SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2014-2015 Zitting 2014-2015
________________
2 juin 2015 2 juni 2015
________________
Question écrite n° 6-659 Schriftelijke vraag nr. 6-659

de Cécile Thibaut (Ecolo-Groen)

van Cécile Thibaut (Ecolo-Groen)

au vice-premier ministre et ministre de la Coopération au développement, de l'Agenda numérique, des Télécommunications et de la Poste

aan de vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post
________________
Boîtes postales - Suppression - Critères - Service postal universel - Maintien Postbussen - Afschaffing - Criteria - Universele postdienst - Behoud 
________________
service postal
service universel
postdienst
universele dienst
________ ________
2/6/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 2/7/2015)
25/6/2015Antwoord
2/6/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 2/7/2015)
25/6/2015Antwoord
________ ________
Question n° 6-659 du 2 juin 2015 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-659 d.d. 2 juni 2015 : (Vraag gesteld in het Frans)

Suite à une question adressée à votre prédécesseur, Monsieur Labille (question écrite n° 5-9348 du 14 juin 2013), j'ai appris qu'entre 2007 et 2012, plus de sept cents boîtes postales ont été supprimées en Belgique par bpost. Cette diminution significative du nombre de boîtes postales m'interpelle vis-à-vis du maintien des prestations d'un service postal universel tel que prévu à l'article 142 de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques.

Par cette question, je souhaite connaître l'évolution récente de cette tendance de réduction du service postal universel offert aux citoyens en Belgique.

1) Pouvez-vous me préciser le nombre de boîtes postales supprimées entre 2012 et aujourd'hui ?

2) Quels sont les critères qui ont prévalu pour déterminer les boîtes à supprimer ?

 

Via een vraag aan uw voorganger, de heer Labille (schriftelijke vraag nr. 5-9348 van 14 juni 2013) heb ik vernomen dat bpost tussen 2007 en 2012 meer dan zevenhonderd postbussen in België heeft afgeschaft. Deze enorme vermindering van het aantal postbussen doet mij twijfelen aan het behoud van de dienstverlening van een universele postdienst zoals bepaald in artikel 142 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.

Ik zou graag meer vernemen over de huidige evolutie van deze trend om de dienstverlening van de universele postdienst aan de burgers in België te verminderen.

1) Hoeveel postbussen werden afgeschaft sedert 2012 ?

2) Welke criteria werden in acht genomen om te bepalen welke postbussen zouden worden afgeschaft?

 
Réponse reçue le 25 juin 2015 : Antwoord ontvangen op 25 juni 2015 :

1) Dans la période de 2012 à aujourd’hui, le nombre de boîtes aux lettres rouges a évolué de 13 400 à 13 187.

2) Tout d’abord le réseau des boîtes aux lettres rouges doit répondre aux dispositions réglementaires relatives à la prestation du service universel qui sont incluses dans la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, et qui comportent l’obligation que toutes les communes du Royaume, y compris les entités administratives fusionnées qui constituaient une commune distincte au 31 décembre 1970, sont pourvues d'un point d'accès, au moins. Aujourd’hui, avec un réseau de plus de 13 000 boites aux lettres rouges, bpost répond donc très largement à cette obligation légale.

Ensuite, il y a les critères adoptés par bpost qui visaient à ce qu’au moins 90 % de la population dispose d’une boite aux lettres à moins de 500 mètres en zone urbaine et 1 500 mètres en zone rurale. Ces critères de distances sont purement indicatifs et n’ont aucune force contraignante.

Enfin le réseau est régulièrement adapté aux volumes de courrier selon les critères suivants :

– le taux d’utilisation (bpost ne retire que des boites aux lettres très peu, voire pas du tout utilisées) ;

– l’accessibilité du réseau et du service et la bonne répartition géographique.

1) In de periode van 2012 tot heden evolueerde het aantal rode brievenbussen van 13 400 naar 13 187.

2) In de eerste plaats moet het netwerk van rode brievenbussen beantwoorden aan de reglementaire bepalingen met betrekking tot de universele dienstverlening voorzien in de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, en die de verplichting inhouden dat in elke gemeente van het Rijk (inbegrepen de gefusioneerde administratieve entiteiten die tot 31 december 1970 een aparte gemeente vormden) minstens één toegangspunt moet zijn. Met een netwerk van meer dan 13 000 rode brievenbussen voldoet bpost in ruime mate aan deze wettelijke verplichting.

Vervolgens zijn er de criteria die bpost zichzelf heeft opgelegd en die bepalen dat minstens 90 % van de bevolking moet beschikken over een brievenbus op minder dan 500 meter in een stedelijke omgeving en 1 500 meter in een landelijke omgeving. Deze afstandscriteria zijn indicatief en niet afdwingbaar.

Ten slotte wordt het netwerk regelmatig aangepast aan het postvolume volgens volgende criteria :

– de mate waarin een rode brievenbus gebruikt wordt (bpost zal enkel die brievenbussen wegnemen die zeer weinig of niet gebruikt worden) ;

– de toegankelijkheid van het netwerk en de dienstverlening en een goede geografische spreiding.