BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2009-2010
________
7 december 2009
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-5520

de Ann Somers (Open Vld)

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid
________
Werkgelegenheid - Maatregelen - Federale bevoegdheden - Gewestelijke bevoegdheden
________
werkgelegenheidsbeleid
gewesten en gemeenschappen van België
werkgelegenheidsbevordering
________
7/12/2009Verzending vraag
6/5/2010Einde zittingsperiode
________
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-4876
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-5520 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In een interview met Metro van 16 oktober 2009 uit Vlaams minister van Werk Muyters zijn ongenoegen over enkele overbodige federale werkgelegenheidsmaatregelen, zoals het jongerenbanenplan en de federale premie voor opleidingen voor knelpuntberoepen. Die laatste organiseert het Vlaams Gewest namelijk zelf ook al. " Mensen staan zelfs al op de wachtlijsten ", stelt minister Muyters, die de federale maatregelen in één adem " verloren geld " noemt.

Het is inderdaad niet de eerste keer dat de geachte minister flirt met de grenzen van de federale bevoegdheden inzake werkgelegenheidsbeleid. Het onderwerp van de federale premie voor opleidingen voor knelpuntberoepen zou reeds op het Overlegcomité tussen de federale overheid en de deelgebieden zijn aangekaart. Muyters stelt een snelle Interministeriële conferentie in het vooruitzicht tijdens dewelke het item zal worden uitgeklaard.

1. Werd de kwestie inderdaad reeds aangekaart tijdens het Overlegcomité? Welke waren de verschillende standpunten?

2. Wanneer zal de Interministeriële conferentie plaatsvinden?

3. Acht de geachte minister het noodzakelijk om een maatregel op het federaal niveau uit te werken die al bestaat in Vlaanderen?

4. Welke was haar drijfveer om deze maatregel te nemen?

5. Is zij bereid om deze maatregel te herzien en het geld efficiënter te besteden aan andere noden op de arbeidsmarkt, die wel tot het exclusieve beleidsdomein van de federale overheid behoren?