Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-429

van Rik Daems (Open Vld) d.d. 31 maart 2020

aan de minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Armoedebestrijding, Gelijke Kansen en Personen met een beperking

Covid-19 - Verzekeringen - Overmacht - Uitsluitingsgrond - Rechtsmisbruik - Gegarandeerd inkomen

infectieziekte
epidemie
verzekering
rechtsmisbruik
minimumbestaansinkomen
minimumloon

Chronologie

31/3/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/4/2020)
1/7/2020Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-427
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-428

Vraag nr. 7-429 d.d. 31 maart 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Net zoals de afgelopen weken de overheid en de banksector reeds talrijke initiatieven hebben genomen om de economische gevolgen van de coronapandemie te verzachten, levert ook de Belgische verzekeringssector inspanningen.

De aandacht wordt daarbij voornamelijk gericht op die groepen in de samenleving die de economische weerslag van het coronavirus het sterkst voelen, namelijk de vele werknemers die in tijdelijke werkloosheid beland zijn en de bedrijven die verplicht hun deuren moeten sluiten of hun economische activiteit sterk zien afnemen.

Het maatregelenpakket dat eerder werd gecommuniceerd door Assuralia, de beroepsvereniging van verzekeringsondernemingen, ligt in de lijn van de werkzaamheden van de Economic Risk Management Group (ERMG) die de federale regering heeft opgericht om de economische gevolgen van het coronavirus te bestrijden.

Een overeenkomst kan een overmachtsbeding bevatten. De verzekeringnemer moet controleren of het Covid-19 virus of de maatregelen inzake Covid-19 onder het beding vallen en wat de overeenkomst daarover bepaalt.

Bevat een overeenkomst geen overmachtsbeding of valt het Covid-19 virus of de maatregelen inzake Covid-19 niet onder het beding, dan rijst de vraag of er sprake is van een gemeenrechtelijke overmacht. Er moet telkens naar de concrete omstandigheden gekeken worden.

Voor de verzekeringnemer is het essentieel om te weten of een pandemie zoals het Covid-19 virus een uitsluitingsgrond is, dit wat betreft de hospitalisatieverzekering, de verzekering gewaarborgd inkomen voor zelfstandigen, enz.

Het is belangrijk om snel alle onzekerheid hieromtrent weg te nemen.

Het betreft een transversale aangelegenheid met de Gewesten. Zo kent Vlaanderen een kosteloze verzekering toe voor vrijwilligers die helpen in de strijd tegen het Covid-19 virus. De federale overheid ziet toe op de regelgeving inzake verzekeringen.

Ik had dan ook volgende vragen:

1) Kan u meedelen of uzelf, uw beleidscel of de Economic Risk Management Group (ERMG) dit reeds hebben aangekaart met de verzekeringssector?

2) Geldt de contractuele uitsluitingsgrond pandemie indien het contract dit vermeldt wat betreft de hospitalisatie- en de verzekeringen gewaarborgd inkomen? Zo ja, welke maatregelen overweegt u in deze context gezien dit veel mensen zal uitsluiten?

3) Bent u het ermee eens dat gezien de uitzonderlijke omstandigheden het eisen van een strikte naleving van de overeenkomst met pandemie als uitsluitingsgrond rechtsmisbruik zou kunnen uitmaken?

4) Wat is de stand van zaken indien het niet als contractuele uitsluitingsgrond is opgenomen? Kunnen verzekeringen de pandemie inroepen om hun contractuele verplichtingen niet na te komen wat betreft de hospitalisatieverzekering, de vrijwilligersverzekering of de verzekering gewaarborgd inkomen? Kan u dit uitvoerig toelichten?

5) Kan u toelichten of er een zeker evenwicht hieromtrent kan gevonden worden in overleg met Assuralia? Wat zijn de eerste concrete resultaten hiervan wat betreft de uitsluitingsgrond pandemie?

6) Kan u meedelen of u, indien overleg niets oplevert, desgevallend beroep gaat doen op de volmachtenwet in dit kader, mocht de verzekeringssector dit inroepen als uitsluitingsgrond en zo ja, voor welke verzekeringen?

7) Wat vindt u van de piste om een addendum op te stellen bij een lopende overeenkomst of om nu al een dading te sluiten om de heersende onzekerheid weg te nemen? Kan u meedelen of u deze piste wil onderzoeken?

Antwoord ontvangen op 1 juli 2020 :

1) Het resultaat van mijn overleg met de sector kan worden bekeken op de website van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (Financial Services and Markets Authority – FSMA) (https://www.fsma.be/nl/news/covid-19) en de Nationale Bank van België (https://www.nbb.be/nl/artikels/ook-de-verzekeringssector-levert-inspanningen-de-strijd-tegen-de-sociaal-economische-impact).

2) - 4) Over het algemeen, bevatten hospitalisatieverzekeringen en verzekeringen gewaarborgd inkomen geen uitsluiting in geval van pandemie.

Personen die worden gehospitaliseerd wegens Covid-19 zijn gedekt overeenkomstig de contractuele voorwaarden van hun hospitalisatieverzekering. Een opname in een Belgisch ziekenhuis is steeds gedekt. Als de verzekeringsovereenkomst voorziet in een dekking in het buitenland, is de hospitalisatie ten gevolge van een besmetting met Covid-19 gedekt zoals voorzien in de contractuele voorwaarden, zelfs al gaf de federale overheidsdienst (FOD) Buitenlandse Zaken een negatief reisadvies voor dat deel van de wereld.

In geval van arbeidsongeschiktheid als gevolg van een besmetting met Covid-19, komt de verzekering gewaarborgd inkomen tussen overeenkomstig de dekkingsvoorwaarden. In principe is een pandemie gedekt. Verzekeraars mogen zich niet beroepen op overmacht om geen tussenkomst te verlenen.

Dit is echter niet het geval als de betrokken persoon preventief in quarantaine is geplaatst. Enkel arbeidsongeschiktheid als gevolg van een ziekte of ongeval is namelijk verzekerd.

Tot slot handhaven de verzekeraars, tijdens de periodes van tijdelijke werkloosheid, de waarborgen op het gebied van invaliditeit en hospitalisatie waarvan het personeel geniet in het kader van een groepsverzekering (met inbegrip van de collectieve hospitalisatieverzekeringen), en geven ze werkgevers tot 30 september 2020 uitstel om de premies te betalen. Dit in tegenstelling tot de normale regel die wil dat deze waarborgen vervallen in geval van opschorting van de arbeidsovereenkomst, zoals in het geval van tijdelijke werkloosheid. Deze maatregel werd genomen bij de wet van 7 mei 2020 houdende uitzonderlijke maatregelen in het kader van de Covid-19-pandemie inzake pensioenen, aanvullende pensioenen en andere aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

Ook wat betreft de vrijwilligersverzekering, is er in principe geen uitsluiting op grond van pandemie voorzien. Bijgevolg, indien de vrijwilligersverzekering dekking verleent voor ziektes opgelopen als gevolg van het vrijwilligerswerk, gebeurt de vergoeding ingeval van Covid-19 volgens de contractuele voorwaarden van de verzekering.

Bovendien heeft de verzekeringssector – gratis – de dekkingen van de burgerlijke aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen in de burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeringen en arbeidsongevallenverzekeringen uitgebreid naar de vrijwilligers die in rusthuizen en ziekenhuizen werken tijdens de coronacrisis.

Wat niet is uitgesloten van het toepassingsgebied van de dekking, moet worden gedekt overeenkomstig de contractuele voorwaarden. De verzekeraar moet de contractuele voorwaarden naleven.

4) - 7) Gezien het voorafgaande, zijn deze vragen zonder voorwerp.