Palliatieve zorg - Uitgaven
palliatieve zorg
officiële statistiek
geografische spreiding
kosten voor gezondheidszorg
12/1/2009 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009) |
3/6/2009 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-1410
Uit een artikel op de webstek http://www.medisurf.be blijkt dat de uitgaven voor palliatieve zorg in België in 2007 stegen tot 76,8 miljoen euro. De cijfers vertonen sinds 2003 een constante stijging. Ik had echter graag een zicht gekregen op de regionale uitgaven om de situatie beter te kunnen inschatten en passende conclusies te trekken.
Daarom had ik graag een antwoord gekregen op volgende vragen. Graag hadden wij van de minister brute cijfers gekregen, dat wil zeggen niet-gestandaardiseerde. Dit is van belang om de evolutie in de tijd te kunnen volgen. Wanneer het RIZIV zou gaan standardiseren kunnen wij niet meer vergelijken met voorgaande jaren. Bij standardisatie moet men trouwens ook opletten welke factoren er in rekening gebracht kunnen worden.
1. Hoeveel bedroegen de uitgaven voor palliatieve zorg in Vlaanderen voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007 in totaal? Kan de geachte minister deze cijfers nog eens opsplitsen naar palliatieve zorg in een thuissetting enerzijds en palliatieve zorg in een instelling anderzijds?
2. Hoeveel bedroegen de uitgaven voor palliatieve zorg in Wallonië voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007 in totaal? Kan zij deze cijfers nog eens opsplitsen naar palliatieve zorg in een thuissetting enerzijds en palliatieve zorg in een instelling anderzijds?
3. Hoeveel bedroegen de uitgaven voor palliatieve zorg in Brussel voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007 in totaal? Kan zij deze cijfers nog eens opsplitsen naar palliatieve zorg in een thuissetting enerzijds en palliatieve zorg in een instelling anderzijds?
4. Hoe is het budget in Vlaanderen in bovenstaande jaren verdeeld over de posten ‘verpleegkundige zorg’, ‘multidisciplinaire equipes’ en ‘palliatieve forfaits’?
5. Hoe is het budget in Wallonië in bovenstaande jaren verdeeld over de posten ‘verpleegkundige zorg’, ‘multidisciplinaire equipes’ en ‘palliatieve forfaits’?
6. Hoe is het budget in Brussel in bovenstaande jaren verdeeld over de posten ‘verpleegkundige zorg’, ‘multidisciplinaire equipes’ en ‘palliatieve forfaits’?
De gegevens betreffende de thuisverzorging bevatten deze met betrekking tot de bezoeken van een algemeen geneeskundige bij palliatieve patiënten, de verstrekkingen kinesitherapie, de verstrekkingen thuiszorg door verpleegkundigen, de palliatieve forfaits en de forfaits van multidisciplinaire equipes. Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) beschikt over volgende gegevens:
Vlaanderen |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Verpleegkundige verzorging |
0,00 |
26 499 206,26 |
28 735 456,45 |
33 299 928,50 |
Palliatieve forfaits |
5 035 479,22 |
4 652 658,75 |
5 650 345,71 |
6 261 834,06 |
Multidisciplinaires equipes |
4 782 055,83 |
4 797 081,41 |
4 912 033,11 |
5 901 876,22 |
kine |
|
0,00 |
164 199,50 |
1 560 042,12 |
geneesheren |
|
2 473 674,60 |
2 959 420,45 |
3 399 775,54 |
Totaal |
9 817 535,05 |
38 422 621,02 |
42 421 455,22 |
50 423 456,44 |
Wallonië |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Verpleegkundige verzorging |
0 00 |
10 852 535,75 |
12 919 034,19 |
14 676 747,70 |
Palliatieve forfaits |
2 685 819,99 |
1 423 447,39 |
2 259 731,18 |
2 427 101,22 |
Multidisciplinaires equipes |
2 369 024,71 |
2 784 696,95 |
2 77 156,01 |
3 441 194,95 |
kine |
|
0,00 |
188 125,00 |
1 219 203,54 |
geneesheren |
|
886 656,53 |
1 082 471,55 |
1 236 559,39 |
Totaal |
5 054 844,70 |
15 947 336,62 |
19 226 517,93 |
23 000 806,80 |
Brussel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Verpleegkundige verzorging |
0,00 |
1 274 228,58 |
1 871 577,99 |
1 983 251,78 |
Palliatieve forfaits |
298 251,63 |
321 454,35 |
381 394,71 |
348 524,19 |
Multidisciplinaires equipes |
686 193,97 |
680 480,39 |
644 800,06 |
696 939,37 |
kine |
|
0,00 |
14 904,00 |
129 220,69 |
geneesheren |
|
75 338,48 |
98 897,20 |
102 514,85 |
Totaal |
984 445,60 |
2 351 501,80 |
3 011 573,96 |
3 260 450,88 |
Bij de analyse van de hogervermelde gegevens dient rekening gehouden te worden met niet-verdeelde uitgaven:
|
Uitgaven |
|||
Niet verdeeld |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Verpleegkundige verzorging |
0,00 |
20 053,19 |
20 692,11 |
17 099,62 |
Palliatieve forfaits |
871 552,17 |
1 792 410,12 |
174 503,79 |
5 317,29 |
Multidisciplinaires equipes |
12 422,98 |
17 337,03 |
21 337,03 |
22 705,95 |
kine |
|
0,00 |
0,00 |
1 013,40 |
geneesheren |
|
2 950,92 |
1 613,97 |
3 108,75 |
Totaal |
883 975,15 |
1 830 221,07 |
216 532 93 |
45 122,86 |
Wat betreft de uitgaven voor palliatieve zorgen kent de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid budgetten toe ofwel binnen het kader van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen ofwel in het kader van de financiering van de palliatieve overlegplatformen.
Vlaanderen |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Diensten en ziekenhuizen |
23 910 728,59 |
23 957 406,52 |
25 194 480,01 |
25 655 035,72 |
Mobiele equipes |
6 221 355,19 |
6 245 949,61 |
6 333 903,62 |
7 590 632,60 |
Totaal ziekenhuizen |
30 132 083,78 |
30 203 356,13 |
31 528 383,63 |
33 245 668,32 |
Platformen palliatieve zorg |
1 089 343,14 |
1 110 582,53 |
1 088 378,51 |
1 025 256,55 |
Wallonië |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Diensten en ziekenhuizen |
13 906 257,56 |
13 936 628,94 |
14 418 251,61 |
14 721 387,76 |
Mobiele equipes |
3 602 312,66 |
3 647 709,97 |
3 728 627,03 |
4 575 617,05 |
Totaal ziekenhuizen |
17 508 570,22 |
17 584 338,91 |
18 146 878,64 |
19 297 004,81 |
Mobiele equipes |
656 567,35 |
672 589,15 |
688 252,63 |
707 162,40 |
Brussel |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
Diensten en ziekenhuizen |
6 321 452,95 |
6 183 390,17 |
6 039 058,15 |
6 250 053,63 |
Mobiele equipes |
1 131 898,62 |
1 188 665,93 |
1 261 296,52 |
1 485 816,87 |
Totaal ziekenhuizen |
7 453 351,57 |
7 372 056,10 |
7 300 354,67 |
7 735 870,50 |
Mobiele equipes |
189 396,51 |
192 340,73 |
198 310,16 |
200 742,91 |
Wat betreft de andere uitgaven voor palliatieve zorgen binnen instellingen, bijvoorbeeld In rustoorden voor bejaarden, in rust- en verzorgingstehuizen en in dagcentra beschikt het RIZIV niet over detailgegevens.
Regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen per rechthebbende.
De regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen per rechthebbende die hier meegedeeld worden zijn niet-gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen. Deze worden bekomen door de eenvoudige deling van de uitgaven voor een bepaalde regio door het aantal verzekerden van een bepaalde regio.
Deze niet-gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen houden dus geen rekening met de mogelijke specifieke kenmerken van een bepaalde regio met betrekking tot:
de leeftijdstructuur en geslacht ;
de aanwezigheid van verzekerden met de voorkeurregeling ;
de aanwezigheid van actieven, invaliden, weduwen en wezen,… (hetgeen men aanduidt met “de sociale stand”)
Deze specifieke kenmerken voor een bepaalde regio zullen een bron vormen van verschillen met de uitgaven, gevallen en kostprijzen van andere regio’s, maar deze verschillen zijn te objectiveren ten aanzien van de specifieke kenmerken van die bepaalde regio’s.
Vandaar dat het beter is om te werken met gestandaardiseerde regionale uitgaven, gevallen en kostprijzen. Er wordt dan een standaardisering doorgevoerd op basis van leeftijd, geslacht, sociale stand en voorkeurregeling. Bij de vergelijking van gestandaardiseerde uitgaven, gevallen en regionale kostprijzen houdt men dus wel rekening met specifieke kenmerken van een bepaalde regio, en op die manier wordt de vergelijking met andere regio’s homogener en correcter. De specifieke kenmerken van een bepaalde regio (op het gebied van leeftijd, geslacht, …) zullen dan niet meer aan de oorzaak liggen van verschillen met andere regio’s, en de interregionale vergelijking zal relevanter zijn.
Het RIZIV werkt momenteel aan een standaardisering van de uitgavengegevens voor het jaar 2006 op basis van leeftijd, geslacht en sociaal statuut (inclusief voorkeurregeling) en zal hierover een rapport voorleggen aan de Algemene raad in de loop van het eerste semester 2009. Het RIZIV zal vervolgens jaarlijks rapporteren.