Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2979

van Bart Laeremans (Vlaams Belang) d.d. 19 augustus 2011

aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid

Onderwijs - Taalregeling - Toepassing

onderwijs
Hoofdstedelijk Gewest Brussels
taalgebruik

Chronologie

19/8/2011Verzending vraag
28/11/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2979 d.d. 19 augustus 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Artikel 17, vierde lid, van de wet houdende taalregeling in het onderwijs bepaalt het volgende:

"Voor de leerlingen die zich laten inschrijven in een school van het arrondissement Brussel-Hoofdstad en wier ouders buiten dit arrondissement verblijven, zal de onderwijstaal de taal van de streek van de verblijfplaats van de ouders zijn, behoudens andersluidende door de taalinspectie goedgekeurde verklaring van het gezinshoofd".

Kan de geachte minister mij voor de jaren 2005-2010, en dit op jaarbasis, het volgende meedelen:

1. Per onderwijsniveau, hoeveel kinderen er uit elke gemeente van Vlaams- en Waals-Brabant in het Brusselse naar school gingen;

2. Volgens dezelfde criteria, voor hoeveel van hen een andersluidende verklaring van het gezinshoofd werd ingediend omtrent een ander taalgebruik dan dat van de streek;

3. Volgens dezelfde criteria, hoeveel van deze verklaringen door de taalinspectie werden goedgekeurd;

4. Volgens dezelfde criteria en desgevallend, in hoeveel gevallen de taalinspecteurs het, overeenkomstig artikel 18 van de wet, niet eens waren over de te nemen beslissing en de zaak aan een jury werd voorgelegd.

Antwoord ontvangen op 28 november 2011 :

1. Het totaal aantal (nieuwe) leerlingen uit elke gemeente van Vlaams- en Waals-Brabant dat in de periode 2005-2010 in het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest naar school ging, is bekend bij de ministeries van Onderwijs van de respectieve Gemeenschappen.

2. In het Franstalig onderwijs van het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest werden jaarlijks duizenden cursisten, leerlingen of studenten ingeschreven op basis van een taalverklaring, voornamelijk in het hoger onderwijs en het onderwijs voor sociale promotie / het volwassenenonderwijs waar een grote concentratie van buitenlandse studenten te vinden is van wie de moedertaal of gebruikelijke taal het Frans is.

In het Franstalig onderwijs in de faciliteitengemeenten behorend tot het Nederlandse taalgebied (de zes randgemeenten van Brussel en Ronse) ging het om 5 783 nieuwe inschrijvingen op basis van een taalverklaring tijdens de periode 2001-2010.

In het Nederlandstalig onderwijs van het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest ging het om 963 gevallen tijdens diezelfde periode.

3. In totaal werden 102 verklaringen van het gezinshoofd geweigerd. In 88 gevallen verliet de betrokken leerling de school zonder dat het gezinshoofd een beroep aantekende tegen de beslissing van de taalinspectie. De betrokken leerlingen bleken hoofdzakelijk afkomstig te zijn uit Vlaams- of Waals-Brabant, Brussels-Hoofdstedelijk Gewest of een van de bovenvernoemde faciliteitengemeenten.

4. Sinds het jaar 2000 werden veertien gevallen voorgelegd aan de Jury. In vijf zaken volgde de Jury de beslissing van de taalinspectie en moest de betrokken leerling effectief de school verlaten. In één zaak kon de Jury geen uitspraak ten gronde doen wegens gebrek aan Franstalige assessoren. In de andere gevallen oordeelde de Jury dat het beroep van het gezinshoofd gegrond was en mocht de leerling de lessen blijven volgen.