2-26/1

2-26/1

Belgische Senaat

BUITENGEWONE ZITTING 1999

29 JULI 1999


Wetsvoorstel strekkende tot controle op de toepassing van de resoluties van de Wereldtop voor sociale ontwikkeling die van 6 tot 13 maart 1995 te Kopenhagen heeft plaatsgehad (1)

(Ingediend door mevrouw Anne-Marie Lizin)


TOELICHTING


De Wereldtop voor sociale ontwikkeling, die in maart 1995 te Kopenhagen heeft plaatsgehad, heeft een verklaring en een algemeen actieprogramma goedgekeurd samen met specifieke verbintenissen om een meer rechtvaardige en meer humane samenleving tot stand te brengen.

De Top was een van de belangrijkste bijeenkomsten van leiders van de Internationale Gemeenschap die ooit georganiseerd is (in totaal hebben 117 leiders het woord genomen).

De belangrijkste sociale problemen en de onderliggende oorzaken van armoede, werkloosheid en sociale uitsluiting zijn in de besprekingen aan bod gekomen. Op het einde van de Top zijn een verklaring en een actieprogramma goedgekeurd en zijn maatregelen aanbevolen die op nationaal en internationaal vlak genomen dienen te worden. Deze maatregelen hebben tot doel de ongelijkheden tussen landen en binnen de landen zelf uit de wereld te helpen en de sociale ontwikkeling aan te moedigen.

De verklaring bevat tien specifieke verbintenissen waarop het wereldinitiatief voor vooruitgang en sociale ontwikkeling in de 21e eeuw gegrondvest zal zijn.

In deze verklaring komen volgende punten naar voren :

1) Er wordt gesproken over het tot stand brengen van een gunstige economische, politieke, sociale, culturele en juridische context om de volkeren in staat te stellen tot sociale ontwikkeling te komen;

2) Als doelstelling wordt voorgesteld de armoede in de wereld te verdrijven, een doel dat te beschouwen is als een dwingende ethische, sociale, politieke en economische opdracht;

3) Er wordt aanbevolen volledige tewerkstelling tot een van de belangrijkste basisopdrachten van het economisch en sociaal beleid te maken;

4) Er moet gestreefd worden naar betere sociale integratie door de opbouw te stimuleren van stabiele, veilige en rechtvaardige maatschappijen die gegrondvest zijn op de naleving en de verdediging van alle rechten van de mens alsmede op niet-discriminatie, tolerantie, eerbied voor verscheidenheid, gelijkheid van kansen, solidariteit;

5) Er wordt onderstreept hoe belangrijk het is de eerbied voor de menselijke waardigheid te waarborgen en gelijkheid en rechtvaardigheid tussen mannen en vrouwen te bewerkstelligen;

6) Er wordt gesproken over de algemene en rechtmatige toegang tot degelijk onderwijs en over de doelstellingen die op dat vlak bereikt moeten worden;

7) Er wordt gevraagd dat sneller werk wordt gemaakt van de economische en sociale ontwikkeling en het benutten van het menselijk potentieel van Afrika en van de minst ontwikkelde landen (MOL);

8) Er wordt verklaard dat de programma's voor structurele aanpassing doelstellingen op het vlak van de sociale ontwikkeling moeten bevatten;

9) Er wordt gevraagd dat de middelen die voor sociale ontwikkeling bestemd zijn, aanzienlijk opgetrokken worden en efficiënter aangewend worden;

10) Er wordt gevraagd de structuur waarbinnen de internationale, regionale en subregionale ontwikkeling plaatsvindt, te verbeteren en te versterken met het oog op de sociale ontwikkeling.

Het actieprogramma dat vijf hoofdstukken beslaat, beveelt maatregelen aan die de sociale ontwikkeling moeten bevorderen, de armoede moeten verdrijven, de sociale integratie in de hand werken en de werkloosheid verminderen.

De aanbevelingen hebben met name betrekking op de volgende punten :

1. het scheppen van gunstige omstandigheden voor sociale ontwikkeling door het bevorderen van de coördinatie in het macro-economisch beleid op nationaal, subregionaal, regionaal en internationaal vlak om te komen tot de invoering van een internationaal financieel systeem dat gunstiger omstandigheden kan scheppen voor een stabiele en volgehouden economische groei en een duurzame ontwikkeling, met name door de stabiliteit van de financiële markten te verbeteren, het gevaar van financiële crisissen terug te dringen, de wisselkoersen te stabiliseren en door ernaar te streven de reële langetermijnrente op een laag peil te houden;

2. het verdrijven van de absolute armoede en de sterke vermindering van de algemeen verspreide armoede door het opstellen van nationale plannen voor de verdrijving van de armoede of door het versterken van de bestaande plannen, en door zich toe te leggen op hun uitvoering teneinde de structurele kostprijs van de armoede naar beneden te halen;

3. de groei van de productieve werkgelegenheid en de daling van de werkloosheid door de toegang tot productieve arbeid te vergemakkelijken en door arbeidsplaatsen van betere kwaliteit tot stand te brengen;

4. het stimuleren van sociale integratie door het bevorderen van de mensenrechten, van niet-discriminatie, gelijkheid, sociale rechtvaardigheid, tolerantie en eerbied voor verscheidenheid.

De verantwoordelijkheid voor de tenuitvoerlegging van dit actieprogramma berust hoofdzakelijk bij de Regering. Ook de internationale samenwerking en bijstand zijn uiterst belangrijk.

Dit wetsvoorstel wil ervoor zorgen dat de Regering de Senaat geregeld voorlicht over het beleid dat in België en in het buitenland gevoerd wordt op de terreinen die door de Top van Kopenhagen zijn afgebakend.

Anne-Marie LIZIN.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

De Regering brengt aan de federale kamers jaarlijks verslag uit over het beleid gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de Top voor sociale ontwikkeling die in maart 1995 te Kopenhagen heeft plaatsgehad.

Dit verslag wordt overgezonden uiterlijk in de periode tussen de opening van het parlementaire jaar en het einde van het kalenderjaar dat volgt op de opening van het parlementaire jaar.

Art. 3

Het eerste verslag wordt uiterlijk op 1 december 1999 ingediend.

Anne-Marie LIZIN.

(1) Dit wetsvoorstel werd reeds in de Senaat ingediend op 12 maart 1996, onder het nummer 1-291/1 1995/1996.