3-12/2

3-12/2

Belgische Senaat

ZITTING 2004-2005

10 MEI 2005


Voorstel van resolutie betreffende de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten


VERSLAG NAMENS DE COMMISSIE VOOR DE BUITENLANDSE BETREKKINGEN EN VOOR DE LANDSVERDEDIGING UITGEBRACHT DOOR DE HEER L. VANDENBERGHE


I. INLEIDING

Het voorstel van resolutie nr. 3-12/1is ingediend op 3 juli 2003.

Op 18 mei 2004 werd een hoorzitting gehouden met mevrouw Pascale Boosten, coördinatrice van het Europees Bureau van de « Peace Brigades International ».

De commissie heeft dit voorstel besproken tijdens haar vergaderingen van 18 mei 2004, 1 juni 2004, 15 juni 2004 en 10 mei 2005.

II. HOORZITTING MET MEVROUW PASCALE BOOSTEN, COORDINATRICE VAN HET EUROPESE BUREAU « PEACE BRIGADES INTERNATIONAL »

Spreekster legt uit dat de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten de voornaamste zorg is van haar organisatie. Sinds 1983 worden op verzoek van mensenrechtenorganisaties teams van waarnemers gestuurd naar conflictgebieden. Deze beschermende begeleiding is tot stand kunnen komen dank zij de steun van netwerken, onder andere van parlementsleden over heel de wereld die opkomen voor de verdedigers van de mensenrechten in noodsituaties.

Op 19 mei 2004 worden de krachtlijnen (guidelines) met betrekking tot de mensenrechten die zijn uitgewerkt door het Ierse voorzitterschap, besproken door de werkgroep van de ministers van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie. Met deze belangrijke doorbraak gaat de Europese Unie een consequente politieke verbintenis aan inzake de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten. De toekenning van een bijzonder statuut en een bijzondere bescherming aan deze verdedigers is lang een onderwerp van discussie geweest en heeft in 1998 geleid tot een verklaring van de Verenigde Naties betreffende de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten, die eenparig is aangenomen door de Algemene Vergadering (A/RES/53/144) ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van de Verklaring van de rechten van de mens.

In 2000 werd mevrouw Hina Jilani, advocate bij het Pakistaanse Hooggerechtshof, benoemd tot bijzonder vertegenwoordiger van de Secretaris-generaal van de VN. In 2001 is een eenheid van verdedigers van de mensenrechten opgericht binnen de Interamerikaanse commissie voor de mensenrechten. In 2003 is binnen de Afrikaanse mensenrechtencommissie een cel opgericht die zich toespitst op de verdedigers van de mensenrechten. Sinds eind 2003 bestaat er een specifiek programma van de OESO betreffende de vrijheid van vereniging.

Op 13 februari 2003 heeft de Belgische Kamer van volksvertegenwoordigers een resolutie van de heer Patrick Moriau betreffende de verdedigers van de mensenrechten aangenomen, die aan de Europese Unie vraagt om hieromtrent krachtlijnen aan te nemen (stuk Kamer, nr. 50/2060). Op 10 december 2003 heeft de Bundestag een resolutie aangenomen die ook een bijzondere bescherming van de verdedigers van de mensenrechten vraagt (Ausschuss für Menschenrechte und Humanitäre Hilfe 10.12 2003, Schutz von Menschenrechtsverteidigern).

Verdedigers van de mensenrechten bekleden een sleutelpositie in conflictpreventie. Hun activiteiten tonen aan dat geweldloosheid mogelijk blijft. Zij zien toe op de naleving van de fundamenteelste rechten zonder welke een duurzame vrede onmogelijk is.

Het verslag van januari 2004 van mevrouw Hina Jilani, bijzonder vertegenwoordigster van de Secretaris-Generaal van de VN, betreffende de aanmoediging en de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten (E/CN.4/2004/94), dat is voorgesteld aan de commissie voor de Mensenrechten van de VN, beschrijft de categorieën van verdedigers die bedreigd worden. De meeste personen die onder vuur staan, zijn lid van een NGO. Het verslag stelt ook vast dat humanitaire medewerkers steeds vaker een doelwit vormen. Personeel van agentschappen van de Verenigde Naties, humanitaire organisaties en vredesactivisten worden regelmatig aangevallen door militairen, rebellen en terroristen.

Spreekster verduidelijkt dat haar organisatie zich toespitst op het bestrijden van straffeloosheid en foltering, de verdediging van de rechten van minderheden, de strijd voor rechten en democratie, de verdediging van inheemse of autochtone gemeenschappen, het recht op grond, de vakbondsrechten, de vredesactiviteiten en de rechten van de vrouw.

De meerderheid van de aangevallen verdedigers zijn afkomstig uit Latijns-Amerika, vervolgens komen Europa en Centraal-Azië, waar het hoogste aantal verdedigers vermoord worden, en ten slotte Afrika.

De verantwoordelijken voor deze misstanden zijn de politie- en veiligheidsdiensten, de rijkswachters, de inlichtingendiensten en de immigratie-ambtenaren.

Spreekster legt uit dat haar organisatie wenst dat België de ontwerptekst van de krachtlijnen betreffende de verdedigers, die op 19 mei 2004 door de ministers van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie wordt besproken, steunt en er in het bijzonder op toeziet dat alle bepalingen van de door de Kamer aangenomen resolutie erin opgenomen worden. De Europese Unie erkent daarin de rol en de legitimiteit van de verdedigers, hoewel de Staten in de eerste plaats verantwoordelijk blijven voor de verdediging van de mensenrechten. De Unie is zich ervan bewust dat verdedigers hoe langer hoe meer worden lastiggevallen, bedreigd en aangevallen, en dringt erop aan dat zij beschermd worden, vooral de kwetsbaarste groepen zoals de vrouwen.

Ook de bescherming van vluchtelingen en van ontheemden in hun eigen land zou daarin opgenomen moeten worden, omdat de internationale bescherming op dat vlak nog heel ontoereikend is, vooral in Indonesië en Colombia. De Europese Unie wil druk uitoefenen op derde landen zodat zij de mensenrechten naleven en de verdedigers van de mensenrechten beschermen.

De krachtlijnen worden op 14 juni 2005 goedgekeurd door de Raad van de ministers van Buitenlandse Zaken.

De helft van de aanvallen wordt uitgevoerd in opdracht van een Staat. De bescherming van de verdedigers van de mensenrechten maakt integraal deel uit van het mensenrechtenbeleid. De organisatie van spreekster wenst dat de Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties van 9 december 1948 wordt opgenomen in het interne recht van de landen van de Unie en van derde landen, en dat de doelstellingen ervan deel uitmaken van het preventiebeleid van de Europese Unie.

De voorzitster zal de minister van Buitenlandse Zaken daarvan op de hoogte brengen.

III. BESPREKING

De heer Lionel Vandenberghe is van oordeel dat de titel van de resolutie te zwak is en dat de term « verdedigers van de mensenrechten » beter kan vervangen worden door de term « mensenrechten activisten ».

De heer Wille en mevrouw Lizin gaan niet akkoord omdat zij vinden dat de voorgestelde wijziging sterke connotaties heeft.

De heer Mahoux antwoordt dat het doel van de resolutie er precies in bestaat om in België de verdedigers van de mensenrechten te beschermen, in overeenstemming met de Verklaring van de Algemene Vergadering van de VN van 9 december 1998 betreffende de bescherming van de verdedigers van de mensenrechten. Spreker wijst erop dat in alle landen alle personen beschermd moeten worden die formeel of informeel het statuut van verdediger van de mensenrechten bekleden.

De heer Vandenberghe stelt voor de Nederlandse tekst van het eerste verzoek van het voorstel van resolutie als volgt te vervangen : « Aan te dringen bij zijn diplomatieke posten een voortdurende bezorgdheid aan de dag te leggen voor de verdedigers van de mensenrechten ».

De commissie verklaart zich akkoord met deze tekstverbetering.

De heer Roelants du Vivier stelt vast dat in de Franse tekst, de uitdrukking « droits de l'homme » vervangen werd door « droits humains ». Mevrouw Lizin antwoordt dat het de letterlijke vertaling is van de term « human rights defenders » van de Verenigde Naties. De heer Roelants du Vivier meent echter dat de correcte Franse vertaling « droits de l'homme » is.

Mevrouw Nyssens vraagt zich af of het directoraat-generaal voor internationale samenwerking niet hetzelfde werk aan het verrichten is. Zij gaat echter wel akkoord met de geest van het voorstel van resolutie.

De heer Dedecker merkt op dat, in het belang van de continuïteit, rekening moet gehouden worden met de resolutie van de heer Dirk van der Maelen betreffende de oprichting van een Cel Conflictpreventie binnen het Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen, die op 4 april 2003 werd aangenomen door de Kamer van volksvertegenwoordigers (stuk Kamer, nr. 50/2025).

De vertegenwoordiger van de minister van Buitenlandse Zaken antwoordt dat het voorstel van resolutie inderdaad herschreven moet worden in het licht van de resolutie van de heer Dirk Van der Maelen betreffende de oprichting van een Cel Conflictpreventie binnen het Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen; waarnaar de heer Dedecker verwijst.

IV. STEMMINGEN

Het voorstel van resolutie nr. 3-12/1 wordt eenparig aangenomen door de 9 aanwezige leden.

Vertrouwen werd geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.

De rapporteur, De voorzitter,
Lionel VANDENBERGHE. François ROELANTS du VIVIER.

Tekstverbetering :

Nederlandse tekst van het eerste verzoek op blz. 4 van de resolutie :

De woorden « aan te dringen bij zijn diplomatieke posten dat die de verdedigers van de mensenrechten in het land waar zij optreden, stelselmatig en nauwlettend volgen » vervangen door de woorden : « aan te dringen bij haar diplomatieke posten opdat ze een voortdurende bezorgdheid aan de dag leggen voor de verdedigers van de mensenrechten ».