Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-4851

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 23 december 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken

Federale Politie - Indignados - Politiegeweld - Mensenrechten - Imagoschade

recht tot betogen
politie

Chronologie

23/12/2011Verzending vraag
25/7/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3539

Vraag nr. 5-4851 d.d. 23 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De beelden van een politieagent die in Brussel een Griekse jonge vrouw, amper negentien jaar, op brutale wijze schopte en sloeg, gingen via You-tube heel de wereld rond. De politieleiding greep gelukkig snel en doortastend in en schorste de agent meteen, in afwachting van de behandeling van zijn zaak door de correctionele rechtbank.

Desondanks zorgde dit feit voor een zware imagoschade voor de Belgische politie en bij uitbreiding voor de kwaliteit van onze rechtsstaat.

Hierover de volgende vragen:

1) Hoe groot schat de geachte minister de imagoschade van de Belgische politie en bij uitbreiding de Belgische rechtsstaat in?

2) Op welke wijze hebben de politie en de Belgische staat zich verontschuldigd voor dit totaal onaanvaardbaar politiegeweld, zowel bij het slachtoffer als bij de "indignados" als bij de internationale gemeenschap? Hebben de geachte minister, haar medewerkers en de federale politie hieromtrent een specifieke strategie ontwikkeld of liet men alles gewoon blauw blauw?

3) Dit is al de zoveelste vraag die ik het afgelopen jaar stel met betrekking tot politieagenten die duidelijke tekenen vertonen van misprijzen voor de fundamentele democratische mensenrechten. Hoe werd deze ontsporing geëvalueerd binnen de politie? Waar liggen er mogelijke verklaringen? Gaat het hier om een exponent van een amper verscholen gewelddadigheid of om een louter eenmalig, uitzonderlijk geval?

Antwoord ontvangen op 25 juli 2012 :

Van het incident werd een verslag opgesteld door de supervisor van de politiemensen die ter plaatse waren.

De betrokken politieman werd bij ordemaatregel geschorst, in afwachting van de gerechtelijke procedure.

Tegelijk werd een disciplinair onderzoek geopend door de korpschef van de politiezone Brussel-Noord. Dit onderzoek wordt gevoerd door de Dienst Intern Toezicht van de politiezone.

Dergelijke individuele ontsporing van een politieman is totaal onaanvaardbaar en de lokale overheid, die in deze exclusief bevoegd is voor de orde- en tuchtmaatregelen, heeft op een efficiënte wijze gereageerd.

De politie heeft onmiddellijk na het incident contact genomen met de “indignado’s”, om zich te excuseren en overleg te plegen, en op die manier negatieve reacties te vermijden.