Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2236

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 5 mei 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid

Chemiesector - Loonkosten - Vergelijking met de buurlanden

chemische industrie
loonkosten
vergelijkend onderzoek
concurrentievermogen

Chronologie

5/5/2011Verzending vraag
26/7/2011Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2237

Vraag nr. 5-2236 d.d. 5 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent betichtte Essenscia, de koepelorganisatie van de chemiesector, ons land van een gebrek aan visie op energie en drukte de vrees uit dat een combinatie van hoge energie- en loonkosten, tot het verdwijnen van een sector zou kunnen leiden.

In deze argumentatie stelt Essenscia dat de lonen van werknemers in de Belgische chemiesector tot 27 % hoger liggen dan in de ons omringende landen. Zulke argumentatie duikt vaak op als werkgevers zich beklagen over hun toestand.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoe verhouden de lonen van werknemers in de Belgische chemiesector zich werkelijk tot deze van dezelfde sector in de buurlanden? Kan de geachte minister een exacte vergelijking geven en deze vergelijking duiden en evalueren?

2) Werden rechtstreekse signalen van chemiebedrijven ontvangen die de stelling van de koepelorganisatie Essenscia beamen of ontkennen?

Antwoord ontvangen op 26 juli 2011 :

  1. De laatste beschikbare gegevens van EUROSTAT in verband met de gemiddelde bruto maandlonen in de scheikundige sector (NACE R24) hebben betrekking op het jaar 2006. De gemiddelde brutolonen in de sector bedragen 3 679 euro in België tegenover 3 615 euro in Duitsland, 4 204 euro in Nederland en 3 141 euro in Frankrijk. Op basis van deze cijfers is het verschil qua lonen met onze buurlanden duidelijk lager dan het cijfer dat het geachte lid meegedeeld heeft. Er moet echter op worden gewezen dat het concept ”gemiddelde bruto maandlonen” niet alle kosten dekt die ten laste van de bedrijven vallen. Voor de analyse en de evaluatie van de loonsituatie in België in het algemeen, kan het geachte lid nuttige informatie vinden in het hoofdstuk betreffende de evaluatie van de loonvorming in België in vergelijking met de situatie in de drie bovenvermelde landen in het “Technisch verslag van het secretariaat van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven over de maximale beschikbare marges voor de loonkostenontwikkeling van 9 november 2010” zoals voorgeschreven door “de wet van 26 juli 1996 ter bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van ’s lands concurrentievermogen”.

  2. Voor zover ik weet is er in dat verband geen contact opgenomen met mijn kabinet of administratie.