3-1505/1 | 3-1505/1 |
11 JANUARI 2006
De indieners van dit voorstel willen de regels omtrent de toepassing van verzachtende omstandigheden ingeval van recidive grondig aanpassen.
Thans kunnen — bij aanvaarding van verzachtende omstandigheden in de vonnisfase — criminele straffen tot vaak zeer lage correctionele straffen worden herleid.
Een persoon die een misdrijf pleegt, waarop volgens de wet een levenslange opsluiting staat, kan er zo vanaf komen met een gevangenisstraf van ten minste drie jaar.
Die regeling geldt volgens het vigerende recht evengoed voor recidivisten. Er zijn uiteraard de bestaande strafverzwarende regels omtrent « wettelijke herhaling », doch die voorzien niet in een afwijkende regeling voor het geval in de vonnisfase verzachtende omstandigheden worden aangenomen.
Daarom, en specifiek voor de gevallen van wettelijke herhaling, wensen de indieners de strafverminderingen bij verzachtende omstandigheden te beperken.
Zo zal bijvoorbeeld iemand die zich in staat van herhaling bevindt wegens het plegen van een misdaad waarvoor de wetgever in levenslange opsluiting heeft voorzien en er verzachtende omstandigheden in de vonnisfase zijn aangenomen, niet kunnen worden veroordeeld tot een straf die lager is dan opsluiting van vijftien jaar.
Anke VAN DERMEERSCH Jurgen CEDER. |
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2
In artikel 79 van het Strafwetboek worden de woorden « , behoudens in de gevallen van herhaling, » ingevoegd tussen de woorden « criminele straffen » en de woorden « verminderd of gewijzigd ».
Art. 3
In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 85bis ingevoegd, luidende :
« Art. 85bis. — Indien verzachtende omstandigheden aanwezig zijn, worden, in de gevallen van wettelijke herhaling, de criminele straffen verminderd of gewijzigd overeenkomstig de volgende bepalingen :
— Levenslange opsluiting wordt vervangen door opsluiting van vijftien tot twintig jaar.
— Opsluiting van twintig tot dertig jaar door opsluiting van tien tot vijftien jaar.
— Opsluiting van vijftien tot twintig jaar door opsluiting van vijf tot tien jaar.
— Opsluiting van tien tot vijftien jaar door opsluiting van zeven jaar.
— Opsluiting van vijf tot tien jaar door een gevangenisstraf van 5 jaar. ».
23 december 2005.
Anke VAN DERMEERSCH Jurgen CEDER. |