Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-992

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 16 mei 2008

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken

Inbrakenplaag - Preventieve en repressieve maatregelen - Technologische middelen - Synthetisch DNA

diefstal
eigendomsdelict
gerechtelijk onderzoek
misdaadbestrijding
traceerbaarheid
Verenigd Koninkrijk
Nederland
gegevensbank
eerbiediging van het privé-leven
nieuwe technologie

Chronologie

16/5/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 19/6/2008)
24/6/2008Antwoord

Vraag nr. 4-992 d.d. 16 mei 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De inbrakenplaag die ons land teistert vraagt niet alleen om de inzet van meer politiemensen of doorgedreven onderzoek, maar op lange termijn ook nieuwe technologische middelen die zowel repressief als preventief werken.

Zo een nieuw middel zou het merken van waardevolle spullen met synthetisch DNA kunnen zijn. In enkele Nederlandse steden loopt op dit ogenblik een proefproject met het middel SelectaDNA. In het Verenigd Koninkrijk slaagde men er zelfs in om het aantal inbraken met 85% te doen dalen.

SelectaDNA voorziet eigendommen van een unieke, bijna niet te verwijderen en voor het blote oog vrijwel onzichtbare DNAcode en microdots met daarop een met een loep uitleesbare code. Doordat de spullen gemerkt zijn, worden ze riskant en onaantrekkelijk voor criminelen. Het synthetisch DNA licht op onder ultra violet licht waardoor de aanwezigheid eenvoudig en snel door de politie kan worden vastgesteld.

Een eigenaar brengt SelectaDNA aan op zijn waardevolle spullen en registreert on-line de unieke code in een beveiligde databank waarin zijn adresgegevens worden gekoppeld aan deze code. Alléén de politie heeft voor opsporingsdoeleinden toegang tot deze databank en kan aan de hand van de code op een aangetroffen voorwerp de eigenaar snel contacteren.

Om het gebruik van SelectaDNA kenbaar te maken ontvangt de eigenaar bij iedere kit een aantal opvallende waarschuwingsstickers die op deuren, ramen en voertuigen kunnen worden aangebracht. In gebieden waar SelectaDNA reeds werd toegepast wordt er door de politie bij aanhoudingen en opsporingen actief naar SelectaDNA gezocht. Criminelen worden zo snel bewust van de grotere pakkans. In de praktijk blijkt er een sterke preventieve werking van uit te gaan. Sinds de lancering in het Verenigd Koninkrijk zijn er aanzienlijke dalingen in diefstallen en inbraken gerapporteerd. In London Borough of Greenwich was er een daling van 85%.

Ook voor het onderzoek van de politie is het synthetisch DNA een goede zaak. De politie heeft bij aanhoudingen waarbij op een verdachte goederen voorzien van een SelectaDNA code worden aangetroffen een sterk wapen in handen om tot een sluitende bewijsvoering van diefstal te komen. De in SelectaDNA aanwezige microdots kunnen direct worden uitgelezen en door het raadplegen van de databank kan de eigenaar sneller en efficiënter worden getraceerd. Zelfs als de microdots zouden zijn verwijderd en de dief ontkent kan de bewijsvoering via een DNA analyse toch worden rondgemaakt. Het verwijderen van alle aangebrachte SelectaDNA waarvan voor een analyse maar een minuscule hoeveelheid nodig is (net als bij menselijk DNA) is vrijwel onmogelijk.

Daarom deze vragen:

1) Is de geachte minister op de hoogte van deze nieuwe techniek met synthetisch DNA?

2) Welke tactiek en welke wetenschappelijke technieken worden momenteel gebruikt om de inbrakenplagen in ons land een halt toe te roepen?

3) Overweegt hij om nieuwe technieken in te zetten in het bestrijden van de inbrakenplaag? Zo ja, welke zijn dat?

4) Overweegt hij om een proefproject op te zetten met synthetisch DNA?

- Zo neen, waarom niet?

- Zo ja, wanneer zal dit project worden opgestart en welke contacten zijn reeds gelegd?

5) Ziet hij mogelijke problemen met de privacywetgeving in dit dossier?

6) Zal hij hierover advies inwinnen bij de privacycommissie?

Antwoord ontvangen op 24 juni 2008 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Zoals terecht wordt aangehaald in de vraag van het geachte lid, bestaan reeds een aantal goede praktijken met het oog op de traceerbaarheid van goederen te bewerkstelligen.

Naast de klassieke preventiecampagnes die burgers aansporen tot het nemen van preventieve maatregelen om traceerbaarheid van goederen te stimuleren (bijhouden van inventaris met unieke serienummers, nemen van foto's, ...), hebben de diensten van mijn administratie reeds contacten gehad met verschillende firma's die deze systemen van markeren aanbieden. Nieuwe pistes om traceerbaarheid van goederen te bevorderen worden ook uitgewerkt.

Daarbij komt dat vele, vooral elektronische toestellen, vaak al een uniek serienummer hebben wat in deze ook z'n kracht heeft in de traceerbaarheid. Vandaar het nut van inventariseren en registreren van eigen waardevolle voorwerpen.

De voordelen van markeren, zoals met chemisch DNA, zijn gekend : preventie van diefstal door afschrikking wegens ontrading van heling van de gestolen goederen. Een bijkomend voordeel is tevens dat teruggevonden gestolen goederen makkelijk de weg terugvinden naar de rechtmatige eigenaar.

Het nadeel is vaak het prijskaartje die dergelijke toepassingen met zich meebrengen. Momenteel is het meestal de consument, de gewone burger, die dient te betalen voor deze toepassing (vaak gekoppeld aan een databank die beheerd dient te worden).

Ook het gebrek aan uniformiteit van dergelijke systemen op dit moment is een minpunt. Idealiter passen de producenten en de fabrikanten deze systemen toe bij de fabricage van hun producten. Door de versnippering en beperkte toepassing van dergelijke verschillende systemen zoals deze nu bestaan, gaat een deel van hun kracht verloren.

De projecten in Nederland bevinden zich inderdaad in een proefperiode. Op dit ogenblik is het nog niet opportuun een proefproject in België op te zetten. Wij zullen eerst de resultaten van de Nederlandse proefprojecten afwachten voor we een beslissing nemen.

De wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens bevat de regelgeving inzake het verzamelen en het beheer van persoonsgegevens.

De wet op het politieambt voorziet expliciet dat deze wetgeving gerespecteerd moet worden bij de verzameling, de behandeling en de verzending van persoonlijke informatie en gegevens door de politiediensten.

Artikel 3, § 5, van deze wet van 8 december 1992 voorziet uitzonderingen ten opzichte van bepaalde verplichtingen (in het bijzonder voor de informatieverplichting) voor de verwerking van persoonsgegevens door politiediensten in het kader van opdrachten van gerechtelijke en bestuurlijke politie.

In alle gevallen moeten de principes van het privéleven gerespecteerd worden zolang er geen afwijking is voorzien. Buiten de uitzonderingen die voorzien zijn door de wet van 8 december 1992, moeten de andere bepalingen van de wet nageleefd worden.

Als er regelgeving komt, die het gebruik van synthetisch DNA regelt, kan er inderdaad een advies gevraagd worden aan de privacycommissie.