4-512/1

4-512/1

Belgische Senaat

ZITTING 2007-2008

17 JANUARI 2008


Voorstel van resolutie betreffende de opschorting van de uitwijzingen, in afwachting van de tenuitvoerlegging van het akkoord van de volgende federale regering inzake regularisatie

(Ingediend door de heer Philippe Moureaux c.s.)


TOELICHTING


Over het asiel- en het immigratievraagstuk werden de jongste jaren in ons parlement tal van besprekingen gevoerd, zonder dat over een structurele oplossing voor de sans papiers een consensus, of zelfs maar een parlementaire meerderheid, uit de bus kwam.

Als gevolg daarvan rijzen thans moeilijkheden voor tal van personen die een duurzame binding met ons land hebben uitgebouwd, en dreigen zij te worden uitgewezen. Soms kunnen zij niet anders dan in hongerstaking gaan om aanspraak te maken op volgens hen gewettigde rechten.

Een paar weken geleden heeft een aantal NGO's, die zich hebben verenigd in het platform « Forum Asiel en Migraties » (FAM), een open brief geschreven aan de minister die bevoegd is voor de Binnenlandse Zaken, met het verzoek een moratorium op de uitwijzingen in te stellen. Daarin stond het volgende : « Nog vóór de voorstellen van de toekomstige meerderheid uitvoering krijgen, worden personen die binnenkort voor regularisatie in aanmerking komen, nog steeds uitgewezen. Daarom verzoeken wij de huidige minister van Binnenlandse Zaken, de heer Patrick Dewael, alsook de onderhandelaars van de oranje-blauwe coalitie, waartoe hij behoort, een moratorium in te stellen op de negatieve beslissingen die thans in de regularisatieprocedures worden genomen, alsook op de opsluiting en de verwijdering van de personen die mogelijk kunnen voldoen aan de in het akkoord naar voren geschoven voorwaarden. » (vertaling). Tot dusver is die open brief aan de minister van Binnenlandse Zaken onbeantwoord gebleven.

In antwoord op een mondelinge vraag die PS-volksvertegenwoordiger Éric Thiébaut op 14 november 2007 in dat verband stelde (nr. 195, CRIV52COM024, blz.11), wees de minister van Binnenlandse Zaken het verzoek een moratorium in te stellen van de hand. Volgens hem ressorteert de behandeling van de regularisatieaanvragen onder de dagelijkse werking van de Dienst Vreemdelingenzaken; het instellen van een moratorium zou een beleidswijziging inhouden en derhalve buiten het raam van de lopende zaken vallen. Hij voegde er nog aan toe dat een akkoord tussen de leden van de regering in wording de uittredende regering in geen enkel opzicht bindt.

Het negeren van die menselijke drama's staat gelijk met het onmenselijk en onterend behandelen van de personen in die situatie. De vermoedelijke toekomstige regeringsmeerderheid heeft een akkoord bereikt over het thema « immigratie », dat een uitbreiding lijkt in te houden van de mogelijkheden tot regularisatie van de sans-papiers, en tegelijk striktere voorwaarden oplegt inzake gezinshereniging of toegang tot de Belgische nationaliteit.

Desondanks worden nog steeds mensen uitgewezen die rechtmatig zouden moeten worden geregulariseerd, omdat zij voldoen aan de voorwaarden van voormeld akkoord. Bepaalde partners van de vermoedelijke oranjeblauwe coalitie verschillen onderling van mening over de uitlegging van dat akkoord, meer bepaald over de precieze regularisatiecriteria.

Volgens een algemeen rechtsbeginsel moeten de rechtzoekenden, bij een veranderde wet, onmiddellijk voor de gunstiger regeling in aanmerking komen. Zulks veronderstelt dat de administratieve diensten omzichtig te werk gaan en zich onthouden van elke handeling die de rechtzoekenden het voordeel van dat beginsel zou kunnen ontnemen.

Een uittredende regering moet zich inderdaad beperken tot het afhandelen van de lopende zaken, en dus tot het uitvoeren van de handelingen die vereist zijn voor het dagelijks beheer van de staatszaken. Toch geldt zulks niet wanneer de uittredende regering — en a fortiori een minister — door het parlement (dat wél over de volheid van bevoegdheid beschikt) wordt verzocht een beleidsdaad te stellen, in dit geval beslissen bepaalde uitwijzingen op te schorten, in afwachting van een volgende, gunstiger wetgeving. Eigenlijk beoogt het begrip « lopende zaken » immers het volgende : « empêcher le gouvernement d'accomplir des actes qui auraient pu être censurés par le Parlement, mais qui ne peuvent l'être en présence d'un gouvernement déjà démissionnaire » (1) .

Op grond van alle voormelde elementen en rekening houdend met de abnormaal lange duur van de formatie van de definitieve federale regering, stellen de indieners de minister van Binnenlandse Zaken voor onmiddellijk over te gaan tot het opschorten van de uitwijzing van de personen die rechtmatig kunnen worden geregulariseerd aan de hand van de aangepaste criteria die deel zouden uitmaken van de tenuitvoerlegging van het akkoord van de volgende federale regering inzake regularisatie.

Het gaat om een voorzorgsmaatregel die geenszins wil vooruitlopen op de uiteindelijke beslissing van de minister van Binnenlandse Zaken, rekening houdend met de toekomstige regularisatiecriteria van de volgende regering.

Philippe MOUREAUX.
Sfia BOUARFA.
Philippe MAHOUX.
Olga ZRIHEN.

VOORSTEL VAN RESOLUTIE


De Senaat,

A. Geeft aan dat sommige mensen zonder papieren zouden kunnen voldoen aan nieuwe regularisatiecriteria, maar thans dreigen te worden uitgewezen in afwachting dat die nieuwe criteria operationeel worden;

B. Is zich ervan bewust dat de rechtzoekende op grond van een algemeen rechtsbeginsel steeds in aanmerking komt voor de meest gunstige wetgeving;

C. Attendeert erop dat het instellen van een moratorium op de uitwijzingen volgens de minister van Binnenlandse Zaken niet onder lopende zaken ressorteert;

D. Wijst erop dat dit argument niet langer opgaat als de voormelde minister wordt ingedekt door een resolutie die door het parlement werd goedgekeurd;

E. Verwijst naar de rechten en vrijheden die zijn gewaarborgd bij het in België vigerende Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, goedgekeurd bij de wet van 13 mei 1955, en meer bepaald naar artikel 3 van dat Verdrag, dat een verbod instelt op onmenselijke en onterende behandeling;

Vraagt de regering onverwijld over te gaan tot het opschorten van de uitwijzing van de personen die zouden kunnen worden geregulariseerd met toepassing van nieuwe criteria die zijn uitgewerkt door een nieuwe regering.

30 november 2007.

Philippe MOUREAUX.
Sfia BOUARFA.
Philippe MAHOUX.
Olga ZRIHEN.

(1) ERGEC Rusen, Introduction au droit public, blz. 174.