1-1417/2 | 1-1417/2 |
29 APRIL 1999
Evocatieprocedure
Dit wetsontwerp heeft inzonderheid de bekrachtiging tot doel van de hiernagenoemde koninklijke besluiten die werden genomen op grond van de artikelen 11, § 2 en 13, § 1, tweede lid, van de algemene wet inzake douane en accijnzen.
Het betreft de koninklijke besluiten van 21 oktober 1997 en 19 juni 1998 beide betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak, evenals van de koninklijke besluiten van 8 juni en 22 december 1998 beide tot wijziging van de wettelijke bepalingen betreffende de structuur en de accijnstarieven inzake minerale olie.
Hetzelfde ontwerp bevat eveneens nieuwe bepalingen die moeten worden ingevoegd in de wetten van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop en 22 oktober 1997 betreffende de structuur en de accijnstarieven inzake minerale olie. Deze nieuwe bepalingen strekken ertoe de erkenningsvoorwaarden voor entrepothouders te verstrengen, teneinde een zekere vorm van vastgestelde fraude, vooral op het gebied van minerale oliėn, in te dijken en op die wijze tegemoet te komen aan de bezorgdheid van de parlementaire commissie die belast is met het instellen van een onderzoek met betrekking tot de georganiseerde misdaad in Belgiė (Stuk Senaat, nr. 1-326/9 - 1998/1999).
De commissie stelt vast dat er geen amendementen zijn ingediend.
Het wetsontwerp wordt eenparig aangenomen door de 8 aanwezige leden.
Vertrouwen wordt geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van het verslag.
De rapporteur,
Hugo VANDENBERGHE. |
De voorzitter,
Paul HATRY. |
Zie Stuk nr. 1-1417/3