Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-517

van Rik Daems (Open Vld) d.d. 27 april 2020

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Covid-19 - Mondmaskers en andere medische hulpmiddelen - Btw-tarief - Verlaging - Besluit (EU) 2020/491 van de Europese commissie van 3 april 2020 - Gebruik van de mogelijkheid

infectieziekte
epidemie
medisch en chirurgisch materiaal
BTW-tarief
besluit (EU)

Chronologie

27/4/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/5/2020)
27/5/2020Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-518
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-519

Vraag nr. 7-517 d.d. 27 april 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Momenteel moeten zorginstellingen en andere instellingen die mondmaskers aankopen 21 % btw betalen op de aankoop van deze maskers. De regels van de Europese Unie laten sinds eind maart 2020 vrijstelling van douanerechten en btw toe maar tot op vandaag wordt daar bij mijn weten nog geen gebruik van gemaakt.

Als zorgaanbieders beschermingsmiddelen uit de landelijke inkoop afnemen, moeten ze steeds aantonen dat ze die bijvoorbeeld niet doorverkopen. Die administratieve rompslomp moet in het licht van de huidige gezondheidscrisis worden voorkomen.

Zowel in de Franse Assemblée nationale (cf. http://www.leparisien.fr/val-de-marne-94/coronavirus-l-assemblee-adopte-le-passage-d-une-tva-sur-les-masques-de-20-a-5-5-17-04-2020-8301507.php) als in Italië en in Nederland hebben diverse parlementairen dit aangekaart (cf. vragen van de leden Omtzigt en Van den Berg (beiden CDA) aan de staatssecretarissen van Financiën over importheffingen en btw op mondkapjes en andere persoonlijke beschermingsmaterialen, die gebruikt worden in de strijd tegen het coronavirus).

Deze mondmaskers zijn levensnoodzakelijke middelen en het past niet om hier 21 % btw op te heffen.

Wat betreft het transversaal karakter van de vraag: de Gemeenschappen staan in voor de strijd tegen corona in de zorginstellingen en meer algemeen wat betreft de preventie. De federale regering is bevoegd voor de eventuele aanpassing van het btw-tarief. Het betreft dus een transversale aangelegenheid met de Gemeenschappen.

Ik had dan ook volgende vragen:

1) Klopt het dat momenteel zorginstellingen, rusthuizen en andere instellingen bij de aankoop van mondmaskers het standaardtarief van 21 % betalen en dat een zorginstelling (die een btw-vrijstelling heeft en dus betaalde btw niet kan verrekenen) deze btw en importheffingen volledig zelf betaalt? Kan u dit uitvoerig toelichten?

2) Bent u vertrouwd met het besluit (EU) 2020/491 van de Europese Commissie van 3 april 2020 waarbij vrijstelling van rechten bij invoer en van btw op invoer wordt verleend voor goederen die nodig zijn om de gevolgen van de Covid-19-uitbraak in 2020 te bestrijden? Kan u toelichten of er reeds stappen werden ondernomen om deze heffingen op te heffen? Kan u uitvoerig de inhoud en de timing toelichten? Vanaf wanneer geldt het verlaagd tarief?

3) Heeft ons land momenteel reeds gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de import van persoonlijke beschermingsmiddelen (waaronder mondkapjes) en andere zaken die nodig voor de bestrijding van Covid-19, vrij te stellen van douaneheffingen en btw? Zo ja, kan u dit toelichten? Aan welke voorwaarden moeten importeurs en zorginstellingen voldoen om voor deze vrijstellingen in aanmerking te komen? Kan u gedetailleerd oplijsten voor welke beschermingsmiddelen en apparatuur op dit moment een vrijstelling van invoerrechten en btw geldt?

4) Bent u bereid om van de mogelijkheden van dit besluit van de Europese Commissie gebruik te maken? Kan u gedetailleerd oplijsten voor welke instellingen en beroepen deze uitzondering werd gevraagd? Zo ja, kan u uitvoerig de timing en de inhoud toelichten? Zo neen, waarom niet en kan u dit uitvoerig toelichten?

5) Geldt dit ook voor andere belangrijke sectoren zoals politie, gevangeniswezen, uitvaart-sector, enz.? Zo ja, kan u dit gedetailleerd oplijsten? Zo neen, waarom niet?

6) Hoe reageert u op het standpunt van de Franse Assemblée nationale waarbij de btw op mondkapjes voor de gewone verkoop verlaagd werd naar het laagste tarief? Kan u dit toelichten?

Antwoord ontvangen op 27 mei 2020 :

1) Tot 3 mei 2020 gold voor de aankoop van mondmaskers door zorginstellingen inderdaad het btw-tarief van 21 %, ongeacht of het binnenlandse leveringen of intracommunautaire verwervingen van dergelijke goederen betrof.

Het koninklijk besluit van 5 mei 2020 bepaalt echter dat van 4 mei tot 31 december 2020 de leveringen, intracommunautaire verwervingen en invoer van bepaalde goederen die bescherming bieden in het kader van de bestrijding van de Covid-19-pandemie onderworpen zijn aan een tarief van 6 %. Dat geldt in het bijzonder voor mondmaskers. Dat tarief van 6 % is van toepassing ongeacht de hoedanigheid van de verkoper en de koper. Instellingen zoals woonzorgcentra en zorginstellingen kunnen dus ook dit verlaagde btw-tarief genieten.

Deze uitzonderlijke en tijdelijke maatregel is gerechtvaardigd door de omvang van de huidige gezondheidscrisis. Ze heeft enerzijds tot doel de productie van de beschermende goederen te bevorderen die nodig zijn om de verspreiding van Covid-19 te voorkomen en anderzijds om iedereen in staat te stellen dergelijke goederen goedkoper aan te schaffen.

De invoer van de voormelde goederen is evenwel alleen onderworpen aan het tarief van 6 % als die niet onder het materiële en temporele toepassingsgebied valt van besluit (EU) 2020/491 van de Europese Commissie. Dat besluit voorziet immers in een vrijstelling. De toepassing van dat besluit wordt nader toegelicht in de antwoorden op de vragen 2) tot en met 5).

2) Ja, dit besluit is reeds geïntegreerd in de huidige praktijk en wordt toegepast door de diensten van de algemene administratie van Douane en Accijnzen (AAD&A). De vrijstellingen kunnen en worden reeds toegepast sinds het begin van de Covid-19-pandemie, meer bepaald in België invoeren vanaf 13 maart 2020 tot en met 31 juli 2020. Indien men sinds 13 maart reeds rechten en btw op invoer heeft betaald en men toch aan de voorwaarden voldoet, kan men hiervoor een terugbetalingsverzoek indienen.

3) Ja, ons land heeft dit Europese besluit reeds gebruikt om de invoer van persoonlijke beschermingsmiddelen (waaronder mondkapjes) en andere nodige goederen voor de bestrijding van Covid-19, vrij te stellen van douanerechten en btw op invoer.

De mogelijkheid van de toepassing van deze vrijstelling werd reeds uitvoerig gecommuniceerd via de website van de AAD&A , de diverse fora waar de AAD&A aan deelneemt en ook onze eigen buitendiensten zijn op de hoogte gebracht van deze mogelijkheid.

De vrijstelling gebeurt uitsluitend op aanvraag en wordt niet automatisch toegekend.

De vrijstelling kan worden toegekend aan overheidsinstellingen en publiekrechtelijke organen. Hiermee worden federale overheidsdiensten (FOD), Gewesten, provincies, gemeenten, openbare centra voor maatschappelijk welzijn (OCMW) en dergelijke bedoeld. Ook humanitaire hulporganisaties kunnen beroep doen op de vrijstelling.

Daarnaast kan de vrijstelling ook toegekend worden aan instellingen met een liefdadig of filantropisch karakter mits erkenning door de AAD&A. Er is een lijst van door de AAD&A reeds erkende instellingen beschikbaar online en ook alle ziekenhuizen erkend door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu worden als een erkende instelling beschouwd.

Andere liefdadigheids- of filantropische instellingen dienen voorafgaand een goedkeuring te vragen aan de AAD&A. De belangrijkste criteria zijn zoals voorzien in de Europese verordening zijn dat de instelling opereert onder de rechtsvorm van VZW (zonder commercieel karakter) en dat de statuten wijzen op activiteiten met een liefdadig en filantropisch doel, dewelke in overeenstemming gebracht kunnen worden met de noden gedurende de huidige Covid-19-pandemie. De activiteiten op zich vormen op zich geen commerciële activiteit.

Bijkomend geldt de erkenning uitsluitend voor specifieke doeleinden, met name de kosteloze verspreiding door de begunstigde organen en organisaties aan de personen die getroffen zijn door of risico lopen als gevolg van Covid-19 of betrokken zijn bij de bestrijding van de Covid-19-uitbraak en het gratis ter beschikking stellen van de goederen aan de personen die getroffen zijn door of risico lopen als gevolg van Covid-19 of betrokken zijn bij de bestrijding van de Covid-19-uitbraak, waarbij de goederen eigendom blijven van de begunstigde organen en organisaties.

De toekenning van de vrijstelling wordt ook afhankelijk gemaakt van de verbintenis om de rechten en belastingen te betalen in het geval deze verschuldigd worden op basis van de uiteindelijke beslissing van de Europese Commissie. Op die manier kan er onmiddellijk ingevoerd worden onder tijdelijke schorsing van rechten en belastingen met een a posteriori goedkeuring door de Europese Commissie.

De goederen die van deze vrijstellingen kunnen genieten zijn gepubliceerd in een referentielijst op de website. Deze is indicatief en goederen kunnen ook in aanmerking komen voor de toepassing van de vrijstelling mits gegronde motivatie die in overeenstemming is met het doel van de vrijstelling. Daarvoor dient voorafgaand een aanvraag ingediend worden bij de douane.

4) Er kan gebruik gemaakt worden van de vrijstelling voor «rampen» conform artikel 74 van verordening (EG) 1186/2009 en artikel 27 van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 inzake BTW zoals uiteengezet in het besluit van de Europese Commissie voor invoeren in België vanaf 13 maart 2020 tot en met 31 juli 2020.

In het antwoord op vraag 3) werd reeds uitvoerig besproken welke instellingen beroep kunnen doen op de vrijstelling en onder welke voorwaarden.

5) Overheidsinstellingen kunnen aanspraak maken op de vrijstelling op grond van artikel 74 van verordening (EG) 1186/2009 en artikel 27 van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 inzake BTW. Zo zal het gevangeniswezen, dat onder de FOD Justitie valt, en de politie, dat onder de FOD Binnenlandse zaken valt, wel aanspraak kunnen maken op de vrijstelling.

Andere sectoren die wensen aanspraak te maken op de vrijstelling dienen te voldoen aan de voorwaarden zoals uiteengezet in de verordening. Het door u aangehaald voorbeeld van de private uitvaart-sector zal geen aanspraak kunnen maken op deze vrijstelling.

6) Zoals aangegeven in het antwoord op de eerste vraag, heeft de regering besloten om, volgens dezelfde logica als die van de Franse Assemblée Nationale, een verlaagd btw-tarief van 6 % toe te passen op leveringen, intracommunautaire verwervingen en invoer van mondmaskers, ongeacht de hoedanigheid van de verkoper en de koper.