeft overgenomen). Er zijn nog altijd personen met een handicap die zich zowel bij het VAPH als bij de VDAB inschrijven, maar als ze enkel bijstand vragen op het domein van werk, dan kunnen ze zich enkel nog tot de VDAB wenden.

Een erkenning door de VDAB als « persoon met een arbeidshandicap » (= ingeschreven als werkzoekende, met een indicatie van arbeidshandicap en met een recht op minstens één BTOM (1) ) kan dus als gelijkwaardig worden beschouwd met een erkenning als een « persoon met een handicap » door het VAPH (= ingeschreven en met een beslissing tot bijstand). Hiermee kunnen alle personen met een handicap gevat worden die zich om allerlei redenen enkel inschrijven bij de VDAB en niet bij het VAPH.

Helga STEVENS.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

Artikel 1 van het koninklijk besluit van 6 oktober 2005 houdende diverse maatregelen met betrekking tot de vergelijkende aanwervingsselectie en met betrekking tot de stage, vervangen bij koninklijk besluit van 5 maart 2007, wordt aangevuld met de bepaling onder 7º, luidende :

« 7º de persoon met een arbeidshandicap zoals gedefinieerd in artikel 1, 3º, van het besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2008 betreffende de professionele integratie van personen met een arbeidshandicap. De functiestoornis moet geattesteerd worden door een bevoegde instantie of arts. »

1 augustus 2013.

Helga STEVENS.

(1) Onder de groep personen met een indicatie van arbeidshandicap is er een subgroep die recht krijgt op bijzondere tewerkstellingsondersteunende maatregelen (BTOM's). Deze subgroep noemen we « personen met een arbeidshandicap » en ze voldoen dus aan de definitie opgenomen in het VDAB-decreet.