3-1470/1 | 3-1470/1 |
2 DECEMBER 2005
Met deze resolutie wensen wij onze bezorgdheid te uiten over het heikele democratiseringsproces in Ethiopië en de latente en openlijke aantasting van de mensenrechtenbeginselen aldaar.
Sabine de BETHUNE. |
De Senaat,
A. Overwegende dat de eerste democratische verkiezingen in Ethiopië plaatsvonden op 15 mei 2005 en dat dit, ondanks talrijke onregelmatigheden, in een vreedzaam klimaat is geschied zonder zorgwekkende confrontaties tussen de regering en de oppositiepartijen
B. Overwegende dat meer dan 90 % van de Ethiopische kiezers daadwerkelijk hun stem hebben uitgebracht en daarmee uiting hebben gegeven aan hun geloof in de democratie en aan hun wil om hun grondrechten uit te oefenen;
C. Gelet de verklaringen van de waarnemingszending van de EU, waarachter het Brits voorzitterschap zich geschaard heeft op 29 augustus 2005;
D. Overwegende dat in de verklaringen van de waarnemingszending van de EU wordt vastgesteld dat er zich, ondanks de buitengewoon grote deelname van de Ethiopische kiezers, ernstige onregelmatigheden hebben voorgedaan en dat op vele fundamentele punten de democratische normen voor de organisatie van verkiezingen niet werden nageleefd;
E. Overwegende dat de oppositie de resultaten van de verkiezingen van 15 mei 2005 blijft aanvechten;
F. Overwegende dat het Revolutionair Democratisch Volksfront van Ethiopië (EPRDF), de regerende partij, in het uittredend parlement een reglementswijziging heeft doorgedrukt waardoor voortaan een absolute meerderheid vereist is voor de indiening van een agenda, wat leidt tot een miskenning van de rechten van de oppositie;
G. Bezorgd over de antidemocratische handelswijze tijdens de eerste gewone bijeenkomst van het nieuw verkozen parlement, waar aan de leden van de oppositie die hun plaats wilden innemen, het recht werd ontzegd om hun standpunt uit te drukken;
H. Bezorgd over het eerste besluit van het nieuw verkozen parlement, waarbij de immuniteit werd opgeheven van verkozen leden die besloten hadden niet aan de vergadering deel te nemen zolang niet aan hun allereerste vereisten was voldaan;
I. Bezorgd om het besluit van het parlement, waarbij het mandaat van het stadsbestuur van Addis Abeba werd verlengd, hoewel de bevolking met een grote meerderheid voor de oppositie had gestemd;
J. Overwegende dat de onderhandelingen die op 2 oktober 2005 tussen de regering en de twee grootste oppositiepartijen gestart waren, afgebroken werden omdat het EPRDF weigert in te stemmen met minimale gedragsregels met betrekking tot meerpartijendemocratie en eerbiediging van de oppositie;
K. Overwegende dat de oppositiepartijen verklaard hebben te willen werken binnen het kader van de grondwet zonder gebruik te maken van enig geweld;
L. Overwegende dat de regering de oppositie ervan beschuldigt een staatsgreep te beramen en bijgevolg is overgegaan tot de arrestatie van een groot aantal oppositieleden;
M. Overwegende dat de oppositie aanvankelijk haar oproep tot een algemene staking en een door de regering verboden massabetoging heeft ingetrokken wegens het gevaar voor gewelddadige confrontaties, waardoor zij blijk heeft gegeven van verantwoordelijkheidsgevoel;
N. Overwegende dat er tijdens eerdere betogingen in juni 2005, toen de verkiezingsuitslagen werden aangevochten, duizenden mensen gearresteerd werden door de veiligheidstroepen en er ten minste 42 doden gevallen zijn;
O. Overwegende dat begin november de ordetroepen andermaal gewelddadig optraden tegen de vreedzame betogers van de belangrijkste oppositiepartij « Coalitie voor Eenheid en Democratie » (CUDP) in Addis Abeba waarbij minstens 35 doden vielen en vele opposanten werden gearresteerd;
P. Overwegende dat de toestand dreigt te escaleren, aangezien ook in andere grote steden gewelddadige confrontaties zijn uitgebroken tussen de ordetroepen en aanhangers van de oppositie;
Q. Overwegende dat het klimaat van bedreigingen en intimidatie aanhoudt sinds de verkiezingsuitslag en het onderzoek;
R. Verwijzende naar artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou, ondertekend door Ethiopië, waarin staat dat de eerbiediging van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden een wezenlijk bestanddeel vormt van de samenwerking tussen de ACS landen en de EU;
S. Overwegende dat Ethiopië als lid van de NEPAD zich ingeschreven heeft in de belofte van goed bestuur, democratie en respect voor de mensenrechten;
T. Vermits de spanningen in de gedemilitariseerde grenszone tussen Ethiopië en Eritrea opnieuw toenemen volgens de VN-vredesmissie wat kan leiden tot een hervatting van de grensoorlog;
U. Vermits de Ethiopische regering deze spanningen met buurland Eritrea aangrijpt om de binnenlandse onrust de kop in te drukken;
V. Overwegende dat Ethiopië inzake ontwikkelingssamenwerking sinds 2000 een nieuw partnerland van de Belgische internationale samenwerking was en als gevolg van het « General Agreement » tussen beide landen verschillende projecten werden opgestart voor een totaal bedrag van ongeveer 22 200 000 euro;
W. Overwegende dat in het kader van de vermindering van het aantal partnerlanden Ethiopië in 2004 geschrapt werd;
X. Overwegende dat ondanks deze schrapping als partnerland België alle eerder opgestarte bilaterale projecten zal honoreren tot 2006, de voorziene einddatum van het langstlopend project;
Y. Overwegende dat Ethiopië ook in de toekomst in aanmerking zal kunnen komen voor een aantal andere kanalen van ontwikkelingssamenwerking zoals noodhulp, initiatieven inzake conflictpreventie en multilaterale samenwerking;
Z. Overwegende dat ons land in het kader van conflictpreventie in 2003 en 2004 telkens een bedrag van 350 000 euro aan de UNDP heeft gegeven ten gunste van de versterking van het NEPAD secretariaat en in het kader van de OESO-NEPAD samenwerking in 2005 een bedrag van 100 000 euro heeft uitgetrokken;
AA. Overwegende dat België ook binnen de EU kan wegen op het democratiserings- en vredesproces in Ethiopië aangezien meer dan 50 % van de Ethiopische begroting uit EU hulp bestaat;
BB. Verwijzende naar de resoluties van 7 juli en 13 oktober 2005 van het Europees parlement;
Verzoekt de federale regering :
1. bij de Ethiopische regering erop aan te dringen om het gebruik van geweld bij demonstraties stop te zetten en alle politieke gevangenen onmiddellijk vrij te laten;
2. haar ernstige bezorgdheid uit te drukken over het feit dat de op 2 oktober 2005 geopende dialoog tussen de Ethiopische regering en de oppositie door de EPRDF werd afgebroken, en er via bilaterale en multilaterale diplomatieke weg bij alle partijen op aan te dringen dat zij de dialoog onverwijld weer opnemen en alles in het werk stellen opdat de meerpartijendemocratie daadwerkelijk gestalte kan krijgen;
3. binnen de EU-Ministerraad een stuwende rol te spelen teneinde het verkiezingsresultaat vertaald te zien in een meerpartijendemocratie;
4. de oppositie te steunen opdat deze binnen het constitutioneel kader zou blijven werken en zich van elke vorm van geweld zou onthouden;
5. bij de Ethiopische regering aan te dringen opdat die de fundamentele beginselen van de Grondwet, met name fundamentele vrijheden en mensenrechten zou eerbiedigen, en de toegang tot de media voor de oppositie zou waarborgen;
6. de pogingen van de Ethiopische regering om het democratiseringsproces om te keren, scherp te veroordelen;
7. alle politieke partijen aan te zetten om een politieke oplossing uit te werken die de democratische rechten van het parlement bekrachtigt;
8. er bij de Ethiopische regering aan te dringen dat de arrestanten niet mishandeld worden, bezoek kunnen ontvangen van hun gezin en zich medisch kunnen laten behandelen, en dat alle politieke gevangenen hetzij binnen de 48 uur na hun initiële detentie voorgeleid zouden worden zoals bepaald door de Ethiopische wet, hetzij onverwijld vrijgelaten zouden worden;
9. de regering en alle politieke partijen aan te sporen om tot overeenstemming te komen over de inhoud van een gedragscode voor de vrije en onafhankelijke werking van de media;
10. waakzaam te blijven met betrekking tot de internationale mensenrechtenbeginselen en het Ethiopische democratiseringsproces te blijven ondersteunen;
11. deze resolutie te doen toekomen bij de Ethiopische regering, de Ethiopische parlementsvoorzitter, de oppositiepartijen en de Afrikaanse Unie.
7 november 2005.
Sabine de BETHUNE Lionel VANDENBERGHE Wouter BEKE Erika THIJS. |