1-1113/1

1-1113/1

Belgische Senaat

ZITTING 1998-1999

14 OKTOBER 1998


Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 220 van het Kieswetboek

(Ingediend door de dames Thijs en Lizin)


TOELICHTING


Dit wetsvoorstel heeft betrekking op de wijze waarop de Senaat wordt samengesteld. Het heeft tot doel te komen tot een meer evenwichtige verhouding tussen het aantal mannelijke en vrouwelijke senatoren.

Er wordt namelijk voorzien in een correctie van deze verhouding ter gelegenheid van de verkiezing door de Senaat van senatoren, overeenkomstig artikel 218 en volgende van het Kieswetboek van 12 april 1894 (de zogenaamde coöptatie).

Artikel 2 bepaalt dat, wanneer na de rechtstreekse verkiezing en na de aanwijzing van de gemeenschapssenatoren zou blijken dat een van beide geslachten ondervertegenwoordigd is in een politieke formatie, deze politieke formatie dient over te gaan tot de coöptatie van een senator van het ondervertegenwoordigde geslacht. Deze verplichting geldt totdat in de betreffende politieke formatie de pariteit bereikt is. Of, met andere woorden, een paritair samengestelde politieke formatie die één senator dient te coöpteren, is vrij een vrouwelijke dan wel een mannelijke senator te coöpteren.

Erika THIJS.
Anne-Marie LIZIN.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

In artikel 220, § 3, van het Kieswetboek wordt tussen het eerste en het tweede lid, het volgende lid ingevoegd :

« Indien de politieke formatie meer leden van éénzelfde geslacht telt, dan dienen, met het oog op de paritaire samenstelling van deze politieke formatie, de kandidaten die op deze lijst voorkomen van het andere geslacht te zijn. »

Erika THIJS.
Anne-Marie LIZIN.