5-824/1 | 5-824/1 |
4 MAART 2011
Bij de selectieprocedure betreffende het toewijzen van mandaten bij de politiediensten, zoals die geregeld is in het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, wordt de geschiktheid van een kandidaat krachtens artikel VII.III.26, § 2, vastgesteld aan de hand van het profiel van de kandidaat ten overstaan van het voor het ambt vereiste profiel en rekening houdend met de functiebeschrijving, de kandidaatstelling, het persoonlijk dossier, de evaluatie en, in voorkomend geval, de resultaten van het horen van de kandidaat door de selectiecommissie.
De selectiecommissie beschikt momenteel dus niet over de mogelijkheid om de kandidaten te onderwerpen aan een proef of assessment uitgevoerd door een ter zake gespecialiseerd bureau. Dit is zonder meer jammer omdat het in deze toch gaat om de aanstelling van mensen op zeer verantwoordelijke posten. In de bedrijfswereld en ook in overheidsdiensten is het standaardprocedure geworden om kandidaten voor topfuncties aan een assessment te onderwerpen. Een dergelijke proef kan bijkomende relevante en waardevolle informatie opleveren, die de selectiecommissie beter in staat stelt de kandidaten op hun geschiktheid te beoordelen.
In de nasleep van de schorsing en vervolgens het ontslag van de Gentse korpschef Peter De Wolf werd het niet kunnen onderwerpen aan een assessment van kandidaten voor het mandaat van korpschef door diverse gemeenteraadsleden als een pijnpunt ervaren. Dit wetsvoorstel wil dan ook de mogelijkheid invoeren voor de selectiecommissie om, wanneer zij dit wenst, de kandidaten te onderwerpen aan een dergelijke proef. Het spreekt voor zich dat wanneer de commissie beslist dat één kandidaat zo'n proef moet afleggen, ook de andere kandidaten de proef automatisch moeten afleggen.
Concreet wordt ervoor gekozen de afname van de proef toe te vertrouwen aan het selectiebureau van de overheid Selor. Deze instantie heeft in het verleden immers reeds ervaring opgebouwd betreffende proeven voor kandidaten voor topfuncties binnen de federale en lokale politie (1) . Een proef van het type « assessment center », waarbij de kandidaten onder meer een casestudy wordt voorgelegd waarvan het resultaat beoordeeld wordt door een multidisciplinaire jury, lijkt het meest aangewezen te zijn.
De resultaten van het assessment worden dan uiteraard meegenomen in het geheel van de hogergenoemde elementen op basis waarvan de selectiecommissie de geschiktheid van de kandidaten beoordeelt.
Artikel 2
Dit artikel brengt artikel VII.III.26, § 2, van het koninklijk besluit in overeenstemming met het krachtens artikel 3 van dit wetsvoorstel te wijzigen artikel VII.III.27.
Artikel 3
Dit artikel voert in artikel VII.III.27 voor de selectiecommissie de mogelijkheid in om kandidaten voor een bij mandaat te begeven ambt van korpschef te onderwerpen aan een proef van het type « assessment center », georganiseerd door Selor.
| Helga STEVENS Frank BOOGAERTS Huub BROERS. |
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2
Artikel VII.III.26, § 2, tweede lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 september 2008, wordt in fine aangevuld met de woorden « en de resultaten van de « assessment center »-proef. »
Art. 3
Artikel VII.III.27 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 september 2008, wordt aangevuld met een tweede lid, luidende :
« Betreft het een bij mandaat te begeven ambt van korpschef, dan kan de selectiecommissie de kandidaten onderwerpen aan een proef van het type « assessment center », georganiseerd onder voogdij van Selor. Indien één kandidaat wordt onderworpen aan een dergelijke proef, worden alle kandidaten er aan onderworpen. »
27 januari 2011.
| Helga STEVENS Frank BOOGAERTS Huub BROERS. |
(1) Cf. artikel 3, § 4, van het vroegere koninklijk besluit van 31 oktober 2000 houdende vaststelling van de voorwaarden en de modaliteiten van de eerste aanstelling in bepaalde betrekkingen van de lokale politie.