Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-50

ZITTING 2001-2002

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Landsverdediging

Vraag nr. 1831 van de heer Kelchtermans d.d. 18 januari 2002 (N.) :
Krijgsmacht. ­ Hervorming. ­ Besparing op de begroting.

Vlak voor het kerstreces hebben de laatste stafchefs van de Land- en Luchtmacht, de luitenant-generaals Bastien en Mandl, publiek aan de alarmbel getrokken. Zij vrezen dat de hervorming van de Krijgsmacht dreigt te mislukken, omdat het departement voor de periode 2001-2002 over ruim 100 miljoen euro budgettaire middelen minder zal kunnen beschikken voor het op 12 mei 2000 goedgekeurde strategisch plan dan de regering gepland had.

Graag kreeg ik van de geachte minister omstandig antwoord op volgende vragen :

1. Werden deze publieke uitspraken gedaan in overleg met hem of louter op eigen initiatief ?

2. Welk bedrag wordt precies in mindering gebracht voor de vermelde periode op het initieel geplande budget ? Op welke posten wordt dit uitgespaard en om welke redenen ?

3. In welke mate is de inschatting van de betrokken stafchefs correct dat door deze besparing de hervorming van de Krijgsmacht in het gedrang dreigt te komen ?

4. Werd het initiële budget, voorzien voor het strategisch plan, bewust overschat, wat blijkbaar het geval is indien zou blijken dat zonder de hervorming in het gedrang te brengen, men reeds gedurende de eerste twee jaar ruim 100 miljoen euro zou kunnen besparen ? In welke mate waren de vooropgestelde budgetten dan wel realistisch ? Hoe verklaart hij dat hij in een schrijven van 6 november aan de minister van Begroting eerst zijn ongerustheid heeft neergeschreven over de opgelegde besparingen en enkele weken later in de Kamercommissie Landsverdediging te kennen heeft gegeven dat alles alweer geregeld is ? Hoe kan de minister van Begroting zich nu engageren om de budgettaire afspraken voor de periode 2000-2015 te zullen nakomen ? Is dit geen debudgettering ?

5. Geeft deze besparing niet een totaal verkeerd signaal aan onze bondgenoten op het ogenblik dat de internationale media ons land, op basis van de recentste statistieken, hekelen als de slechtste leerling van de NAVO-klas ?

Antwoord : Ik verzoek het geachte lid hierna het antwoord op bovenvermelde vraag te willen vinden.

1. De luitenant-generaals Bastien en Mandl hebben bij het becommentariëren van de budgettaire situatie hun eigen mening vertolkt.

2. Ten opzichte van het geïnflateerde bedrag van 100 miljard Belgische frank van 2000, oorspronkelijk voorzien in het strategisch plan voor de modernisering van het Belgisch leger, werden aan mijn departement besparingen opgelegd voor een totaal van 112 miljoen euro voor de periode 2001-2002, waarvan 55 in de begroting 2001 en 57 in de begroting 2002, wanneer men als inflatieparameter de groei van 1,3 % beschouwt die voor 2001 en 2002 door de regering werd opgelegd.

In 2001 werden in het stadium van voorafbeelding van de begroting besparingen verwezenlijkt, voornamelijk in het domein van de investeringsuitgaven (25 miljoen euro), rekening houdend met het feit dat voorzien werd ontvangsten afkomstig uit de verkoop van materieel aan te wenden om de besparingen op de investeringskredieten te compenseren.

Een bijkomende besparing van 7,5 miljoen euro werd opgelegd in het domein van de werking bij de begrotingscontrole van de regering in juli 2001.

Tenslotte moet worden vermeld dat in 2001 een verdere besparing van 22,5 miljoen euro werd uitgevoerd binnen de verjongingsenveloppe, toegestaan in het strategisch plan om specifieke uitgaven voor personeel te dekken. De betrokken dossiers hebben in 2001 evenwel niet geleid tot uitgaven hoger dan 12,4 miljoen euro, zodat deze besparing uiteindelijk niet ten koste van een andere uitgavenpost is moeten gebeuren.

In 2002 werden in het stadium van de voorafbeelding van de begroting besparingen verwezenlijkt, voornamelijk in het domein van de werkingsuitgaven (25 miljoen euro) en de courante investeringen (10 miljoen euro), dit wil zeggen de investeringen die niet behoren tot de wederuitrusting.

Verder werden de middelen van de verjongingsenveloppe, die in 2001 werden bespaard, niet heringeschreven in 2002, wat leidt tot een bijkomende besparing van 22,5 miljoen euro. Daarentegen heeft de regering beslist om de verjongingsenveloppe structureel te maken vanaf 2005, voor een bedrag van 34,7 miljoen euro.

3. De hervorming van de Krijgsmacht, en in het bijzonder het verwezenlijken van de objectieven met betrekking tot de wederuitrusting, zoals vermeld in het strategisch plan van 12 mei 2000, vereist de beheersing van de personeelsuitgaven. Bijkomende structurele verloningsmaatregelen, zoals deze voorzien in het Copernicusplan, kunnen binnen de huidige begroting van Landsverdediging niet worden gecompenseerd zonder effect op doelstelling investeringen voor defensie en veiligheid (DIDV).

Ik ben mij bewust van de noodzaak tot permanente opvolging van deze problematiek en heb deze bezorgdheid ook expliciet vermeld in het strategisch plan : « (...) kan aangenomen worden dat de DIDV, mits continue bijstelling en aandachtige opvolging van de parameters die de budgettaire haalbaarheid beheersen, doenbaar is » (Strategisch plan voor de modernisering van het Belgisch leger 2000-2015 ­ 12 mei 2000, hoofdstuk 6, § 5).

Bepaalde initiatieven in deze zin werden reeds genomen, zoals de structurele toekenning van de jaarlijkse enveloppe van 34,7 miljoen euro voor de verjonging van de personeelsstructuur.

De DIDV zijn daarenboven gesteund op een strategisch moderniseringsplan dat loopt tot 2015. Er blijven dus nog 12 jaar om de beoogde doelstellingen inzake wederuitrusting te verwezenlijken en de nodige bijsturingen uit te voeren om de haalbaarheid te blijven waarborgen.

4. Het budget dat werd voorzien voor het strategisch plan, werd niet overschat. De besparing van 112 miljoen euro, opgelegd aan Landsverdediging in 2001 en 2002, heeft geen belangrijke weerslag gehad op het personeel of op de werking aangezien zij voornamelijk gedragen werd door de investeringen. Bepaalde wederuitrustingsprogramma's, voorzien in het strategisch plan, konden om verschillende redenen niet tot een goed einde worden gebracht binnen de geplande termijnen, zodat de geprogrammeerde middelen toegewezen werden aan het personeel en de werking.

De brief van 6 november was bedoeld om de aandacht van de minister van Begroting te vestigen op de effecten van het opleggen van nieuwe besparingen aan de begroting van Landsverdediging op de verwezenlijking van het strategisch plan.

Het is mijn rol niet om in plaats van de minister van Begroting te antwoorden betreffende de middelen die aan Landsverdediging zullen worden toegewezen voor de periode 2000-2015.

5. Zoals alle statistieken kunnen deze van de NAVO op verschillende wijzen geïnterpreteerd worden. Ze vormen een geheel dat globaal moet bekeken worden om de defensie-inspanning van een land te kunnen situeren.