SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
10 novembre 2009 10 november 2009
________________
Question écrite n° 4-5012 Schriftelijke vraag nr. 4-5012

de Ann Somers (Open Vld)

van Ann Somers (Open Vld)

au ministre des Affaires étrangères

aan de minister van Buitenlandse Zaken
________________
Lesbigays - Discrimination sur les lieux de travail - Situation - Mesures Holebi's - Discriminatie op de werkvloer - Situatie - Maatregelen 
________________
lieu de travail
minorité sexuelle
lutte contre la discrimination
administration publique
discrimination fondée sur l'orientation sexuelle
conversion sexuelle
werkplek
seksuele minderheid
bestrijding van discriminatie
overheidsadministratie
discriminatie op grond van seksuele geaardheid
geslachtsverandering
________ ________
10/11/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 10/12/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
10/11/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 10/12/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5006
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5007
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5008
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5009
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5010
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5011
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5013
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5014
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5015
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5016
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5017
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5018
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5019
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5020
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5420
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5006
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5007
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5008
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5009
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5010
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5011
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5013
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5014
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5015
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5016
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5017
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5018
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5019
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-5020
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5420
________ ________
Question n° 4-5012 du 10 novembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5012 d.d. 10 november 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'an dernier ont été publiées plusieurs études sur la situation des lesbigays sur les lieux de travail. Il s'agit plus spécialement de l'étude du professeur John Vincke  : « Discriminatie van holebi’s op de werkvloer: over inkomensverschillen, sectorsegregatie en het roze plafond » (Discrimination des lesbigays au travail  : à propos des différences de revenu, la ségrégation sectorielle et le plafond rose) et de l'étude réalisée par le service flamand de l'Émancipation sur « (on)Zichtbaar Holebi. De situatie van homoseksuele, lesbische en biseksuele werknemers op de werkvloer van de Vlaamse overheid » (L'homosexuel, la lesbienne et le bisexuel (in)visibles. La situation des travailleurs homosexuels, bisexuels et des travailleuses lesbiennes au sein de l'administration flamande). Il ressort de ces études qu'indéniablement les lesbigays rencontrent des problèmes au travail. Ces problèmes sont plus prononcés dans les services techniques. Les lesbigays sont en butte à l'attitude négative à la fois des collègues plus jeunes et plus âgés. On peut attendre que l'administration fédérale montre l'exemple en ce qui concerne la mise au point d'un milieu de travail davantage favorable pour les lesbigays.

1. A-t-on découvert des problèmes concernant le coming-out de travailleurs lesbigays dans les services administratifs et les entreprises publiques relevant de vos compétences ?

2. Les travailleurs se retiennent-ils plus ou moins de déclarer leur orientation sexuelle selon que travaillent dans leur service des supérieurs ou des collègues qui ont déjà fait leur coming-out ?

3. Dans les services administratifs et les entreprises publiques relevant de vos compétences, a-t-on relevé durant les dernières années des problèmes sur les lieux de travail ou des comportements de stigmatisation envers des travailleurs lesbigays ?

4. Si oui, ces problèmes sont-ils fréquents et quelle en est la nature ?

5. Ces problèmes ont-ils été détectés par des catégories spécifiques de travailleurs (âge, sexe, religion, niveau scolaire, origine,...) ?

6. Combien de fois a-t-on réagi et comment ?

7. Dans les services administratifs et les entreprises publiques relevant de vos compétences, a-t-on pris des mesures spécifiques pour rendre le milieu de travail plus favorable aux lesbigays ?

8. Si oui, quelles sont ces mesures ?

9. Dans le cas contraire, des mesures seront-elles prises à court terme ?

 

Vorig jaar verschenen enkele studies over de situatie van holebi’s op de werkvloer. Meer bepaald gaat het om het onderzoek van prof. J. Vincke “ Discriminatie van holebi’s op de werkvloer: over inkomensverschillen, sectorsegregatie en het roze plafond “ en de studie “ (on)Zichtbaar Holebi. De situatie van homoseksuele, lesbische en biseksuele werknemers op de werkvloer van de Vlaamse overheid ’ van de dienst Emancipatiezaken. Uit de studies blijkt ontegensprekelijk dat holebi’s op de werkvloer een aantal problemen ervaren. De problemen blijken meer uitgesproken te zijn in technische diensten. Tevens ervaren holebi’s in het algemeen meer negativiteit bij jongere en oudere collega’s. Van de federale overheid mag verwacht worden dat ze zichzelf een voorbeeldfunctie oplegt met betrekking tot het creëren van een holebivriendelijke werkvloer.

1.Worden er binnen de administratieve diensten en eventuele overheidsbedrijven die onder uw bevoegdheid vallen, problemen gedetecteerd met betrekking tot de coming out van homo-, bi- of transseksuele werknemers?

2.Ervaart men een verschil in terughoudendheid van werknemers om voor hun geaardheid uit te komen naargelang er al dan niet oversten en andere collega’s op de betrokken diensten werken die al uit de kast zijn?

3.Werden binnen de administratieve diensten en eventuele overheidsbedrijven die onder uw bevoegdheid vallen het afgelopen jaar problemen op de werkvloer of pestgedrag gedetecteerd ten aanzien van homo-, bi- of transseksuele werknemers?

4.Zo ja, hoe vaak is dit gebeurd en van welke aard waren deze problemen?

5.Zijn deze problemen gedetecteerd bij specifieke categorieën van werknemers (leeftijd, geslacht, religie, scholingsgraad, afkomst, …)?

6.Hoe vaak en op welke manier werd hier tegenop getreden?

7.Werden binnen de administratieve diensten en eventuele overheidsbedrijven die onder uw bevoegdheid vallen specifieke maatregelen genomen om een holebivriendelijke werkomgeving te creëren?

8.Zo ja, welke initiatieven werden genomen?

9.Zo neen, zal dat alsnog op korte termijn gebeuren?