Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-73

ZITTING 2005-2006

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Vraag nr. 3-5718 van mevrouw Hermans d.d. 18 juli 2006 (N.) :
Niger. — Hongersnood 2005. — Evaluatie.

Een jaar geleden hebben ikzelf en enkele collega's een actualiteitsdebat kunnen voeren aangaande de aangekondigde hongersnood in Niger. Ik meen dat het tijd is om de situatie nogmaals te evalueren, daar het land onderhevig is aan politieke spanningen en wederom mogelijke voedselschaarste.

Een recente doorlichting van de voedselsituatie in Niger van het in Rome gevestigde Agentschap van het World Food Programme (WFP) wees op een vicieuze cirkel van armoede, schuld en voedselschaarste bij 1,2 miljoen inwoners van Niger. Deze 1,2 miljoen mensen zouden maar over een graanvoorraad beschikken om de komende 3 maanden te overbruggen. De minste tegenslag zet deze mensen met de rug tegen de muur.

Zoals de geachte minister weet, hebben vele mensen al hun middelen uitgeput om in 2005 te overleven gezien de toen heersende hongersnood. De meeste families hebben zo diep uit hun reserves geput, dat ze risico's lopen tot eind dit jaar. Sommige boeren hebben immers geleend om hun zaden te planten en ze zullen die leningen heden moeten terug betalen.

Op 27 juni 2006 werden de ministers van Volksgezondheid (de heer Ari Ibrahim) en onderwijs (Harouna Hamani) ontslagen wegens corruptie waarvan de donoren en partners in ontwikkelingssamenwerking het slachtoffer werden. Deze mogelijke corruptie kwam aan het licht tengevolge een audit die werd uitgevoerd door de financiële partners, de donoren en Niger zelf.

Erger is het nieuws dat in de universiteit van Niamey fondsen werden afgewenteld die bedoeld waren om de studies van de studenten te financieren.

Alhoewel er sinds enkele weken regen valt in sommige streken van Niger, is het moeilijk om in te schatten of de neerslag voldoende is qua hoeveelheid en geografische spreiding om een goede oogst op te leveren.

De president van Niger bidt alvast op 29 juni samen met religieuze leiders en Marabous voor regen, wat niet echt als een goed teken kan worden beschouwd.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. De geachte minister gaf op een eerdere vraag van mijnentwege aan dat België het partnerschapskader van het DNPGCA (Dispositif national de prévention et gestion des crises alimentaires) heeft ondertekent. Kan hij meedelen welk budget België hiervoor gaat uittrekken alsook welke de concrete invulling zal zijn ?

2. Meent hij dat de risico's op voedselschaarste in Niger zijn geweken en kan hij dit toelichten ?

3. Zijn er voldoende voedselreserves en hulpmiddelen beschikbaar om een mogelijke hongersnood in de regio op te vangen op korte termijn ?

4. Is de corruptie die door de audit werd blootgelegd, gebeurd ten koste van giften vanuit België en kan de geachte minister toelichten hoe we dit risico tot een minimum herleiden ?

5. De universiteit van Niamey dreigt zonder middelen te vallen ten gevolge van de afwenteling van fondsen. Is België bereid hier iets te doen, al of niet in samenwerking met de gemeenschappen, gezien deze studenten de toekomst en de rijkdom van Niger uitmaken ?

Antwoord : 1. We hebben inderdaad beslist om bij te dragen aan het DNPGCA (Dispositif national de prévention et de gestion des crises alimentaires). Voor dit jaar werd een som van 850 000 euro voorzien voor het Dispositif national. Het geld werd overgemaakt aan het « Gemeenschappelijk Fonds van donoren » dat een financieel fonds is dat stukje per stukje kan worden vrijgemaakt mits de toestemming van de plaatselijke Belgische vertegenwoordiging. Langs dit fonds kunnen acties voor voedselverdeling, voedselzekerheid of landbouw worden gelanceerd en ter plaatse worden ingesteld.

Dit DNPGCA heeft langs de andere kant bedragen vrijgemaakt voor de heropbouw van de Nationale Veiligheidsvoorraad geschat op 110 000 ton graan.

2. Wat betreft de huidige situatie van de voedselcrisis in Niger, er zullen dit jaar problemen van voedselschaarste zijn, maar op een veel kleinere schaal dan in 2004/2005.

De oogsten 2005-2006 hebben een surplus vrijgemaakt van meer dan 120 000 ton graan en zeer belangrijke overschotten inzake veevoeder voor de dieren, wat toelaat om een evenwicht te bereiken in menselijke en dierlijke voedingsmiddelen, een evenwicht dat zich momenteel concretiseert door een goede stabiliteit van de graan- en veevoederprijzen op de markten, hoewel de graanprijzen nog steeds hoger blijven dan het gemiddelde van de vijf laatste jaren.

Wat betreft de oogst 2006-2007, er worden momenteel bezorgdheden geformuleerd ten gevolge van de late komst van de regens, wat een moeilijke nutritionele situatie zou kunnen veroorzaken in 2007.

3. Op het niveau van het DNPGCA (Dispositif National de Prévention et de Gestion des Crises Alimentaires) zijn er bedragen vrijgemaakt om de Nationale Veiligheidsvoorraad opnieuw samen te stellen, geschat op 110 000 ton graan en gebruikt tijdens de vorige crisis. Het huidige beheersplan van de voedselcrisissen 2006 is erop gericht om deze stock te herbevoorraden tot 50 000 ton. Het Speciale Comité Voedselcrisis heeft beslist om 2 miljard FCFA te besteden aan een bestelling van 10 000 ton graan, wat de Veiligheidsvoorraad zeer binnenkort op 21 000 ton zal brengen.

De EU zal over 12 miljoen euro beschikken voor eind 2006 en 2007, 2008 en is van plan om een deel van de financiële middelen toe te kennen aan de optimale nieuwe vorming van de voorraad.

Bovendien informeert het WFP ons dat ze momenteel een voorraad van 10 000 ton graan hebben in Niger en dat ze tot het einde van het jaar alle noodzakelijke middelen zullen hebben om de uitvoering te garanderen van hun voorziene hulpprogramma's.

4. Wat betreft meer specifiek de sector van het onderwijs in Niger, de interventie van België in deze sector bestaat uit een sectorale budgethulp. De Belgische fondsen worden gestort op een « Gemeenschappelijk Fonds » (2 miljoen euro in 2005) beheerd samen met andere kapitaalverschaffers (Frankrijk en Denemarken). De gemeenschap van kapitaalverschaffers heeft, na de anomalieën vastgesteld door de audit, geschreven een reeks opmerkingen overgemaakt aan de Nigerese regering en heeft gevraagd dat maatregelen worden genomen en vergoedingen gebeuren.

In afwachting van een verduidelijking van de situatie, zijn de schijven van 2006 die nog moesten worden gestort (2 miljoen euro voor België), geblokkeerd. De kapitaalverschaffers gaan zich eveneens verenigen om na te gaan welke modaliteiten ze kunnen aannemen voor de toekomst inzake budgethulp.

De Nigerese overheid heeft reeds gereageerd op de brief die de kapitaalverschaffers hen hebben gezonden : de minister van Onderwijs werd ontslagen en vervangen door een nieuwe minister (ZEM Ousmane Samba Mamadou), een economicus gespecialiseerd in het beheer van de overheidsfinanciën. Niger heeft zich er eveneens toe verbonden om de omstreden bedragen terug te betalen.

We moeten eveneens signaleren dat deze audit openbaar werd gemaakt door de overheid van Niger.

5. De Belgische samenwerking werkt reeds samen met de Universiteit van Niamey.

Twee samenwerkingsprojecten met de universiteit van Niamey zijn beëindigd in 2005. Een derde is nog steeds in uitvoering (strijd tegen de verzanding).

Bovendien lopen er momenteel besprekingen om een universitaire samenwerking op te richten tussen België (CUD) en de universiteit van Niamey.