Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 1-94

ZITTING 1998-1999

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken

Vraag nr. 1357 van mevrouw Lizin d.d. 5 oktober 1998 (Fr.) :
Verstoting.

Op 20 februari 1987 is de officieuse gecoördineerde tekst van de documentatie betreffende de wet van 15 december 1980 aan de gemeenten verstuurd.

In de gecoördineerde tekst van de circulaire van 2 april 1984, paragraaf 5.2.4. Burgerlijke staat, leest men :

« de burgerlijke staat : ongehuwd, gehuwd, weduwnaar, weduwe, gescheiden van tafel en bed, of uit de echt gescheiden moet voluit en zonder bijkomende vermelding worden opgegeven. Indien het huwelijk ontbonden is door verstoting wordt voor elk van beide gewezen echtgenoten het woord « verstoting » vermeld.

Kan de geachte minister zeggen op welke grond verstoting in België wettelijk erkend wordt ? Weet hij hoe vaak deze vermelding voluit is gebruikt ? Welke vermelding gebruikt men voor de mannen : verstotene of verstoter ?

Vindt de geachte minister dat deze tekst zomaar behouden kan blijven ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid de volgende informatie mede te delen.

1. De verstoting is een materie die behoort tot de bevoegdheid van de minister van Justitie. In dit kader kan evenwel verwezen worden naar het antwoord van de minister van Justitie op vraag nr. 531 van de heer Charles Janssens van 17 maart 1997. Op deze gelijkaardige vraag werd namelijk het volgende geantwoord : « In de omzendbrief van 13 maart 1980 tot wijziging van de omzendbrief van 27 juni 1978 betreffende sommige problemen inzake vreemdelingen (Belgisch Staatsblad van 18 maart 1980) worden de voorwaarden waaronder verstoting aanvaardbaar is, nader omschreven. Een verstoting kan, zelfs zonder exequatur, worden erkend onder dezelfde voorwaarden als een echtscheiding. Zij kan evenwel slechts worden erkend als zij toegelaten is door het persoonlijk statuut van beide echtgenoten en mag niets bevatten dat strijdig is met de principes van de Belgische internationale openbare orde. Bovendien moeten de rechten van de verdediging nageleefd worden. »

2. Ik beschik niet over statistieken aangaande deze materie.

3. In punt 5.2.4 van de omzendbrief van 2 april 1984 wordt expliciet gesteld dat, indien het huwelijk ontbonden is door verstoting, voor elk van beide gewezen echtgenoten ­ dus ook voor de man ­ het woord « verstoting » dient vermeld.

4. Er wordt onderzocht of het woord « verstoting » kan worden vervangen door een ander woord.