3-203/1 | 3-203/1 |
2 SEPTEMBER 2003
Dit wetsvoorstel neemt de tekst over van een voorstel dat reeds op 30 januari 2003 in de Senaat werd ingediend (stuk Senaat, nr. 2-1446/1 2002/2003).
Op grond van de artikelen 30 en 129 van de Grondwet vermag de federale wetgever het taalgebruik in bestuurszaken te regelen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en in de gemeenten of groepen van gemeenten, palend aan een ander taalgebied en waar de wet het gebruik van een andere taal dan die van het gebied waarin zij gelegen zijn voorschrijft of toelaat, alsmede het taalgebruik in bestuurszaken van de diensten waarvan de werkkring verder reikt dan het taalgebied waarin zij gevestigd zijn. De afdeling wetgeving van de Raad van State heeft geoordeeld dat het begrip « bestuurszaken » onder meer het taalgebruik bij de kiesverrichtingen omvat.
Het zou fout zijn het concept « kiesverrichtingen » te beperken tot het gebeuren op de verkiezingsdag zelf. Inderdaad dient het hele proces dat de natie in staat stelt op democratische wijze haar voorkeuren te laten kennen, als één enkele kiesverrichting te worden beschouwd.
Vooraanstaande filosofen en politieke wetenschappers hebben erop gewezen dat het proces van democratische verkiezing slechts optimaal kan functioneren, wanneer het wordt voorafgegaan door een werkelijke dialoog tussen de kiezers en de kandidaten. Om die dialoog optimaal te laten verlopen, verdient het aanbeveling dat kiezers en kandidaten ook letterlijk dezelfde taal spreken.
Dat geldt des te meer in het licht van het belang van een effectieve controle op alle vormen van oproepen tot haat en discriminatie in het kader van de kiesstrijd, ook indien die geuit worden in een andere taal dan de streektaal.
Bijgevolg verdient het aanbeveling dat alle onderdelen van de kiesverrichtingen, inclusief de kiespropaganda, onderworpen worden aan een duidelijke taalregeling.
In geval van niet-naleving van die norm is de aangewezen sanctie het verlies van de bij de wet van 4 juli 1989 toegekende rechten inzake partijfinanciering. Dat neemt vanzelfsprekend niet weg dat misdrijven die worden vastgesteld bij dergelijke vormen van kiespropaganda, aanleiding kunnen geven tot strafrechtelijke vervolging.
Mia DE SCHAMPHELAERE. Ludwig CALUWÉ. |
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2
In de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, wordt een artikel 49bis ingevoegd, luidende :
« Art. 49bis. In hun propaganda en bekendmakingen als bedoeld in artikel 4 van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, gebruiken de kandidaten bij de verkiezingen de taal die deze gecoördineerde wetten voorschrijven in de betrekkingen van de plaatselijke diensten met de particulieren.
Bij overtreding van het eerste lid geldt de in artikel 13 van dezelfde wet van 4 juli 1989 bedoelde sanctie. »
21 juli 2003.
Mia DE SCHAMPHELAERE. Ludwig CALUWÉ. |