Informatie- en analysecentrum mensensmokkel en mensenhandel - Werking - Overzicht
mensenhandel
Roemenië
Bulgarije
minderjarigheid
armoede
bedelarij
verzamelen van gegevens
informatieanalyse
jongere
12/1/2009 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009) |
16/3/2009 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-1890
In de voorbije dagen en weken werd in de media gewezen op de erbarmelijke omstandigheden waarin minderjarigen in Lidstaten van de Europese Unie (EU) als Bulgarije en Roemenië soms leven. Schrijnende situaties blijven helaas niet beperkt tot hun thuisland, ook in België treffen we minderjarigen aan in de bedelarij en ook als slachtoffer van mensenhandel.
Hiertoe werd bij koninklijk besluit van 16 mei 2004 betreffende de bestrijding van de mensensmokkel en mensenhandel het Informatie- en analysecentrum mensensmokkel en mensenhandel (IAMM) opgericht. Dit Centrum staat onder de voogdij van de minister van Justitie en de minister van Binnenlandse Zaken.
Doel van het IAMM is tweeledig. Naast het verzamelen, centraliseren en uitwisselen van gegevens kunnen ook strategische analyses uitgevoerd worden om zo noodzakelijke politieke, strategische en/of operationele acties mogelijk te maken. Het IAMM zal zich dus niet beperken tot een loutere informatie-uitwisseling. In de strijd tegen mensenhandel en mensensmokkel is het belangrijk dat de verschillende betrokken actoren over voldoende informatie kunnen beschikken en hun verworven kennis en informatie ter beschikking kunnen stellen van andere diensten. Hiertoe is het noodzakelijk dat aan alle technische randvoorwaarden wordt voldaan voor het functioneren van dit Informatie- en analysecentrum.
De Interdepartementale Coördinatiecel ter bestrijding van mensenhandel en mensensmokkel werd aangesteld als het terugkoppelings- en controleorgaan aangaande de werking van het IAMM en neemt een belangrijke plaats in in de werking en het welslagen van het IAMM.
De oprichting van het IAMM dateert van mei 2004. We zijn nu bijna vier jaar verder. Graag had ik het volgende van de geachte minister vernomen :
1. Functioneert het IAMM op dit moment optimaal ? Wat is de stand van zaken ? Werd aan alle technische randvoorwaarden voldaan ?
2. Neemt de Interdepartementale Coördinatiecel haar taak als terugkoppelings- en controleorgaan voldoende ter harte ? Welke initiatieven werden hiervoor al genomen ?
3. Welke actoren of diensten geven informatie door aan het IAMM ?
4. Welke actoren of diensten maken daadwerkelijk gebruik van het IAMM om strategische analyses te maken ?
5. Kan de geachte minister mij een overzicht bezorgen van de analyses die reeds opgemaakt werden ?
6. Kan hij mij een overzicht bezorgen van de informatie die betrekking heeft op minderjarigen ? Hoeveel minderjarige slachtoffers van mensenhandel werden geregistreerd en wat is hun administratieve status, hun land van herkomst, hun reisroute, het type en de aard van de uitbuiting, … ?
Op de eerste twee vragen kan het volgende antwoord worden gegeven:
Het koninklijk besluit van 16 mei 2004 voorziet in een geïntegreerde, multidisciplinaire en integrale aanpak zowel nationaal als internationaal, inzake de bestrijding van mensensmokkel en mensenhandel en richtte daartoe het Informatie- en analysecentrum mensensmokkel en mensenhandel (IAMM) op. De doelstelling van het IAMM was om informatie over de verschillende diensten en departementen in te zamelen op basis waarvan relevante strategische analyses konden uitgevoerd worden, die op hun beurt zouden teruggekoppeld worden naar de verschillende partners.
De doelstelling van de strategische analyses is:
een synthetische en beschrijvend beeld aanreiken op grond waarvan elke partner, volgens zijn eigen finaliteiten de nodig beleidsmatige, strategische en/of operationele acties kan ondernemen en de complementariteit bevorderen ;
een geïntegreerde en integrale aanpak van de verschillende diensten, departementen of instellingen illustreren. De analyse kan de prioriteitstelling van de regering en de verschillende betrokken partners bevestigen of ontkrachten, wat aanleiding kan geven tot bijsturing op verschillende niveaus
departement - of dienstoverschrijdend werken met doorgaans twee componenten – de kwantitatieve en de kwalitatieve – en vertrekken vanuit vraagstellingen of hypotheses. Het gaat om vragen of hypotheses die de opdrachtgever (Interdepartementale Cel) wil beantwoord zien.
Op 27 januari 2005 heeft de Interdepartementale Coördinatiecel ter bestrijding van mensensmokkel en mensenhandel, als opdrachtgever van het IAMM, een eerste mandaat voor het verrichten van een gemeenschappelijke strategische analyse gegeven. Deze analyse had als titel: “ Beeldvorming van economische uitbuiting in het kader van mensenhandel, binnen de sectoren vermeld in het samenwerkingsprotocol van 1 juni 2001 inzake de bestrijding van de mensenhandel afgesloten tussen de Sociale Inspectie van het ministerie van Sociale Zaken en de Inspectie van de Sociale Wetten van het ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, met uitzondering van de prostitutiesector, en dit in België voor de periode 2002-2004 “.
De strategische analisten verbonden aan het IAMM hebben op verschillende manieren getracht om – ondanks de beperkingen opgelegd door het koninklijk besluit van 16 mei 2004 – een strategische analyse uit te voeren. Op basis van deze oefening kwamen de strategische analisten tot de vaststelling dat dit binnen het kader van het huidige koninklijk besluit onmogelijk is, rekening houdend met het feit dat de gevraagde gegevensuitwisseling momenteel steunt op onbekende gegevens. Of dat een gemeenschappelijke analyse een gezamenlijke definiëring van een zelfde populatie veronderstelt. Een juiste gegevensvergaring vormt dus een essentiële voorwaarde voor een betrouwbare analyse.
Om een relevante gemeenschappelijke analyse te kunnen uitvoeren moet het IAMM beschikken over de eigen gegevens van de verschillende partners, die aan de gevraagde analyse beantwoorden. De meerwaarde van een dergelijke analyse is het kunnen tegemoet komen aan de nood aan een globaal beeld van fenomenen. Deze gegevens moeten over dezelfde gebeurtenissen, dossiers en personen gaan.
Bovendien werd een goed functioneren van het IAMM belemmerd door het feit dat er niet voorzien werd in de nodige personele en materiële middelen.
Het nationaal actieplan mensenhandel en mensensmokkel, goedgekeurd op 11 juli 2008 op de ministerraad, heeft twee maatregelen goedgekeurd :
het aanpassen van het bestaande koninklijk besluit van 16 mei 2004 ;
de nodige budgettaire middelen vrijmaken ten einde het IAMM optimaal te kunnen laten functioneren.
Mijn diensten zijn bezig met het voorbereiden van een koninklijk besluit dat het IAMM toelaat om persoonsgegevens te verwerken.
3. Gelet op het probleem dat het IAMM niet in de mogelijkheid is om op een goede manier te functioneren werd er nog geen informatie uitgewisseld door de verschillende diensten.
Op vraag 4 en 5 kan het volgende worden geantwoord: Het IAMM is op dit ogenblik niet in staat om strategische analyses uit te voeren, zodat er ook geen overzicht of andere informatie beschikbaar is van analyses die al gemaakt zouden zijn.