SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
28 aôut 2009 28 augustus 2009
________________
Question écrite n° 4-4237 Schriftelijke vraag nr. 4-4237

de Pol Van Den Driessche (CD&V)

van Pol Van Den Driessche (CD&V)

au ministre du Climat et de l'Energie

aan de minister van Klimaat en Energie
________________
Biodiesel - Contamination par des bactéries - Solutions Biodiesel - Contaminatie door bacteriën - Oplossingen 
________________
gazole
carburant
combustible de remplacement
algue
biocarburant
gasolie
motorbrandstof
vervangende brandstof
wieren
biobrandstof
________ ________
28/8/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/10/2009)
14/10/2009Antwoord
28/8/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/10/2009)
14/10/2009Antwoord
________ ________
Question n° 4-4237 du 28 aôut 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-4237 d.d. 28 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Comme certaines de mes précédentes interventions l'ont montré au ministre, je suis favorable à une utilisation accrue du biodiesel. Celle-ci est bénéfique pour notre environnement menacé.

Ces dernières semaines toutefois, j'ai été contacté par des camionneurs soucieux de l'environnement et recourant au biodiesel. En effet, ils sont de plus en plus souvent confrontés à une altération du carburant dans leur réservoir. Cette altération résulte de l'interaction entre des bactéries se trouvant dans le carburant et l'eau présente dans le réservoir à la suite d'une condensation. Les bactéries forment des algues, altérant ainsi le carburant. Les bonnes conditions climatiques permettent aux algues de proliférer.

De telles contaminations ont également été observées avec le carburant fossile mais dans une bien moins grande mesure. Le biodiesel est beaucoup plus sensible à cette forme de contamination. Celle-ci peut entraîner un coût très élevé pour le propriétaire du réservoir contaminé : tous les conduits doivent être rincés et le moteur peut être endommagé.

Il existe des produits pouvant être ajoutés au carburant pour empêcher la formation des bactéries. Il faut toutefois que les distributeurs de biodiesel ajoutent ces additifs dans leur carburant.

Je souhaiterais poser les questions suivantes.

1. Le ministre est-il au courant de ce problème ? Des contacts ont-ils déjà été établis à ce sujet avec le secteur ?

2. Quelles mesures le ministre prendra-t-il pour empêcher la contamination du biodiesel par des bactéries ? Obliger le secteur de la distribution à ajouter un additif antibactérien peut être un premier pas pour lutter contre ce problème.

 

Zoals de geachte minister zich uit vroegere tussenkomsten herinnert, ben ik gewonnen voor een toenemend gebruik van biodiesel. Dat is een goede zaak voor ons bedreigde milieu.

De voorbije weken evenwel word ik gecontacteerd door milieubewuste vrachtwagenchauffeurs die biodiesel gebruiken. Immers, zij worden in toenemende mate geconfronteerd met vervuiling van de brandstof in hun tank. Deze vervuiling is het gevolg van de interactie van bacteriën die zich in de brandstof bevinden met condenswater in de tank. De bacteriën vormen algen en vervuilen op die wijze de brandstof. Het mooie weer zorgt ervoor dat die algen welig tieren.

Bij fossiele brandstof werden dergelijke contaminaties ook vastgesteld, maar in veel mindere mate. Biodiesel is veel gevoeliger aan deze vorm van besmetting. Dit kan voor de voor de eigenaar van een besmette tank aardig wat kosten met zich meebrengen : alle leidingen moeten gespoeld worden en de motor kan schade oplopen.

Er bestaan producten die kunnen toegevoegd worden aan de brandstof waardoor bacterievorming wordt tegengegaan. Dit vereist echter wel dat de verdelers van dieselbrandstof deze additieven in hun brandstof toevoegen.

Mijn vragen hierover zijn:

1. Is de geachte minister op de hoogte van het probleem? Zijn er hierover al contacten geweest met de sector?

2. Welke maatregelen zal hij nemen om contaminatie door bacteriën in biodiesel tegen te gaan? Een verplichting om anti-bacteriële additieven toe te voegen door de distributiesector kan een eerste stap zijn om dit probleem aan te pakken.

 
Réponse reçue le 14 octobre 2009 : Antwoord ontvangen op 14 oktober 2009 :

1. Je suis conscient de ce problème qui, il faut le préciser, est loin d’être généralisé et peut se produire localement au niveau des réservoirs des camions lorsque la température ambiante est, comme ce fut le cas cet été, relativement élevée.

Quand de l’eau s’introduit dans le système d’entreposage, notamment par condensation, des micro-organismes peuvent se développer et former un dépôt qui bouche alors les filtres.

Ces problèmes peuvent survenir lorsque les systèmes d’entreposage sont anciens ou mal entretenus et peuvent être évités en prenant les mesures nécessaires pour réduire au maximum la formation d’eau de condensation (installer des purgeurs à condensats, traiter le réservoir de stockage avec un agent dispersant, maintenir les réservoirs bien remplis, changer les filtres à carburants plus régulièrement au début du passage au biodiesel, etc.).

2. Des additifs peuvent effectivement être ajoutés pour empêcher la croissance microbienne. Je ne peux, en aucun cas, obliger le secteur de la distribution à ajouter ces produits. En effet, les carburants mis à la consommation doivent respecter des normes de qualité européennes strictes qui ne prévoient pas l’addition de tels produits. De plus, l’ajout d’un produit non prévu par la norme doit faire l’objet d’une autorisation se basant sur l’étude des effets qu’il pourrait avoir sur la santé publique et l’environnement.

1. Ik ben mij bewust van dit probleem, dat niet mag worden veralgemeend en zich plaatselijk kan voordoen op het niveau van de brandstoftanks van de vrachtwagens, bij een relatief hoge omgevingstemperatuur, zoals dit tijdens de zomer het geval was.

Wanneer water binnendringt in het opslagsysteem, inzonderheid door condensatie, kunnen zich micro-organismen ontwikkelen en residu vormen die de filters verstoppen.

Deze problemen kunnen ontstaan wanneer de opslagsystemen oud of slecht onderhouden zijn. Zij kunnen worden vermeden door het treffen van de noodzakelijke maatregelen om de vorming van condenswater maximum te beperken (installeren van spuikranen voor de aflaat van condensaat, de opslagtank behandelen met een emulgator, de tanks goed gevuld houden, de brandstoffilters regelmatiger wisselen bij het begin van de overgang naar biodiesel, enz.).

2. Additieven kunnen daadwerkelijk worden toegevoegd om de bacteriële ontwikkeling te beletten. In geen geval kan ik de distributiesector verplichten om deze producten toe te voegen. De in verbruik gestelde brandstoffen moeten beantwoorden aan strikte Europese kwaliteitsnormen, die niet voorzien in het toevoegen van dergelijke producten. Bovendien moet de toevoeging van een product dat niet voorzien is door de norm, het voorwerp uitmaken van een vergunning die gebaseerd is op de studie van de uitwerkingen die het zou kunnen hebben op de volksgezondheid en het leefmilieu.