SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2018-2019 Zitting 2018-2019
________________
24 janvier 2019 24 januari 2019
________________
Question écrite n° 6-2265 Schriftelijke vraag nr. 6-2265

de Brigitte Grouwels (CD&V)

van Brigitte Grouwels (CD&V)

au vice-premier ministre et ministre des Finances, chargé de la Lutte contre la fraude fiscale, et Ministre de la Coopération au développement

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingssamenwerking
________________
Service public fédéral (SPF) Finances - Correspondance avec les contribuables - Erreurs linguistiques inadmissibles Federale overheidsdienst (FOD) Financiën - Briefwisseling met de belastingplichtigen - Ontoelaatbare taalfouten 
________________
administration fiscale
terminologie
emploi des langues
relation administration-administré
belastingadministratie
terminologie
taalgebruik
betrekking tussen overheid en burger
________ ________
24/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2019)
12/2/2019Antwoord
24/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2019)
12/2/2019Antwoord
________ ________
Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1934 Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1934
________ ________
Question n° 6-2265 du 24 janvier 2019 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-2265 d.d. 24 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Au mois de juin 2018, une dame de Hal a reçu à deux reprises une lettre d'un service des contributions de Molenbeek. Dans ce courrier, le service public fédéral (SPF) Finances demandait à l'intéressée de payer, à la suite du décès de son époux, des droits de succession pour ses enfants mineurs. À propos de la fille mineure, la lettre indiquait « uw minder belangrijk meisje » et à propos du fils mineur, « uw minder belangrijk zonje ». Il s'agit certainement d'une erreur de traduction involontaire, mais il n'en demeure pas moins que la formulation est choquante pour la maman et ses enfants.

Le reste de la lettre est rédigé dans un néerlandais peu compréhensible. Que pensez vous, par exemple, de la phrase suivante : « Gelieve in bijlage een aanslagbiljet te willen vinden, opgestuurd op basis van het artikel 877 van de Burgerlijke Wetboek te willen vinden en als uw bezitster van de ouderlijke instantie op uw minder belangrijke meisje en uw minder belangrijk zonje, erfgename van zijn vader. » ?

Lorsque l'intéressée a attiré l'attention du service de taxation local sur ces erreurs grossières, le service a rapidement envoyé une nouvelle lettre mentionnant un montant correct mais sans corriger les fautes de langage inadmissibles.

C'est pourquoi la veuve a introduit une réclamation, à juste titre. Elle ressentait ces fautes comme offensantes vis à vis d'elle-même et de ses enfants mineurs. Le fait que ces fautes n'avaient pas non plus été corrigées dans la seconde lettre, fait présumer qu'il ne s'agit pas de fautes de traduction fortuites et que, par conséquent, d'autres contribuables ont également reçu cette lettre blessante.

Je sais que les droits de succession sont une matière régionale et ne relèvent par conséquent pas directement de vos compétences. Il me paraît néanmoins scandaleux que ce genre de lettres, envoyées par le SPF Finances, soient adressées à des citoyens, surtout quand ces citoyens viennent juste de perdre un proche.

D'où les questions suivantes :

1) Pouvez vous expliquer comment de graves erreurs linguistiques se sont glissées dans le courrier incriminé ?

2) Avez vous déjà pris des initiatives pour éviter que de telles bévues ne se reproduisent ? Dans l'affirmative, lesquelles ? Menez vous des concertations avec les services de la Région de Bruxelles-Capitale à ce sujet ?

3) Quelle politique mène t on pour qu'un langage clair soit utilisé dans la correspondance adressée aux citoyens ? L'administration centrale donne t elle, par exemple, des instructions claires aux services locaux des contributions à ce sujet ?

 

In juni 2018 ontving een vrouw uit Halle tot tIn juni 2018 ontving een vrouw uit Halle tot tweemaal toe een brief van een belastingkantoor uit Molenbeek. In de bewuste brief vroeg de federale overheidsdienst (FOD) Financiën de vrouw om, na het overlijden van haar echtgenoot, erfbelastingen te betalen voor haar minderjarige kinderen. Deze minderjarige kinderen werden in de brief omschreven als « uw minder belangrijk meisje » en « uw minder belangrijk zonje ». Het gaat hier allicht om een niet bedoelde foute vertaling, maar desondanks blijft deze formulering erg pijnlijk voor de vrouw en haar kinderen.

Ook de rest van de brief is opgesteld in haast onbegrijpelijk Nederlands. Wat denkt u bijvoorbeeld van volgende zin : « Gelieve in bijlage een aanslagbiljet te willen vinden, opgestuurd op basis van het artikel 877 van de Burgerlijke Wetboek te willen vinden en als uw bezitster van de ouderlijke instantie op uw minder belangrijke meisje en uw minder belangrijk zonje, erfgename van zijn vader. » ?

Toen de vrouw in kwestie de plaatselijke belastingdienst attendeerde op de grove fouten, stuurde de dienst prompt een nieuwe brief. Ditmaal wel met het juiste bedrag, maar de afschuwelijke taalfouten werden ook in de tweede brief niet verbeterd.

De weduwe diende dan ook terecht een klacht in. Ze ervoer de taalfouten immers als erg beledigend ten aanzien van zichzelf en haar minderjarige kinderen. Het feit dat de taalfouten ook aanwezig bleven in de tweede brief, doet vermoeden dat het geen toevallige vertaalfout is én dat bijgevolg ook andere belastingplichtigen dezelfde beledigende brief ontvingen.

Ik besef dat erfbelasting een gewestelijke materie is, en bijgevolg niet rechtstreeks onder uw bevoegdheden valt. Niettemin vind ik het totaal ongehoord dat dergelijke brieven, uitgestuurd door de FOD Financiën, naar mensen gestuurd worden, en bij uitstek naar mensen die nog maar pas een naaste hebben verloren.

Ik heb dan ook volgende vragen voor u :

1) Kan u verklaren hoe de ernstige taalfouten in de bewuste brief zijn geslopen ?

2) Hebt u al initiatieven genomen om dergelijke taalblunders in de toekomst onmogelijk te maken ? Zo ja, welke ? Pleegt u hierover overleg met de diensten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ?

3) Welk beleid wordt er gevoerd om helder taalgebruik te hanteren in brieven naar de burgers ? Worden hierover vanuit de centrale administratie bijvoorbeeld duidelijke instructies gegeven aan de plaatselijke belastingdiensten ?

 
Réponse reçue le 12 février 2019 : Antwoord ontvangen op 12 februari 2019 :

1) La plus grande partie de la correspondance dans les dossiers de succession attribués à la Région de Bruxelles-Capitale et la Région wallonne est générée de manière standardisée par l’application informatique prévue à cet effet. Dans certains cas, ces lettres contiennent, outre des textes fixes que l’utilisateur peut générer le cas échéant automatiquement dans les trois langues nationales, des cases libres que l’utilisateur doit compléter en fonction de la spécificité du dossier. Il est supposé que les passages en question ont été complétés par l’utilisateur-même dans les cases libres ou qu’il s’agit d’une lettre non courante qui n’est pas incluse dans l’application. En l’absence de la lettre concrète, il est difficile de pouvoir vérifier. Il serait utile de fournir la lettre afin de pouvoir l’analyser et de connaitre le bureau qui a émis le courrier afin d’éviter que de telles fautes, faites inconsciemment, se reproduiraient dans la future.

2) Les initiatives prises ici concernent l’importation de la correspondance standardisée dans l’application en 2006. Les textes fixes ont été coordonnés avec les services compétents. Ils ont été traduits et rendus disponibles par ces services dans les trois langues nationales. Il n’y a pas eu de consultations avec la Région de Bruxelles-Capitale ou la Région wallonne étant donné que le service public fédéral (SPF) Finances assure le service des droits de succession régionalisés.

Par ailleurs, l’application qui génère les lettres standardisées est actuellement en cours de réécriture dans un langage de programmation plus moderne. Un groupe de travail a été mis en place pour réanalyser la correspondance standardisée et, si possible, la moderniser. La mise en page sera adaptée à la nouvelle identité visuelle du SPF Finances.

3) Des lignes directrices sont données de l’administration centrale aux services extérieures pour la rédaction de la correspondance.

Des formations concernant la rédaction de la correspondance et des formations linguistiques sont encouragées.

Un groupe de travail Lisibilité a été mis en place et a pris de nombreuses initiatives. Toutes les informations nécessaires sont publiées sur l’intranet du SPF Finances. Une formation en ligne Lisibilité et un guide de rédaction en ligne sont disponibles. De plus, des astuces Lisibilité concrètes sont communiquées de manière périodique via le même intranet.

1) Het grootste deel van de briefwisseling in nalatenschapsdossiers toegewezen aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest wordt op gestandaardiseerde wijze uit de hiervoor voorziene informaticatoepassing gegenereerd. In bepaalde gevallen bevatten deze brieven, naast vaste teksten die de gebruiker waar nodig automatisch in de drie landstalen kan genereren, ook vrije vakken die de gebruiker naargelang van de specificiteit van het dossier moet aanvullen. Er wordt vermoed dat de bewuste passages door de gebruiker zelf in de vrije vakken werden aangevuld of dat het gaat om een niet courante brief die niet in de toepassing is opgenomen. Bij gebrek aan de concrete brief kan dit moeilijk nagegaan worden. Het zou nuttig zijn om de brief te bezorgen om deze te kunnen analyseren en om het kantoor dat de brief opstelde te kennen en zo te vermijden dat dergelijke, zeker onbewust gemaakte fouten, zich in de toekomst zouden herhalen.

2) De initiatieven werden in 2006 genomen en betreffen de invoering van de gestandaardiseerde briefwisseling in de toepassing. De vaste teksten zijn destijds afgestemd met de bevoegde diensten. Ze werden door deze diensten vertaald en beschikbaar gesteld in de drie landstalen. Hierover werd geen overleg gepleegd met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of het Waals Gewest vermits de federale overheidsdienst (FOD) Financiën de dienst van de geregionaliseerde successierechten verzekert.

Overigens wordt de toepassing die de gestandaardiseerde brieven genereert, momenteel in een modernere programmeertaal herschreven. Een werkgroep werd opgericht om de gestandaardiseerde briefwisseling opnieuw onder de loep te nemen en waar mogelijk te moderniseren. De lay-out zal aangepast worden aan de nieuwe visuele identiteit van de FOD Financiën.

3) Vanuit de centrale administratie worden aan de buitendiensten richtlijnen gegeven voor het opstellen van briefwisseling.

Opleidingen voor het opstellen van briefwisseling en taalopleidingen worden gestimuleerd.

Een werkgroep Leesbaarheid werd opgericht en heeft tal van initiatieven ondernomen. Alle nodige informatie is op het intranet van de FOD Financiën gepubliceerd. Een e-learning Leesbaarheid en een online schrijfgids zijn beschikbaar. Bovendien worden periodiek concrete taaltips gecommuniceerd via hetzelfde intranet.