Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-1411

van Louis Ide (CD&V N-VA) d.d. 4 september 2008

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Generische geneesmiddelen - Voorschrijfgedrag

generiek geneesmiddel
geografische spreiding
gezondheidsstatistiek
antibioticum
ziekteverzekering

Chronologie

4/9/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 9/10/2008)
6/11/2008Antwoord

Vraag nr. 4-1411 d.d. 4 september 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Sinds enkele jaren wordt het gebruik van generische geneesmiddelen of breder “goedkope geneesmiddelen” fel gepromoot. Niet in het minst omdat dit een budgettaire impact heeft op het budget Volksgezondheid. Sinds kort krijgen alle artsen en tandartsen daarover ook feedback.

Ik kreeg reeds enkele cijfers hieromtrent bij het antwoord op schriftelijke vraag nr. 4-565. Graag had ik echter nu gevraagd naar recenter cijfermateriaal.

Graag had ik van de geachte minister brute cijfers gekregen, dat wil zeggen niet-gestandaardiseerde. Dit is van belang om de evolutie in de tijd te kunnen volgen. Wanneer het RIZIV zou gaan standaardiseren kan ik niet meer vergelijken met voorgaande jaren. Bij standardisatie moet men trouwens ook opletten welke factoren in rekening gebracht kunnen worden.

1. Kan de geachte minister het aandeel « goedkope geneesmiddelen » dat werd voorgeschreven door huisartsen, tandartsen en artsen in het algemeen voor 2007 en het eerste semester van 2008 bezorgen voor heel België?

2. Kan zij het aandeel “goedkope geneesmiddelen” voor de sectie antibiotica, dat werd voorgeschreven door huisartsen, tandartsen en artsen in het algemeen voor 2007 en het eerste semester van 2008 bezorgen voor heel België?

3. Kan zij het aandeel “goedkope geneesmiddelen” dat werd voorgeschreven door huisartsen, tandartsen en artsen in het algemeen voor 2007 en het eerste semester van 2008 bezorgen voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel?

4. Kan zij het aandeel “goedkope geneesmiddelen” voor de sectie antibiotica, dat werd voorgeschreven door huisartsen, tandartsen en artsen in het algemeen voor 2007 en het eerste semester van 2008 bezorgen voor Vlaanderen, Wallonië en Brussel?

Antwoord ontvangen op 6 november 2008 :

Gelet op de korte termijn om op deze vraag te antwoorden was het niet mogelijk voor de diensten van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering om een volledig antwoord te geven. Daarom kan ik niet de volledige gegevens voor het jaar 2007, maar wel die van het tweede semester meedelen. De gegevens voor 2008 zijn nog niet beschikbaar

De vermelde percentages zijn berekend op basis van de « defined daily dose » (DDD), wat een internationaal gebruikte maat is om het verbruik te meten. Er valt op te merken dat de afleveringen van dure geneesmiddelen die onder een algemene benaming voorgeschreven werden, niet geboekt werden als “goedkoop” voorschrift (zij zijn dat wel in het kader van de te verwezenlijken individuele minimumdrempels die in 2005 vastgesteld werden)

De regionalisering van de gegevens werd bepaald op basis van het adres van de voorschrijver

Tabel 1 beantwoordt de vragen 1 en 3 en slaat dus enkel op het geheel van farmaceutische specialiteiten die afgeleverd werden in open officina’s.

Tabel 1: farmaceutische specialiteiten in open officina’s – 2de semester 2007


Huisartsen

Specialisten

Tandartsen

Totaall

Brussel

43,9%

32,7%

60,7%

40,6%

Vlaanderen

43,4%

33,0%

66,2%

42,0%

Wallonië

42,1%

33,3%

61,4%

40,9%

België

43,0%

33,0%

63,8%

41,5%



Tabel 2 beantwoordt de vragen 2 en 4 en slaat dus op de antibiotica die afgeleverd werden in open officina’s.

Tabel 2: antibiotica in open officina’s – 2de semester 2007


Huisartsen

Specialisten

Tandartsen

Totaal

Brussel

71,4%

54,8%

88,7%

69,1%

Vlaanderen

65,8%

50,0%

85,8%

64,7%

Wallonië

68,4%

51,5%

86,6%

67,3%

België

67,1%

51,2%

86,5%

66,0%