BELGISCHE SENAAT | ||||
________ | ||||
Zitting 2011-2012 | ||||
________ | ||||
24 april 2012 | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6133 | ||||
de Piet De Bruyn (N-VA) |
||||
aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken |
||||
________ | ||||
De huidige Libische situatie | ||||
________ | ||||
Libië rechten van de mens parlementsverkiezing burgeroorlog democratisering Mensenrechtenraad van de VN |
||||
________ | ||||
|
||||
________ | ||||
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2025 | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6133 d.d. 24 april 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||
In 2011 namen in Libië duizenden mannen de wapens op onder de vlag van de Nationale Overgangsraad om het Libische regime van Kadhafi omver te werpen. Vanaf de start van de opstand hebben de verschillende oppositiemilities duizenden Kadhafi-getrouwen, soldaten en huurlingen opgepakt en vastgehouden in geheime detentiecentra waar zij hen onderwierpen aan folteringen, vaak met de dood tot gevolg. Van eerlijke processen is nooit sprake geweest door de totale wetteloosheid die er in het land heerst. Vandaag hebben gewapende oppositiestrijders de controle over het grootste deel van het land. De Nationale Overgangsraad slaagt er echter niet in om een greep te krijgen op deze gewapende groeperingen die totaal oncontroleerbaar en onafhankelijk zijn van de centrale autoriteiten. Hun acties dreigen Libië te destabiliseren, hinderen de opbouw van betrouwbare instituties en verspelen de hoop van het Libische volk dat een jaar geleden op straat kwam voor meer vrijheid, rechtvaardigheid en respect voor de mensenrechten. Verschillende organisaties, zoals Amnesty International en Artsen Zonder Grenzen, hebben al rapporten overgemaakt aan de Libische autoriteiten om deze misbruiken aan te klagen. Daarop liet de Nationale Overgangsraad in een publieke verklaring weten bereid te zijn om de mensenrechten te respecteren. In realiteit lijkt het er echter naar dat de overgangsregering niet beschikt over de nodige autoriteit en politieke wil om de verschillende milities te controleren. Zo is er vandaag nog steeds geen enkele actie ondernomen om de misbruiken door de voormalige oppositiestrijders en milities te onderzoeken. Door de inactiviteit van de overheid, worden de milities alleen maar gesterkt in hun visie en handelingen om het recht in eigen handen te nemen. In het kader van deze problematiek stelde ik de minister graag volgende vragen: 1) Op welke wijze zal ons land een bijdrage leveren aan het versterken van een democratisch bestuur in Libië? Is de minister bereid de Libische autoriteiten te wijzen op de verplichtingen die het land heeft als lid van het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten? 2) In Juni 2012 zouden er nieuwe Libische verkiezingen worden georganiseerd. Vindt de minister het belangrijk dat ons land deze verkiezingen mee ondersteunt? En zo ja, onder welke voorwaarden? |
||||
Antwoord ontvangen op 18 juni 2012 : | ||||
|