3-1519/15

3-1519/15

Belgische Senaat

ZITTING 2006-2007

1 FEBRUARI 2007


Wetsvoorstel tot oprichting van een Hoge Raad voor Deontologie van de gezondheidszorgberoepen en tot vaststelling van de algemene beginselen voor de oprichting en de werking van de Orden van de gezondheidszorgberoepen


AMENDEMENTEN ingediend na de goedkeuring van de verslagen


Nr. 103 VAN DE HEREN CREYELMAN EN VAN HAUTHEM

Art. 4

Paragraaf 4, eerste lid, vervangen als volgt :

« De Hoge Raad telt, per categorie bedoeld in § 1, minstens één Nederlandstalig en één Franstalig lid. Het totaal aantal leden bestaat voor 60 % uit Nederlandstaligen en voor 40 % uit Franstaligen. »

Verantwoording

In het huidige wetsvoorstel wordt, met uitzondering van de voorzitter, uitgegaan van een paritaire samenstelling van de Hoge Raad, waarmee bijgevolg evenveel beslissingsbevoegdheid en macht wordt gegeven aan de Franstalige minderheid in dit land als aan de Nederlandstalige meerderheid. Naar slechte Belgische gewoonte wordt de beslissingsmacht van de meerderheid in dit land met andere woorden volledig aan banden gelegd. Een dergelijke onevenredige inspraak van de minderheid is niet alleen ondemocratisch, zij is ook niet meer van deze tijd.

Daarom wordt voorgesteld om bij de samenstelling van de Hoge Raad rekening te houden met de democratische realiteit in dit land. De Hoge Raad moet met andere woorden in zijn samenstelling een afspiegeling vormen van het aandeel van beide volkeren in de totale bevolking van dit land. Bijgevolg dient 60 % van de leden van de Hoge Raad Nederlandstalig te zijn en 40 % Franstalig. Wel wordt erin voorzien dat elke taalgroep minstens één vertegenwoordiger heeft in elk van de in § 1 van dit artikel vernoemde categorieën.

Nr. 104 VAN DE HEREN CREYELMAN EN VAN HAUTHEM

Art. 9

Het tweede lid van dit artikel vervangen als volgt :

« In afwijking van het voorgaande lid worden de beoefenaars die hun voornaamste beroepsactiviteit in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad hebben, ingeschreven als volgt :

1º wanneer zij hun woonplaats hebben in het Nederlandstalige of het Franstalige taalgebied, respectievelijk op de lijst van de provincie Vlaams-Brabant en de provincie Waals-Brabant;

2º wanneer zij hun woonplaats hebben in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad op de lijst van de provincie Vlaams-Brabant, indien zij in het Nederlands zijn ingeschreven in het bevolkingsregister en op de lijst van de provincie Waals-Brabant, indien zij in het Frans zijn ingeschreven in het bevolkingsregister. »

Verantwoording

Het huidige artikel 9 zorgt er volgens de toelichting voor dat beoefenaars van gezondheidszorgberoepen die woonachtig zijn in de zes Vlaamse faciliteitengemeenten rond Brussel en in de taalgrensgemeente Bever de keuze krijgen om zich in te schrijven op de lijst van de provincie Vlaams-Brabant of de provincie Waals-Brabant.

Deze bepaling is in strijd met de in artikel 4 van de Grondwet vastgestelde indeling van België in taalgebieden en verder met de eveneens grondwettelijk vastgestelde indeling van dit land in gemeenschappen en gewesten.

Bovendien wordt aan beoefenaars van gezondheidszorgberoepen die hun voornaamste beroepsactiviteit in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad hebben, in tegenstelling tot de andere beoefenaars van gezondheidszorgberoepen, de keuze gelaten tussen inschrijving op een Nederlandstalige of een Franstalige lijst. Het lijkt de indieners van dit amendement niet wenselijk dienaangaande enige keuzevrijheid te bieden.

Vandaar dat de indieners van dit amendement ervoor kiezen om voor de inschrijving van leden op de lijsten van Orden voor eentalige gebieden het territorialiteitsbeginsel te hanteren en voor het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, waar dit criterium niet op een eenduidige wijze kan worden toegepast, voor het personaliteitsbeginsel.

Frank CREYELMAN
Joris VAN HAUTHEM.