Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1526

van Tom Ongena (Open Vld) d.d. 25 maart 2022

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding

Oorlog in Oekraïne - Sancties tegen Rusland en Wit-Rusland - Geblokkeerde activa - Inbeslagnames - Cijfers en tendensen - Effecten voor de Belgische ondernemingen en investeringen - Mogelijke compensatieplannen - Overleg met de Gewesten

Oekraïne
oorlog
economische sanctie
Rusland
Belarus
steun aan ondernemingen

Chronologie

25/3/2022Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/4/2022)
12/5/2022Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1524
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1525
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1527
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1528

Vraag nr. 7-1526 d.d. 25 maart 2022 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op 23 februari 2022 kwam de Europese Raad een eerste pakket sancties overeen in reactie op de erkenning door Rusland van de niet onder regeringsgezag vallende gebieden van de oblasten Donetsk en Loehansk in Oekraïne als onafhankelijke entiteiten.

Nu de oorlog in Oekraïne voortduurt mag Rusland zich verwachten aan verdere verschillende sancties. Op het ogenblik zijn dit vooral sancties van economische aard. Deze hebben effect op de financiën, energie, vervoer, technologie en het visumbeleid van Rusland (cf. https://www.consilium.europa.eu/nl/policies/sanctions/restrictive-measures-ukraine-crisis/).

Daarnaast zijn er sancties getroffen die de heren Poetin, Lavrov en nog enkele figuren persoonlijk raken. Ook de zogenaamde oligarchen worden in verschillende Europese landen geviseerd, omdat zij beschouwd worden als fundamenten van het Poetin-regime. Het zijn deze mannen, op het snijvlak van politiek en economie, die Poetin het hardst nodig heeft om zijn machtsbasis en financiële positie (zijn vermogen wordt geschat op 200 miljard dollar) verder te versterken (cf. https://www.demorgen.be/nieuws/ze-kopen-de-duurste-huizen-grootste-jachten-en-ondersteunen-poetin-vier-vragen-over-russische-oligarchen~b484a49e/).

Het bevriezen van hun vermogen is dan ook een manier om het Poetin-regime te verzwakken. Het bevriezen van het SWIFT-systeem (Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication) voor Rusland is dan ook een krachtige manier om dit te doen.

Echter komt Rusland nu ook met economische tegenreacties. Voormalig president Medvedev riep Moskou op om beslag te leggen op de activa van buitenlandse personen en bedrijven in Rusland en om «de nationalisatie te overwegen van eigendom die toebehoort aan entiteiten die in onvriendelijke rechtsgebieden zijn geregistreerd», met inbegrip van de Verenigde Staten en de Europese Unie (cf. https://www.rferl.org/a/medvedev-end-diplomacy-russia/31725038.html).

Wat betreft het transversaal karakter van de schriftelijke vraag: economie en het bedrijfsleven is een gewestelijke bevoegdheid. Het buitenlands beleid en de vertegenwoordiging bij de Europese Raad en de andere internationale instellingen is een federale bevoegdheid waarbij nauw overlegd wordt met de Gewesten wat hun bevoegdheden betreft. Het betreft dus een transversale aangelegenheid met de Gewesten.

Graag had ik dan ook volgende vragen voorgelegd aan de geachte minister:

1) Hoeveel activa zijn er intussen in België bevroren door de sancties? Kan u het totaalbedrag meedelen alsook de aard, de sector en de hoeveelheid duiden? Hoeveel hiervan is afkomstig uit Russische overheidstegoeden en hoeveel uit bedrijven? Hoeveel uit Wit-Russische tegoeden en kan u hiervan eveneens het totaalbedrag alsook de soorten activa oplijsten?

2) Wat wordt er op termijn gedaan met deze bevroren activa? Blijven deze bevroren? Gelieve dit te duiden en de stappen aan te geven hieromtrent. Wat wordt er gedaan met de materiële geconfisqueerde bezittingen?

3) Is er reeds overleg tussen het federale en de gewestelijke niveaus over de effecten die onze bedrijven voelen van de sancties die zowel door Rusland aan ons worden opgelegd als omgekeerd? Indien ja, welke soort bedrijven zijn dit? Hoeveel is het geraamde verlies tot nu toe?

4) Wat zijn de effecten van de oorlog in Oekraïne voor onze investeringen daar? In hoeverre lijden bepaalde soorten opstellingen zoals joint-ventures en samenwerkingsverbanden onder deze oorlog? Gelieve waar mogelijk een kostenraming te geven, en een verdere prognose. Welke industrieën zijn het meest kwetsbaar en het meest getroffen?

5) In hoeverre zijn Belgische tegoeden, bedrijven en investeringen die zich in Rusland bevinden nog veilig, nu Dmitri Medvedev aan het zinnespelen is op een inbeslagname van buitenlandse activa? Hoe kunnen onze Gewesten en ons land hierop reageren? Over welke bedrijven gaat dit? Zijn dit bedrijven die militair of economisch gevoelige data bevatten? Zo ja, hoe kan hiertegen het best worden opgetreden?

6) Hoe veilig zijn de Belgische tegoeden, bedrijven en investeringen in Wit-Rusland op dit ogenblik? Zijn er reeds gevallen bekend van bedrijven, goederen of andere zaken die verbeurd verklaard werden door de Wit-Russische overheid? Zo ja, hoeveel, waarover ging het en wat zijn de kosten? Zijn er in dit geval compensatieplannen? Kan u dit toelichten?

7) Hebben de federale regering en de Gewesten reeds gesproken over bepaalde ondersteunings- of compensatiemaatregelen in al of niet Europese Unie (EU) verband voor de Belgische bedrijven die getroffen zijn door de oorlog in Oekraïne en dan in het bijzonder de gevolgen van eventuele sancties? Indien ja, kan u dit gedetailleerd toelichten wat het tijdschema en de inhoud betreft? Welke stappen dienen al of niet nog te worden genomen? Gelden deze maatregelen ook voor bedrijven of Belgische belangen die zaken doen met Wit-Rusland of andere landen die Rusland steunen ingeval er sancties zouden volgen?

Antwoord ontvangen op 12 mei 2022 :

1) Het totale bedrag van de financiële sancties betreffende de situatie in Oekraïne bedraagt thans ongeveer 200 miljard euro. Dit bedrag is samengesteld als volgt:

– 2,7 miljard euro aan tegoeden die werden bevroren;

– 196,4 miljard euro aan transacties die werden tegengehouden [1].

Het totale bedrag van de financiële sancties ten aanzien van Wit-Rusland bedraagt thans ongeveer 5,3 miljoen euro.

Ik heb ervoor gekozen om dit indicatieve cijfer van 200 miljard euro te communiceren aan de bevolking en het Parlement omdat zij recht hebben op informatie. Het Europees recht, en meer bepaald artikel 8 van verordening (EU) nr. 269/2014, bepaalt echter dat de verstrekte en ontvangen informatie in verband met bevroren tegoeden uitsluitend worden gebruikt voor de doeleinden waarvoor de informatie is verstrekt of ontvangen, met name de correcte uitvoering van de beperkende maatregelen op basis van de verordening. Dientengevolge kan ik geen verdere details verstrekken over de specifieke samenstelling van dit cijfer.

Het spreekt voor zich dat zowel het totaalbedrag als de verhouding tussen de bevroren en geblokkeerde tegoeden fluctueren naarmate er nieuwe Europese sanctiepakketten bijkomen.

2) Tegoeden en economische middelen van gesanctioneerde personen en entiteiten worden effectief bevroren, dit wil zeggen dat deze zolang de financiële sancties van kracht zijn niet kunnen worden aangewend om de oorlog of het Russische regime te financieren.

Transacties die geweigerd of geblokkeerd werden komen in de praktijk op een wachtrekening te staan bij de financiële instellingen. Hoewel het hier juridisch niet om een bevriezing gaat, zijn de gevolgen in de praktijk hetzelfde aangezien de geblokkeerde tegoeden niet langer kunnen worden aangewend door de betrokken persoon of entiteit.

Zeer belangrijk is op te merken dat beide maatregelen, de bevriezing en de blokkering van transacties, in beginsel geen gevolgen hebben voor het eigendomsrecht van de gesanctioneerde personen en entiteiten. Het zijn administratieve maatregelen met een bewarend karakter. Er bestaat momenteel geen Belgische of Europese rechtsgrond om deze tegoeden ook te confisqueren en het eigendomsrecht over te nemen. Dit kan in beginsel enkel op basis van een rechterlijke beslissing.

Voor het antwoord op de overige vragen verwijs ik naar mijn collega bevoegd voor Economie en Werk die beter geïnformeerd en geplaatst is om U hierover verdere toelichting te geven.

[1] Persbericht van de minister van Financiën van 4 april 2022.