Schriftelijke vraag nr. 7-1752

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 16 september 2022

aan de vice-eersteminister en minister van Justitie en Noordzee

Frauduleuze erkenningen - Cijfers - Evaluatie

afstamming
verwantschap
illegale migratie
schijnhuwelijk
familiemigratie
fraude
officiële statistiek
gerechtelijke vervolging

Chronologie

Vraag nr. 7-1752 d.d. 16 september 2022 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Een aantal aspecten van Justitie behoren zowel tot de federale overheid als tot de deelstaten.

Op 13 juli 2017 nam de Kamer van volksvertegenwoordigers een wetsontwerp aan tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Gerechtelijk Wetboek, de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en het Consulair Wetboek met het oog op de strijd tegen de frauduleuze erkenning en houdende diverse bepalingen inzake het onderzoek naar het vaderschap, moederschap en meemoederschap, alsook inzake het schijnhuwelijk en de schijnwettelijke samenwoning (stuk Kamer, nr. 54 2529/006). Dit is de wet van 19 september 2017 geworden. Een omzendbrief van 21 maart 2018 vestigde bij een aantal instanties de aandacht op deze wet. De wet zelf trad in werking op 1 april 2018.

Kan u voor de jaren 2019-2021 op jaarbasis meedelen:

1) Hoeveel gevallen van frauduleus vaderschap aanhangig werden gemaakt bij het gerecht? Hoeveel veroordelingen zijn er uitgesproken?

2) Idem voor frauduleus moederschap of meemoederschap?

3) Idem voor schijnhuwelijken?

4) Idem voor schijnwettelijke samenwoning?

5) Hoe evalueert u de werking van het gerecht op deze vlakken?

Antwoord ontvangen op 20 oktober 2022 :

1) tot 4) Mijn diensten beschikken niet over de gevraagde cijfergegevens.

Wat het aantal aanhangig gemaakte zaken betreft, laten de berekeningswijzen van het College van de hoven en rechtbanken niet toe de dossiers te identificeren op het niveau van de gevraagde opdeling.

Ik kan u wel de cijfergegevens met betrekking tot het schijnhuwelijk en de schijn-wettelijke samenwoning meedelen die het Rijksregister mij bezorgde. Het Rijksregister beschikt echter niet over gegevens m.b.t. de frauduleuze erkenningen.

Wat betreft de cijfergegevens uit het Rijksregister moet nog worden opgemerkt dat deze slechts een momentopname zijn.

De gegevens die in het kader van het schijnhuwelijk en schijn-wettelijke samenwoning in het Rijksregister worden opgenomen, worden gewist respectievelijk na de voltrekking van het huwelijk tussen de betrokken partijen of na de melding van de verklaring van wettelijke samenwoning in het bevolkingsregister, alsook algemeen na vijf jaar (artikel 1 van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de bevolkingsregisters en in het vreemdelingenregister). Hierdoor kunnen de huidige cijfergegevens verschillen van de cijfergegevens uit het eerdere antwoord op de schriftelijke vraag nr. 7-1109 en is een onderlinge vergelijking niet mogelijk.

5) Noch de ambtenaren van de burgerlijke stand noch de parketten hebben mij tot op heden geïnformeerd over het feit dat het huidig wetgevend kader betreffende de schijnhuwelijken, schijn-wettelijke samenwoning en de frauduleuze erkenningen niet zou volstaan of bijsturing nodig zou hebben.