BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2010-2011
________
5 mei 2011
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2222

de Bert Anciaux (sp.a)

aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
________
Overheidsbedrijven - Gebruik van shareware - Tegenindicaties - Plannen inzake veralgemeende invoering
________
overheidsbedrijf
gegevensverwerkende installatie
kantoorautomatisering
computerprogramma
vrije software
________
5/5/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4735
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-2222 d.d. 5 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het lijkt en is vanzelfsprekend dat onze federale overheidsbedrijven zijn uitgerust met optimale informatica, zowel qua soft- als hardware. De snelle evoluties in deze sector, noodzaken voortdurend nieuwe investeringen. Daarbij valt op hoe er een de facto monopolie van Microsoft ontstond met betrekking tot de meeste courante software voor het dagelijkse gebruik. De voortdurende evolutie van deze van bijvoorbeeld Windows of Office vereist steeds weer om een nieuwe aankoop - erg duur, zelfs met kortingen, maar effectueert ook de hardware die eveneens meer snelheid, geheugen vereist. Men mag en moet zich hierbij de vraag stellen waarom overheidsbedrijven steeds weer kiezen voor Microsoft, terwijl er kwalitatief vergelijkbare - soms superieure - software zonder kostprijs beschikbaar is. Het gaat hier over de zgn. shareware, met Linux veruit als bekendste. Deze software, zowel voor de besturing als alle andere functies (Linux, Open Office), biedt dus gratis mogelijkheden en presteert minstens even goed. Een introductie van deze shareware leidt zeker naar grote besparingen maar draagt ook bij tot de bestrijding van een ongewenst en te duur monopolie.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) In welke federale overheidsbedrijven gebruikt men applicaties van: (1) Windows, (2) MS-office of onderdelen? Hoeveel kostte de aankoop of verlenging van licenties voor deze commerciële software per jaar en per overheidsbedrijf, dit in de periode 2006-2010?

2) In hoeveel federale overheidsbedrijven gebruikt men: (1) Linux (2), Open Office? In hoeveel federale overheidsbedrijven gebruikt men andere vormen van shareware? Hoe evalueert men dit gebruik?

3) Met welke motivering en omwille welke argumenten ziet men af van het gebruik van open software (zoals Linux en Open Office)?

4) Zijn er plannen om systematisch en veralgemeend het gebruik van open software te introduceren, zo ja welke en wanneer?