BELGISCHE SENAAT | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zitting 2010-2011 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 maart 2011 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1631 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Personenbelasting - Aangiften - Controles - Verschillen tussen de drie gewesten - Ambtshalve aanslagen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
belasting van natuurlijke personen belastingaangifte fiscale controle regionale verschillen |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1631 d.d. 4 maart 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het is ondertussen gemene kennis dat een ambtenaar in Vlaanderen gemiddeld meer " grondige controles " uitvoert van belastingaangiftes van vennootschappen dan zijn Waalse collega. Op de stad Charleroi na, was er in het verleden steeds een significant verschil tussen het Vlaams Gewest en de andere gewesten. Ook is het geweten dat tienduizenden vennootschappen geen belastingaangifte indienen en dat ook een paar honderdduizend Belgen gewoon geen aangifte doen. In de context van de personenbelasting zou ik van de minister graag het volgende te weten willen komen: 1) Hoeveel belastingplichtige inwoners hebben voor aanslagjaar 2010 geen belastingaangifte ingediend in: a) Vlaanderen; b) Wallonië; c) het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? 2) Hoeveel belastingplichtige inwoners hebben voor aanslagjaar 2010 laattijdige een belastingaangifte ingediend in: a) Vlaanderen; b) Wallonië; c) het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? 3) Hoeveel belastingplichtige inwoners hebben voor aanslagjaar 2010 een door vormgebreken aangetaste belastingaangifte ingediend in: a) Vlaanderen; b) Wallonië; c) het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? 4) In hoeveel gevallen heeft het gebrek aan aangifte, de laattijdige of door vormgebreken aangetaste aangifte geleid tot een aanslag van ambtswege als bedoeld in artikel 351 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in de drie voormelde regio's? 5) Hoeveel belastingen konden middels de ambtshalve aanslag op die manier worden geïnd in elk van de drie gewesten? |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antwoord ontvangen op 5 juli 2011 : | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De algemene administratie van de fiscaliteit neemt de nodige maatregelen om zoveel mogelijk aangiften te doen indienen. Het gaat immers om een wettelijke verplichting en zij beseft ten zeerste dat niet optreden tegen in gebreke blijvende belastingplichtigen onrechtvaardig is ten opzichte van de burger die stipt aan zijn aangifteplicht voldoet. Zij heeft daarom in haar balanced scorecard, die maandelijks wordt geëvalueerd, een indicator opgenomen om het aantal niet–indieners op te volgen, overigens niet alleen in de personenbelasting, maar ook in de vennootschapsbelasting en de rechtspersonenbelasting, en binnenkort eveneens voor de BTW. Nochtans mag ook niet uit het oog worden verloren dat sommige van die belastingplichtigen eenvoudigweg over geen belastbare inkomsten beschikken. Dit is de reden waarom de doelstelling voor het aanslagjaar 2010 als volgt is bepaald: "Het aantal niet ingediende aangiften in de personenbelasting mag maximaal 5 % bedragen op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar". Voor het aanslagjaar 2009 kwam de indicator op 30 juni 2010 uit op een resultaat van 5,14 %. De informatie die verstrekt wordt komt uit de boordtabellen. Vraag 1 betreft hoeveel belastingplichtigen voor aanslagjaar 2010 nog geen aangifte hebben ingediend. Op 30 april 2011 is de toestand als volgt :
De aanwezigheid van een grootstad in het ambtsgebied heeft duidelijk een negatieve invloed op het resultaat en ook de economische toestand van het gebied speelt een rol. Wat betreft de vragen 2 en 3 bestaat er op heden geen boordtabel ter indicatie. De boordtabellen worden aangepast om in de toekomst deze informatie te kunnen verstrekken. Op 31 maart 2011 zijn voor het aanslagjaar 2010, 34 251 aanslagen van ambtswege gevestigd wegens afwezigheid van aangifte en voor het aanslagjaar 2009 zijn dit er 91 872.
Uit de boordtabellen kan nog niet worden afgeleid hoeveel belastingen konden worden geïnd via ambtshalve aanslag. |