SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session extraordinaire de 2010 Buitengewone zitting 2010
________________
30 aôut 2010 30 augustus 2010
________________
Question écrite n° 5-43 Schriftelijke vraag nr. 5-43

de Yves Buysse (Vlaams Belang)

van Yves Buysse (Vlaams Belang)

à la vice-première ministre et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances, chargée de la Politique de migration et d'asile

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid
________________
Contrats de travail - Établissement par voie électronique - Arrêtés d'exécution - Situation Arbeidsovereenkomsten - Elektronisch opmaken - Uitvoeringsbesluiten - Stand van zaken 
________________
contrat de travail
signature électronique
protection des données
document électronique
arbeidscontract
elektronische handtekening
gegevensbescherming
elektronisch document
________ ________
30/8/2010Verzending vraag
25/3/2011Antwoord
30/8/2010Verzending vraag
25/3/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-43 du 30 aôut 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-43 d.d. 30 augustus 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La loi du 3 juin 2007 portant des dispositions diverses relatives au travail définit le cadre juridique dans lequel les contrats de travail peuvent être établis par voie électronique.

Les dispositions relatives à la signature électronique, entre autres, sont importantes à cet égard. Selon les informations, l'arrêté royal qui doit fixer les garanties de sécurité en matière d'utilisation de ces signatures électroniques n'a pas encore été publié.

Je souhaiterais obtenir une réponse à la question suivante :

La ministre peut-elle me dire pourquoi cet arrêté n'a pas encore été publié et quand, dans la pratique, il pourra l'être ?

 

In de wet van 3 juni 2007 houdende diverse arbeidsbepalingen werd het juridische kader omschreven waarbinnen arbeidsovereenkomsten via elektronische weg kunnen worden opgemaakt.

Belangrijk hierbij zijn onder andere de bepalingen in verband met de elektronische handtekening. Naar verluidt is het koninklijk besluit, dat de veiligheidswaarborgen in verband met het gebruik van deze elektronische handtekeningen moet vaststellen, nog niet gepubliceerd.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vraag:

Kan de minister mij melden waarom dit nog niet gebeurd is en vanaf wanneer dit in de praktijk zal kunnen worden gebracht?

 
Réponse reçue le 25 mars 2011 : Antwoord ontvangen op 25 maart 2011 :

Le titre III de la loi du 3 juin 2007 portant des dispositions diverses relatives au travail constitue le cadre juridique pour la conclusion électronique des contrats de travail et l’envoi et l’archivage électronique de certains documents sociaux.

Sur base de cette réglementation les contrats de travail peuvent également être conclus par une signature électronique créée via la carte d’identité électronique. Un exemplaire du contrat de travail conclu de cette manière doit être archivé auprès d’un prestataire de service d’archivage électronique. Le prestataire de service d’archivage électronique doit satisfaire aux conditions relatives à la prestation de services liés à l’archivage électronique qui sont établies en vertu de la loi du 15 mai 2007 fixant un cadre juridique pour certains prestataires de services de confiance.

Àcôté de la signature électronique créée via la carte d’identité électronique, la législation prévoit la possibilité de conclure des contrats de travail par le biais d’autres systèmes de signature électronique.

Pour cela, le Roi doit par arrêté délibéré en Conseil des ministres et après avis du Conseil national du Travail, déterminer les conditions de sécurité que doivent remplir ces systèmes alternatifs.

Un projet d’arrêté royal en ce sens a été soumis pour avis, dans le courant de 2007, au Conseil national du Travail qui a émis à ce propos l’avis n° 1 613 du 31 mai 2007.

Dans cet avis le Conseil national du Travail s’interroge sur le lien existant entre, d’une part le projet d’arrêté royal visé et d’autre part la loi du 9 juillet 2001 fixant certaines règles relatives au cadre juridique pour les signatures électroniques et les services de certification et l’arrêté royal du 6 décembre 2002 organisant le contrôle et l’accréditation des prestataires de service de certification qui délivrent des certificats qualifiés.

La loi et l’arrêté d’exécution précités contiennent des procédures d’accréditation et de contrôle pour les signatures électroniques.

Afin d’éviter des problèmes éventuels, le ministre pour l’ Entreprise et la Simplification a estimé opportun que les règles qui s’appliquent aux prestataires de service (archivage électronique) soient contenues dans un seul texte légal.

Pour s’y conformer, un projet de texte de loi a été préparé qui insère ces règles dans la loi du 9 juillet 2001, et par lequel la loi du 15 mai 2007 (à laquelle fait référence le Titre III de la loi du 3 juin 2007) sera abrogé.

En raison de la dissolution anticipée des Chambres législatives fédérales, ces modifications ne sont pas encore entrées en vigueur.

Par conséquent, l’arrêté royal qui doit donner exécution au Titre III de la loi du 3 juin 2007 n’a pas encore été approuvé.

Ceci ne pourra intervenir que lorsque le nouveau gouvernement sera formé.

Titel III van de wet van 3 juni 2007 houdende diverse arbeidsbepalingen legt het juridisch kader vast voor het elektronisch afsluiten van arbeidsovereenkomsten en het elektronisch versturen en opslaan van bepaalde sociale documenten.

Op grond van deze regelgeving kunnen arbeidsovereenkomsten eveneens worden aangegaan door middel van een elektronische handtekening die wordt gecreëerd door de elektronische identiteitskaart. Een exemplaar van een op die wijze aangegane arbeidsovereenkomst moet worden opgeslagen bij een verlener van een elektronische archiveringsdienst. Deze dienstverlener moet voldoen aan de voorwaarden inzake elektronische archivering als bepaald krachtens de wet van 15 mei 2007 tot vaststelling van een juridisch kader voor sommige verleners van vertrouwensdiensten.

Naast de elektronische handtekening die door de elektronische identiteitskaart wordt gecreëerd, voorziet de wetgeving ook in de mogelijkheid om arbeidsovereenkomsten af te sluiten via andere systemen van elektronische handtekening.

Daartoe dient de Koning bij een besluit vastgesteld na overleg in de ministerraad en na advies van de Nationale Arbeidsraad, te bepalen aan welke veiligheidsvoorwaarden dergelijke alternatieve systemen moeten voldoen.

Een ontwerp van koninklijk besluit in die zin werd in de loop van 2007 voor advies voorgelegd aan de Nationale Arbeidsraad, die daaromtrent het advies nr. 1 613 van 31 mei 2007 uitbracht.

In dit advies heeft de Nationale Arbeidsraad zich vragen gesteld omtrent de link tussen enerzijds bedoeld koninklijk besluit en anderzijds de wet van 9 juli 2001 houdende vaststelling van bepaalde regels in verband met het juridisch kader voor elektronische handtekeningen en certificatiediensten en het koninklijk besluit van 6 december 2002 houdende organisatie van de controle en de accreditatie van de certificatie-dienstverleners die gekwalificeerde certificaten afleveren.

Voornoemde wet en uitvoeringsbesluit bevatten eveneens regels en procedures inzake accreditatie en controle voor elektronische handtekeningen.

Teneinde mogelijke problemen te vermijden heeft de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen het opportuun geacht dat de regels die van toepassing zijn op de verleners van vertrouwensdiensten (elektronische archivering) door één enkele wettekst zouden worden geregeld.

Om hieraan gevolg te geven werd een wettekst voorbereid die de bedoelde regels zou onderbrengen in de wet van 9 juli 2001, waarbij de wet van 15 mei 2007 (waarnaar wordt verwezen door Titel III van de wet van 3 juni 2007) zou worden opgeheven.

Omwille van de vervroegde ontbinding van de federale wetgevende Kamers is deze wetswijziging nog niet in werking kunnen treden. Dientengevolge is ook het besluit dat uitvoering moet geven aan Titel III van de wet van 3 juni 2007 nog niet goedgekeurd geworden.

Dit laatste zal pas kunnen gebeuren eenmaal een nieuwe regering is gevormd.