3-169/3 | 3-169/3 |
5 MEI 2004
Art. 2
Dit artikel vervangen als volgt :
« Art. 2. Voor toepassing van deze wet verstaat men onder :
tatoeage : elke praktijk waarbij het menselijk lichaam op blijvende wijze gemerkt wordt door de injectie van een kleurstof onder de opperhuid;
piercing : elke perforatie van de opperhuid met de bedoeling er een lichaamsvreemd sierobject in aan te brengen.
Tatoeage en piercing mogen alleen uitgevoerd worden door de houders van een inschrijving in het handelsregister van de rechtbank van koophandel in het rechtsgebied waar zij gewoonlijk hun activiteit bedrijven.
Bij niet-naleving van deze bepaling, kunnen de sancties worden toegepast die opgenomen zijn in hoofdstuk VIII van de gecoördineerde wetten van 20 juli 1964 betreffend het handelsregister.
Alvorens tot een handeling wordt overgegaan moet de klant zowel mondeling als schriftelijk de nodige informatie inzake hygiëne en preventie, voor een optimale nazorg ontvangen. De Koning bepaalt de definitieve tekst.
Zowel in hoofde van de tatoeëerder als de behandelde is het verboden onder invloed van alcohol of drugs tatoeages of piercings te zetten of te laten zetten. »
Art. 4
Dit artikel vervangen als volgt :
« Art. 4. Tatoeages zijn verboden beneden de leeftijd van 16 jaar, tenzij met toestemming van één van de ouders of de wettelijke voogd.
Piercings zijn verboden beneden de leeftijd van 16 jaar, tenzij met de toestemming van een van de ouders of de wettelijke voogd.
Tatoeage en piercing van de genitaliën of tepels zijn verboden beneden de leeftijd van 18 jaar. »
Opschrift
In het opschrift na het woord « tatoeages » de woorden « en van piercings » invoegen.
Erika THIJS. Didier RAMOUDT. |
Artikelen 1 tot 6
Het wetsvoorstel vervangen als volgt :
« Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2
Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder :
tatoeage : elke praktijk waarbij het menselijk lichaam op blijvende wijze gemerkt wordt door de injectie van een kleurstof onder de opperhuid.
piercing : elke perforatie van de opperhuid met de bedoeling er een lichaamsvreemd sierobject in aan te brengen.
Art. 3
Tatoeage en piercing mogen alleen uitgevoerd worden door de houders van een inschrijving in het handelsregister van de rechtbank van koophandel in het rechtsgebied waar zij gewoonlijk hun activiteit bedrijven.
Bij niet-naleving van deze bepaling, kunnen de sancties worden toegepast die opgenomen zijn in hoofdstuk VIII van de gecoördineerde wetten van 20 juli 1964 betreffende het handelsregister.
De Koning bepaalt de minimumvoorwaarden waaraan de door het bedrijf gebruikte apparatuur en de ruimte waar het tatoeëren wordt uitgeoefend moeten voldoen om de verspreiding van de besmettelijke aandoeningen te voorkomen en de correcte uitvoering van de tatoeage te waarborgen.
Art. 4
Vooraleer tot een handeling wordt overgegaan, moet de klant een blad hebben ontvangen waarop een tekst staat afgedrukt met raadgevingen inzake hygiëne en preventie. Die tekst wordt bij koninklijk besluit bepaald.
De tatoeëerder dient zowel mondeling als schriftelijk richtlijnen mee te geven voor een optimale nazorg van de gezette tatoeage.
Het is hem bovendien onder alle omstandigheden verboden tatoeages te zetten onder invloed van alcohol en/of drugs, evenals tatoeages te zetten op personen die onder invloed van alcohol en/of drugs zijn.
Art. 5
Tatoeages bij minderjarigen van jonger dan 16 jaar zijn verboden.
Er mag een tatoeage worden gezet bij een minderjarige die jonger is dan 16 jaar indien zijn ouders of zijn wettelijke voogd daar hun toestemming voor hebben gegeven.
Art. 6
Piercing bij personen jonger dan 16 jaar is verboden.
Er mag een piercing worden gezet bij een minderjarige die jonger is dan 16 jaar indien zijn ouders of zijn wettelijke voogd daar hun toestemming voor hebben gegeven.
Piercing van de oorlel valt niet onder deze wet.
Piercing van de genitaliën of de tepels bij minderjarigen van jonger dan 18 jaar is verboden. »
Alain DESTEXHE. Didier RAMOUDT. |