1-124

1-124

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCES DU JEUDI 3 JUILLET 1997

VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 3 JULI 1997

(Vervolg-Suite)

VRAAG OM UITLEG VAN DE HEER ANCIAUX AAN DE MINISTER VAN VERVOER OVER « HET DREIGENDE RENAULT-SCENARIO VOOR SABENA »

DEMANDE D'EXPLICATIONS DE M. ANCIAUX AU MINISTRE DES TRANSPORTS SUR « LE RISQUE QUE LE SCÉNARIO RENAULT SE RÉALISE À LA SABENA »

De voorzitter. ­ Aan de orde is de vraag om uitleg van de heer Anciaux aan de minister van Vervoer.

Het woord is aan de heer Anciaux.

De heer Anciaux (VU). ­ Mijnheer de voorzitter, in 1995 werd Swissair de nieuwe partner van Sabena. Swissair bezit vanaf dan 49,5 % van de aandelen van Sabena en de Belgische Staat bezit 50,3 % van de aandelen. Sinds het ontslag van Pierre Godfroid in februari 1996 heeft Swissair in feite de macht in handen bij Sabena. De Belgische Staat en Swissair hebben elk vijf vertegenwoordigers in de raad van bestuur van Sabena en de nieuwe voorzitter van de raad van bestuur, de heer Valère Croes, is een Belg. Het dagelijks management, het eigenlijke machtscentrum, is echter geheel in Zwitserse handen. De Zwitser Paul Reutlinger werd na het vertrek van de heer Godfroid immers als hoofd van het directiecomité de nieuwe sterke man. Het financieel management van onze nationale luchtvaartmaatschappij kwam in handen van Swissair-topman Peter Rammel.

In juni 1996 formuleerde algemeen directeur Paul Reutlinger vijf ambitieuze doelstellingen : de verhoging van de bezettingsgraad en van het aantal reizigers in business-klasse, de verlaging van de eenheidskosten, de verbetering van de overstappen en van de stiptheid. Eind 1996 bereikte Sabena alleen de stiptheidsdoelstelling en dan is het nog maar de vraag in welke mate. In november 1996 ontwikkelden de directie en vakbonden het Horizon 98-plan dat belangrijke besparingen voorschrijft waardoor Sabena over twee jaar opnieuw winstgevend moet zijn. Eind 1996 bedroeg het verlies van Sabena op jaarbasis 8,317 miljard Belgische frank, met een courant verlies van 4,219 miljard Belgische frank. Eind 1996 had Sabena bovendien een overgedragen verlies van 17,305 miljard Belgische frank.

Sabena bestaat ruw geschetst uit vier deelmaatschappijen : Sabena Technics, Sabena Cargo, Sabena Catering, Sabena Handling. Het globale personeelskader van Sabena bestaat uit 9 353 personen. De onderafdeling Sabena Technics bezit het ruimste personeelskader en stelde in 1996 2 413 personen te werk tegenover de 3 573 werknemers van 1991. In het jaarverslag van 1996 van Sabena stond voor Sabena Technics dat in het kader van een synergie met Swissair, gestreefd wordt naar een optimaal rendement van de technische activiteiten van beide maatschappijen.

Swissair beseft ook wel dat Sabena Technics over heel sterke troeven beschikt binnen de onderneming. In het jaarverslag 1996 vermeldt Sabena dat één van de sterke punten ten overstaan van de concurrenten « de faam van onze technische know-how » is. In het weekblad Trends van 7 november 1996 stelde Pierre Godfroid dat zijn team had becijferd dat enkele sectoren van Sabena productiever waren dan vergelijkbare sectoren van Swissair. Hij had het dan zeer specifiek over Sabena Technics. Ook Sabena Technics maakte in 1995 een verlies ten bedrage van één zesde van zijn omzet. In 1996 kan men terug een deel ophalen; de omzet stijgt tot 7,433 miljard.

Toch gaat mijn vraag over een dreigend Renault-scenario bij Sabena. Terwijl de wonden die Renault in België heeft nagelaten, nog helemaal niet zijn geheeld, dreigt zich bij Sabena een gelijkaardig scenario te voltrekken. Een gezonde en winstgevende tak dreigt zo hard te worden aangepakt dat 1 000 tot 1 500 personen hun job zullen verliezen. Ook in dit geval ligt de beslissingslogica van een buitenlandse, asociale multinational aan de basis van dit onheilspellend scenario. Net zoals de heer Schweitzer enkel aan de Franse belangen dacht, lijkt Swissair enkel aan de Zwitserse belangen te denken.

Een belangrijk verschil tussen de twee dossiers is echter dat de Belgische overheid een meerderheid van de aandelen in Sabena bezit. Het gaat al jaren slecht met onze nationale luchtvaartmaatschappij. Grote stakingen, desastreuze verliescijfers en een groei die lager is dan het Europees gemiddelde bewijzen dit. Sinds het ontslag van de heer Godfroid als Sabena-voorzitter in februari 1996 heeft Swissair de feitelijke macht overgenomen. Ik vrees dat het zo erg gesteld is dat de huidige raad van bestuur bijna een « applausmachine » dreigt te worden voor de Zwitserse beslissingen. In de statuten van Sabena lezen wij immers het volgende : « De raad van bestuur beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden om alle handelingen te stellen die nuttig of nodig zijn voor de verwezenlijking van het maatschappelijk doel en neemt alle belangrijke beslissingen van strategische aard, zoals de belangrijke beslissingen inzake de investeringen in vliegend materieel. » Ik vrees dat de raad van bestuur hierover zal beslissen en dat de algemene aandeelhoudersvergadering daar slechts kennis van zal kunnen nemen.

Wij kunnen voor de overlevingskansen van Sabena dan ook alleen maar hopen dat Swissair er in eerste instantie naar streeft om Sabena rendabel te maken. Dit zou toch het doel moeten zijn van een gedeeltelijke privatisering. Ik hoop dat Swissair niet alleen aan haar eigen belangen denkt. Naar ik verneem is dit echter een ijdele hoop.

Ik wil in dit verband dieper ingaan op één specifiek dossier dat voor de overleving van Sabena echter van cruciaal belang is, namelijk de vlootvernieuwing en de invloed hiervan op de tewerkstelling bij Sabena Technics. Voor de Europese vluchten beschikt Sabena momenteel over 28 Boeings 737 van verschillende types. Daarvan zullen binnen afzienbare tijd 13 Boeings 737 type 200 worden vervangen daar ze onder andere verouderd zijn en te veel lawaai maken. Later zullen ook twee Boeings 747 voor de langeafstandsvluchten worden vervangen. Sabena Technics staat binnen Sabena in voor reparaties en onderhoud. Er kunnen een viertal activiteiten worden onderscheiden : line and light maintenance ­ onder andere het inspecteren van vliegtuigen en het verhelpen van pannes ­, grote onderhouden, motorenwerkplaats en basiswerkplaats. Deze laatste activiteit omvat onder meer plaatslagerij, elektronica, mechanica en studiediensten.

Sabena Technics heeft zich gespecialiseerd in het onderhoud en het herstellen van Boeings. Het bezit een volledige onderhoudsketen en beschikt over de volledige technische know-how voor het onderhoud van B 737's van alle types. Andere vliegtuigmerken kunnen bij Technics niet terecht voor groot onderhoud en grote herstellingen. Sabena Technics verzorgt in de eerste plaats het onderhoud van de eigen Sabenatoestellen. Daarnaast doen ook grote buitenlandse vliegtuigmaatschappijen, zoals KLM, steevast een beroep op de kunde van Sabena Technics. Deze afdeling van Sabena geniet dan ook wereldfaam wegens de kwaliteit van het geleverde werk.

Sabena Technics is winstgevend, wat zeker niet onbelangrijk is voor een verlieslatende luchtvaartmaatschappij zoals Sabena. In vergelijking met 1996 zijn de vooruitzichten van Sabena Technics voor 1997 nog gunstiger. Zo werden nu reeds meer full-supportcontracten gesloten dan beoogd en zijn er onderhandelingen aan de gang met een aantal vliegtuigmaatschappijen om voor een 50-tal vliegtuigen het groot onderhoud te doen.

Drie vliegtuigbouwers zijn op het ogenblik in de running voor het bemachtigen van het contract voor de vervanging van de 13 Boeings. Het gaat om Boeing met de types 737-600 en 737-700, Airbus met de types A 319 en A 320 en ten slotte British Aerospace met de Aerier 100. Naar ik heb vernomen, zou de vergelijkende technische studie tussen de verschillende vliegtuigbouwers reeds grotendeels zijn afgerond en zou Boeing als beste keuze inzake de prijs-kwaliteit-verhouding naar voren worden geschoven. Inzake logica van tewerkstelling, exploitatie, know-how en homogeniteit van de vloot, zou Boeing eveneens de beste keuze zijn.

Aangezien Swissair in Zurich reeds jaren gespecialiseerd is in het onderhoud van Airbus, de Airbus 319 reeds is opgenomen in de Swissair-vloot, Swissair topman Brugisser reeds in de pers heeft laten weten dat er zal worden gekozen voor Airbus en de uiteindelijke keuze door Sabena eigenlijk in handen is van Swissair-topmensen, is het duidelijk dat de Belgische regering de grootste oplettenheid aan de dag moet leggen opdat Sabena, de werknemers, maar ook de modale belastingbetaler niet door Swissair worden bedrogen. Kiezen voor Airbus is catastrofaal voor Sabena en zal onvermijdelijk leiden tot een jobverlies van 1 000 à 1 500 arbeidsplaatsen binnen Technics. Het gaat hierbij vooral om werknemers van de afdeling heavy maintenance en van de basiswerkplaats.

Op de ondernemingsraad van 3 juli 1997 werd inmiddels door de Sabenadirectie bevestigd dat 40 % van het werk binnen Sabena Technics gebonden is aan Boeing. Bovendien vereist het overschakelen van Boeing naar Airbus een grotere investering van onderdelen. De kosten lopen op tot 1,5 à 2 miljard frank. De opleidingskosten voor de piloten zijn bij Airbus zeer hoog, namelijk 1,5 miljoen frank per piloot. Kortom, de keuze voor Airbus is een grove geldverkwisting voor een bedrijf in moeilijkheden.

Graag kreeg ik van de minister een antwoord op zeven concrete vragen.

Hoever staat het met de onderhandelingen tussen Sabena en de verschillende vliegtuigbouwers ? Heeft de vergelijkende technische studie nieuwe resultaten naar voren gebracht ? Beschikt de minister over deze resultaten ?

Kan de minister bevestigen dat Boeing tot dusver als de beste keuze is naar voren gekomen ?

Welke invloed heeft Swissair ­ ik verwijs naar de verklaringen van Swissair topman Brugisser ­ op de uiteindelijke beslissing van dit dossier ?

Kan de minister bevestigen wat op de ondernemingsraad van 3 juli 1997 werd verklaard, namelijk dat door Swissair benoemde topmensen binnen Sabena belast zijn met het voeren van de onderhandelingen tussen de verschillende vliegtuigbouwers en het opstellen van het uiteindelijke keuzedossier voor de raad van bestuur ? Is dit feit verenigbaar met het expliciete pro-Airbusstandpunt dat Swissair heeft ingenomen ? Kan de keuze dan nog wel eerlijk geschieden ?

In de raad van bestuur zijn vijf Belgen, onder wie Sabenavoorzitter Valère Croes, en vijf Zwitsers opgenomen. In de raad van bestuur heeft ook Philippe Suynen van het kabinet van Elio Di Rupo zitting. Uit artikel 15 van de Sabena-statuten over de beslissingen van de raad van bestuur, kan ik afleiden dat deze alle belangrijke beslissingen van strategische aard neemt. Kan de minister garanderen dat de raad van bestuur in dit dossier niet als applausmachine zal fungeren van de door de Zwitsers genomen beslissingen ? Welk standpunt neemt de Belgische regering in, die tenslotte meerderheidsaandeelhouder in Sabena is ?

Wat is de invloed op de tewerkstelling als voor een ander type dan Boeing wordt gekozen ? Is de minister zich ervan bewust dat één stakingsdag Sabena 150 miljoen kost ?

Is de kans niet groot dat, als Swissair kiest voor Airbus, de resultaten van de nationale luchtvaartmaatschappij zo rampzalig worden dat tegen het jaar 2000, waarin Swissair blijkens de statuten haar aandeelhouderspakket kan uitbreiden, Swissair Sabena kan opkopen voor een prikje ?

Hoewel de beslissing over de keuze van de vliegtuigbouwer reeds voor de maand juni werd aangekondigd, werd op de ondernemingsraad van 3 juni 1997 beslist de keuze uit te stellen tot september 1997, dus vlak na het toeristisch hoogseizoen. Is dit een teken aan de wand ?

Sta me toe tot slot ook te verwijzen naar het gespecialiseerde tijdschrift Flight International , dat zowat het best geïnformeerd is over vliegtuigverkoop en luchtvaartmaatschappijen. In het nummer van 25 juni 1997 wordt wel degelijk vermeld dat de beslissing is genomen ­ weliswaar niet officieel ­ om de Boeing 737-200 te vervangen door Avros en Airbussen. Ik kende graag de reactie van de minister op deze mededeling in Flight International , een tijdschrift dat hij ongetwijfeld moet kennen.

De voorzitter. ­ Het woord is aan mevrouw Maximus.

Mevrouw Maximus (SP). ­ Mijnheer de voorzitter, ik heb me in dit debat ingeschreven omwille van de titel van deze vraag om uitleg. Met een titel als « dreigend Renault-scenario voor Sabena » haalt men natuurlijk de pers en dat is uiteraard ook de bedoeling.

Ik sluit me voor een groot stuk aan bij wat de heer Anciaux heeft gezegd. Zijn bewering dat de mensen helemaal niet hersteld zijn van het Renault-trauma, is correct. Het trauma zal nog jaren doorwegen in de arbeiderswereld omdat de inbreng van de werknemers in de economie en de maatschappij door de Renault-directie veel te weinig werd erkend.

Op een ogenblik dat velen met vakantie gaan, acht ik het evenwel niet wenselijk paniek te zaaien, ook niet bij de ongeveer 9 000 personeelsleden van Sabena. Volgens de informatie die ik zo-even heb ingewonnen bij de vakbonden is er overigens op het ogenblik nog geen sprake van een afslankingsscenario bij Sabena.

Het zou van Sabena, waarvan de Belgische Staat een belangrijk aandeelhouder is, van een onaanneemlijk cynisme getuigen om een scenario op te zetten dat te vergelijken is met dat van Renault en dat zowel op nationaal als international vlak is afgekeurd.

Wij mogen beide dossiers niet zo maar met elkaar verbinden, aangezien het bij Renault uiteindelijk gaat om de wijze waarop de ontslagen ter kennis van het personeel werden gebracht.

De vraag van collega Anciaux heeft een rijke inhoud en wij kunnen ons volkomen aansluiten bij zijn bezorgdheid over de mogelijke gevolgen van de keuze van een bepaald type van vliegtuig. Wij moeten dat uiteraard op de voet volgen, maar dat neemt niet weg dat wij moeten opletten voor de manier waarop onheilspellende berichten bij de publieke opinie overkomen. In de gegeven situatie vind ik het niet nodig om het Sabena-personeel vlak vóór de jaarlijkse vakantie op te zadelen met de traumatische angst dat ook zij wel eens het slachtoffer zouden kunnen worden van een soort Renault-scenario.

De heer Anciaux heeft de vinger gelegd op de wonde die door de groeiende internationalisering van het bedrijfsleven wordt geslagen. Tijdens ons themadebat over uitsluiting en werkloosheid heb ik zelf heel sterk het internationale karakter van deze problematiek beklemtoond. Het industriële beleid wordt vandaag niet langer op het Belgische niveau bepaald. Zelfs ogenschijnlijk Belgische bedrijven zijn heel vaak afhankelijk van buitenlandse investeerders.

Tot in den treure heb ik toen herhaald dat de Belgische politici hun politieke inspraak in het Europees Parlement en in de Raad van Europa ­ waarvan ook Zwitserland deel uitmaakt ­ ter harte dienen te nemen. Net als in de Europese Unie, dienen wij in het kader van de Raad van Europa niet alleen van de economische en monetaire, maar ook van de sociale aspecten van de eenmaking versneld werk te maken. Dit betekent dat aan de bescherming tegen collectieve ontslagen kracht van wet dient te worden gegeven en dat wij de strijd dienen aan te binden tegen de inzichten die beletten dat tot de zo noodzakelijke verdeling van de beschikbare arbeid wordt overgegaan.

De Belgische vertegenwoordigers in de Europese assemblees, waaronder ook een aantal senatoren, verdienen ons volste vertrouwen. Als lid van die vertegenwoordiging kan ik er persoonlijk van getuigen dat op dat niveau ernstig werk wordt geleverd en durf ik ook begrip te vragen voor de gebeurlijke afwezigheid in dit halfrond van senatoren die zich op Europees niveau van hun plicht kwijten.

De heer Bock treedt op als voorzitter

Ten tweede wil ik doen opmerken dat de parlementsleden een week voor het parlementaire reces nog niet beschikken over dat gedeelte van de programmawet dat voorziet in de bescherming van de werknemers tegen sociale rampscenario's als dat van Renault. De tekst is nog niet bij de Kamer van volksvertegenwoordigers ingediend. Rekening houdend met de gebruikelijke timing mag ik dus vrezen dat deze beschermingsmaatregelen ten vroegste op 1 januari 1998 kracht van wet zullen kunnen krijgen.

Met de angst die onder de bevolking leeft voor ogen, wil ik er in aansluiting op de pertinente vragen van collega Anciaux, bij de regering op aandringen om zeer snel een inzicht trachten te verwerven in de industriële strategie die rond Sabena wordt ontwikkeld. Met alles wat er gebeurt en zolang Europa sociaal achterop blijft hinken, hebben wij, politici, de plicht deze zaak te volgen. Daarbij moeten we echter wel vermijden paniek te zaaien, wat het gevaar is na deze vraag om uitleg. Daarop wilde ik even aandringen.

De voorzitter. ­ Het woord is aan minister Daerden.

De heer Daerden, minister van Vervoer. ­ Mijnheer de voorzitter, eerst en vooral wil ik de toestand van Sabena opnieuw in zijn context plaatsen, die veel verschilt van deze van Renault.

Ten eerste zijn de Belgische Staat en Swissair allebei aandeelhouder van Sabena en ten tweede is Swissair geen meerderheidsaandeelhouder. De raad van bestuur van Sabena is samengesteld uit zes Belgische bestuurders, benoemd op voordracht van de Staat, en vijf Zwitserse bestuurders, benoemd op voordracht van Swissair. De voorzitter van de raad van bestuur wordt benoemd in een procedure waarbij beide partners betrokken zijn.

Le conseil d'administration apprécie l'intérêt de l'entreprise et prend ses décisions en fonction de ce critère. La Sabena possède treize Boeing 737/200, lesquels doivent effectivement être remplacés à l'horizon 1999 et 2000. En effet, ces avions ne répondent plus aux normes valables en matière de bruit ­ j'ai d'ailleurs pris un arrêté en ce sens ­ et leur coût d'entretien augmente d'année en année. La Sabena étudie diverses options pour le remplacement de ces avions en s'appuyant, notamment, sur la compétence des experts de Swissair. Les quatre options à l'étude sont : l'achat de Boeing 737 de type 300, 400 ou 500; l'achat de Boeing 737 neufs de type 600 ou 700; l'achat d'Avro RJ/100 complémentaires à la flotte de DAT qui est à 100 % une filiale de la Sabena et, enfin, l'achat d'airbus A319, 320 ou 321.

À côté des treize Boeing à remplacer, la Sabena exploite encore quinze Boeing 737 de type 300, 400 ou 500 qui ne sont âgés que de douze ans en moyenne, ce qui est peu. Étant donné que les choix techniques ne sont pas encore réalisés, aucune véritable négociation n'est engagée à l'heure actuelle.

Afin de répondre d'une manière structurée, je précise que les études se basent notamment sur des éléments fournis par les services de Swissair. Aucune pré-conclusion n'a été tirée à ce stade. Si la rentabilité des lignes Sabena est un des paramètres du choix à opérer, les conséquences sociales de ce dernier seront ­ j'y insiste ­ tout autant prises en compte. L'on peut remarquer que l'option Airbus impliquerait des coûts supplémentaires dus au fait que la Sabena opérerait pendant plusieurs années avec une flotte hétérogène constituée de Boeing 737 et Airbus A319 et 320. Ce coût supplémentaire est également pris en compte.

De definitieve beslissing zal, zoals in elk bedrijf, door de raad van bestuur worden genomen. Deze beslissing moet evenwel niet voor het eind van dit jaar vallen. De groep experten die het dossier voorbereidt en die momenteel de verschillende opties evalueert heeft geen enkele voorkeur voor een of andere vliegtuigconstructeur.

Le conseil d'administration appréciera toute décision à prendre, en matière de flotte notamment, en veillant au développement de l'emploi, dans le respect du dialogue social et de la rentabilité, d'une part, et en exerçant un impact positif sur l'ensemble de l'activité de l'entreprise, d'autre part.

Sans dévoiler les débats du conseil d'administration, je peux en outre indiquer à l'honorable membre qu'il n'existe pas de position tranchée et univoque en faveur d'un type d'appareil de la part des administrateurs proposés par les actionnaires de l'une ou de l'autre catégorie.

Comme je l'ai déjà dit, le conseil d'administration de la Sabena prend des décisions qui sont conformes aux intérêts de la Sabena. Il n'y a donc pas de conduite dominante de la part d'un actionnaire. S'agissant du management et particulièrement du directeur général, chacun reconnaît à M. Paul Reutlinger, des réflexes proprement sabeniens. Que le conseil et le management recherchent la « la profitabilité » de l'entreprise constitue un élément d'autant plus normal que le retour à celle-ci conditionne l'avenir de l'emploi et de l'activité économique en Belgique.

Selon les informations qui m'ont été transmises par la direction de la Sabena, le choix du remplacement des treize Boeing 737/200 devrait avoir une influence indirecte sur les activités du département Technics. Actuellement, celui-ci réalise en effet 40 % de son volume d'activités sur des aéronefs de marque Boeing. Sabena exploitera encore durant plusieurs années quinze Boeings 737 de type 300, 400 et 500 et dispose d'une large clientèle extérieure, y compris des compagnies utilisant des avions d'un autre type que ceux exploités par la Sabena.

Par ailleurs, l'activité technique se caractérise par des rêsultats positifs, résultant notamment d'un excellent savoir-faire technologique et d'un dynamisme commercial évident.

De toekomst van de afdeling « Technics » zal hoofdzakelijk afhangen van de concurrentiepositie, de know-how en het economisch dynamisme. De jongste maanden heeft deze afdeling aangetoond nieuwe contracten te kunnen binnenrijven, wanneer een goede prijs-kwaliteitsverhouding wordt aangeboden. Deze competitieve positie moet worden geconsolideerd.

Les indicateurs commerciaux et financiers actuels de la Sabena montrent que le redressement est en cours. Certes, la vigilance reste de mise. Cependant si la tendance se maintient, la Sabena devrait franchir le deuxième millénaire avec une rentabilité positive et même en croissance. Il faut poursuivre l'effort mené pour l'instant, sans évoquer de scénarios exagérément optimistes ou pessimistes.

En outre, la valeur d'exercice des options d'achat détenues par Swissair et qui lui permettrait, si les conditions fixées sont remplies, d'acquérir la majorité dans la Sabena, ne dépend pas de la valeur des fonds propres de la Sabena au moment où l'option est exercée. L'hypothèse d'un complot visant à réduire la valeur de ces fonds propres par des décisions contraires à l'intérêt de la Sabena est donc dénuée de toute pertinence.

Le report du choix n'est absolument pas lié au cycle des recettes de la Sabena. Je tiens d'ailleurs à mentionner dans ce contexte que la Sabena profite au moins autant des recettes provenant de la clientèle d'affaires que de la clientèle touristique.

Je souhaiterais conclure en vous disant à quel point les contacts réguliers avec le président et le vice-président du conseil ainsi qu'avec le directeur général indiquent que les administrateurs belges défendent et défendront une position conforme aux intérêts de l'entreprise, de son personnel et du pays. Comme moi, ils sont particulièrement soucieux de maintenir un bon climat et de bonnes relations sociales dans l'entreprise : le dialogue est et doit rester le mot-clé.

M. Swaelen reprend la présidence de l'assemblée

De voorzitter . ­ Het woord is aan de heer Anciaux.

De heer Anciaux (VU). ­ Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord. Ik houd niet van paniekscenario's, maar er moet toch op de gevaren worden gewezen. Soms heb ik de indruk dat die in dit dossier worden onderschat. Het gaat hier toch om ongeveer 1 500 arbeidsplaatsen die weliswaar niet van vandaag op morgen, maar wel over een periode van twee jaar zullen verdwijnen. In de loop van het jaar 1999 zal de balans worden opgemaakt. Dan zullen de gevolgen gekend zijn van de sluiting van Sabena Technics. Ik hoop dat ik ongelijk krijg, maar ik ben niet optimistisch. Volgens de minister bestuderen Zwitsers van Swissair de technische kant van het dossier.

Het is te gemakkelijk te zeggen dat de onderhandelaars van Swissair geen voorkeur hebben. Natuurlijk hebben die er een. Niet alleen de tewerkstelling in Zwitserland, maar ook de eigen tewerkstelling bij Swissair hangen hiervan af. Swissair is immers gespecialiseerd in het onderhoud van de Airbus. Daarom raad ik de minister aan voorzichtig, maar zeer actief op te treden in dit dossier. Hij treedt hier bovendien niet alleen op als vertegenwoordiger van de regering maar ook als hoofdaandeelhouder. De verantwoordelijkheid kan bijgevolg op niemand anders worden afgeschoven.

Ik wil hier geen technisch debat met de minister voeren over het aantal vliegtuigen dat nu precies door Sabena Technics wordt onderhouden en over de gevolgen van het verdwijnen van de vloot waarin deze onderneming zich heeft gespecialiseerd. Ik dring er alleen op aan dat hij dit dossier opnieuw, en ditmaal grondig, door zijn kabinet laat bestuderen en dat hij aan de Belgische aandeelhouders en afgevaardigden in de raad van bestuur opdracht geeft op zijn minst het vergelijkend rapport zeer ernstig te bestuderen en na te gaan welke impact dit heeft op de tewerkstelling.

Een persartikel zegt dat het een beetje te gemakkelijk is te beweren dat door de vervanging van Boeing er 1 000 à 1 500 arbeidsplaatsen verloren gaan, omdat Airbus toch ook compensaties verzekert in de privésector. Dat is natuurlijk juist. Niets belet dat in eenzelfde onderhandelingspakket ook compensaties worden afgedwongen, al hebben recente compensaties toch wel aanleiding gegeven tot enige corruptie. Feit is dat dergelijke compensaties ook door Boeing kunnen worden gegeven. Ik wil hier niet pleiten voor Boeing, maar voor tewerkstelling. Omgekeerd zou het totaal onrechtvaardig zijn dat uitsluitend omwille van de belangen van de Zwitsers die in deze wereld wijd verspreid zijn, een keuze zou worden gemaakt in hun voordeel en op de rug van de Belgische belastingbetaler.

Ik vraag de minister dat hij deze zaak meer au sérieux neemt dan op het ogenblik. Veel wordt al te gemakkelijk afgedaan als wilde cowboy-verhalen. Ik hoop dat de minister mij over enkele jaren niet zal moeten komen zeggen dat ik indertijd wel een cowboy was, maar dat ik het bij het rechte eind had.

De voorzitter. ­ Het incident is gesloten.

L'incident est clos.